Download deel 1 - Textualscholarship.nl
Download deel 1 - Textualscholarship.nl
Download deel 1 - Textualscholarship.nl
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
157<br />
Met dat laatste zijn we dan terug bij de Franse hymnen-traditie als inspiratiebron<br />
van Het Lof der Zee-vaert. Maar uit het voorgaande zal duidelijk<br />
geworden zijn dat Vondel ook voor de strikt literaire aspecten van<br />
zijn gedicht, naast het voorbeeld van de Fransen, de aanbevelingen van<br />
Hermogenes voor ogen moet hebben gehad. Dat blijkt uit de overeenstemming<br />
op punten als de verdeling van de `narratio' in perioden,<br />
de allegorische functie van mythologische vergelijkingen en de met name<br />
daartoe aanbevolen mythen. Stuk voor stuk zijn dit zeker geen indicaties<br />
voor afhankelijkheid, maar bij elkaar lijkt het toch te veel om toevallig te<br />
zijn en dit te meer omdat op het punt van de rhetorische structuur de<br />
overeenstemming nog veel groter zal blijken te zijn.<br />
3.2.4. Rhetorische analyse<br />
Hermogenes moge dan de poëzie in verband gebracht hebben met het<br />
demonstratieve genre, dat wil niet zeggen dat volgens zijn 16de-eeuwse<br />
navolgers in poëzie geen deliberatieve onderwerpen behandeld zouden<br />
mogen worden. Wat die kant van de zaak betreft deed men dan een beroep<br />
op de argumentele onderdelen van de rhetorica. Het is ook vooral<br />
op grond van deze argumentele opbouw, dat ik van mening ben dat<br />
Vondel bij het schrijven van Het Lof der Zee-vaert gebruik gemaakt heeft<br />
van het werk van Hermogenes.<br />
Aanwijzingen voor het realiseren van dergelijke argumentele structuren<br />
geeft Hermogenes in De Partitione Statuum en De Inventione. Daarnaast<br />
staat er in deze werken natuurlijk heel wat dat in elk rhetorica-boekje terug<br />
te vinden is. Het is alleen daarom al niet verbazingwekkend dat er<br />
tal van overeenkomsten zijn met de rhetorische structuur van de Hymnus,<br />
zoals ik die in het voorgaande hoofdstuk heb behandeld. Maar toch<br />
is er ook op allerlei andere punten dan de `argumentatio' reden om juist<br />
aan invloed van de theorie van Hermogenes te denken.<br />
Dat is meteen al het geval bij het exordium (r. 1-20). Algemeen gebruikelijk<br />
is het voorschrift dat het `exordium' de toehoorder op de hoogte<br />
moet stellen en aandachtig en welwillend moet maken. Daarbij komt de<br />
zaak waarover het zal gaan natuurlijk wel ter sprake, maar toch niet met<br />
die nadruk waarmee dat het geval is bij Hermogenes en, vooral ook, zijn<br />
commentator Laurentius.63<br />
Van de vier typen `exordia' die Hermogenes onderscheidt, wordt de<br />
eerste en belangrijkste gekarakteriseerd door het feit dat het de, positieve<br />
literatuur?),in welkeval gafhankelijkheid deverondersteldefh<br />
d a ankehkhei a Vondel v n va Garneer<br />
van<br />
ondergraven goveeop<br />
zou kunnen e worden. Beider bec beelden te lijken in zoveel h r opzichten<br />
elkaar dat ik vooralsnog g u uitga t a gvan<br />
een directe relatie.<br />
63. Zie: Laus b er g HHandbuch der e literarischen R etor^ dl. 1 par. pa. 2265-280<br />
6 S- 8 p 1 S0<br />
- 1 60 .<br />
Quintilianus noemt naast aast aanklager, g rechter en verdediger, w el oo kde aangeklaagde<br />
ng<br />
ge 1n<br />
stitutio Oratoria, IV.i.I -1S maar veel om meer z ch zelfs zich wille e ene zeke zeker niet iet als as pect<br />
van de, , centraalgestelde,z aak.