13.07.2015 Views

Een meervoudige casusstudie - Divingduck.nl

Een meervoudige casusstudie - Divingduck.nl

Een meervoudige casusstudie - Divingduck.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Taal- en communicatieontwikkeling van dove kinderenwat komt kijken bij het leren van gesproken taal voor een doof kind, zoals spreekgeheugen enhet kunnen ordenen van klanken (Van Uden, 1982). Ook bleek dat de onderzochte kinderensteunden op ‘simultaan aangeboden visuele data, wat wel het schriftbeeld der woorden moetzijn’ (1974: 124). In het tijdschrift van het Instituut voor Doven, “de Vriend”, schrijft Van Udenover zijn bevindingen in de onderzoeken die hij heeft uitgevoerd en over onderzoeken vananderen (1982). Hij beschrijft hierin vele waarnemingen en resultaten, maar het is niet altijdduidelijk waar hij de cijfers op baseert. Deze artikelen zijn gezien het karakter van hetbetreffende medium, een informatiebulletin voor kinderen, ouders en medewerkers, meergericht op succesfactoren en minder op het taalverwervingsproces als zodanig.Clement (2004) heeft de vocalisatie-ontwikkeling van dove en horende kinderengedurende het eerste levensjaar in kaart gebracht. Haar belangrijkste conclusie is dat devocalisatie-ontwikkeling van dove baby’s al binnen het eerste levensjaar sterk verschilt van dievan horende kinderen. Zij concludeert tevens dat geluidsproducties van zuigelingen niet alleenbepaald worden door motorische en andere rijpingsfactoren, maar voor een groot deel ookdoor het gehoor. De ontwikkeling van vocalisaties heeft mogelijk invloed op de latere spraakentaalontwikkeling van dove kinderen. Ook Van den Bogaerde heeft in haar onderzoek (2000)gesproken taalontwikkeling bestudeerd. Omdat zij onderzoek heeft verricht naar tweetaligheid,zijn deze resultaten opgenomen in paragraaf 2.6.2.4 De ontwikkeling van gebarentaal bij dovekinderenDe ontwikkeling van taalvaardigheid in een gebarentaal kan het beste bestudeerd worden bijdove kinderen van dove ouders. Het aanbod van gebaren is juist in deze groep het meestnatuurlijk en compleet, omdat gebarentaal vaak de eerste taal is in dove gezinnen. Onderzoeknaar voornamelijk de Amerikaanse Gebarentaal (ASL) en de Britse Gebarentaal (BSL) heeftuitgewezen dat de verwerving van gebarentalen vergelijkbaar is met de verwerving van eengesproken taal bij horende kinderen (Marschark et al., 2002; Schembri, 2002; Schick, 2003).Kinderen met een auditieve beperking doorlopen eerst een fase van brabbelen in gebaren,vervolgens maken zij ééngebaaruitingen, gevolgd door uitingen van twee of meer gebaren. Inhet algemeen verwerven zij tussen de leeftijd van tweeëneenhalf tot vijf jaar morfologische ensyntactische structuren. Vanaf de leeftijd van ongeveer zes jaar worden complexeregebarentaalstructuren geleerd. Schick (2003) heeft voor ASL gevonden dat manuele brabbelsvoorkomen bij kinderen in de leeftijd van zes maanden tot ongeveer veertien maanden.Kinderen gebruiken in deze brabbels en de vroege gebarenuitingen beperkte ‘sets’ vanhandvormen, locaties en bewegingen. De eerste gebaren komen voor vanaf de leeftijd vanacht maanden en vervolgens ontwikkelt de gebarenschat zich met de leeftijd van het kind,zoals voor horende kinderen die een gesproken taal leren. Net als bij gesproken taal gebruikenkinderen aanvankelijk veel meer nomina dan verba. Als de kinderen tussen de zestien enachttien maanden zijn, maken ze over het algemeen de eerste tweegebarenuitingen die35

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!