Download - Svb
Download - Svb
Download - Svb
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
SVB Beleidsregels<br />
| Deel I AOW, Anw, AKW, Remigratiewet, MKOB, TOG, TAS en TNS<br />
90<br />
Na overlijden van een AOW- of Anw-gerechtigde, wordt het pensioen of de uitkering<br />
vanaf de dag na het overlijden in de vorm van een overlijdensuitkering uitbetaald aan de<br />
door de wet aangewezen rechthebbende(n). De uitkering die reeds aan de gerechtigde<br />
zelf is uitbetaald over een tijdvak gelegen na de dag van diens overlijden dient verrekend<br />
te worden met de overlijdensuitkering.<br />
Naar het bestaan van rechthebbenden op de overlijdensuitkering wordt, voor zover deze<br />
niet reeds bij de SVB bekend zijn, een onderzoek verricht door een verzoek om<br />
informatie te zenden naar het laatstbekende huis- of correspondentie-adres van de<br />
overledene.<br />
De overlijdensuitkering wordt vervolgens belastingvrij en zo mogelijk in een bedrag<br />
ineens uitbetaald aan degenen die daar op basis van de betreffende bepalingen voor in<br />
aanmerking komen. De overlijdensuitkering wordt berekend aan de hand van de op het<br />
moment van overlijden geldende pensioen- en uitkeringsbedragen. Er wordt geen<br />
rekening gehouden met eventuele wijzigingen van deze bedragen die na de datum van<br />
overlijden zijn doorgevoerd.<br />
Met betrekking tot remigratievoorzieningen geldt het onderscheid tussen de nalatenschap<br />
en een overlijdensuitkering niet. Artikel 15, eerste tot en met derde lid, van het Besluit<br />
voorzieningen Remigratiewet bepaalt dat het recht op remigratievoorzieningen eindigt,<br />
dan wel wordt omgezet, met ingang van de eerste dag van de tweede maand na het<br />
overlijden van de rechthebbende. Het vierde lid van dit artikel bepaalt dat de na het<br />
overlijden nog verschuldigde voorzieningen worden uitbetaald aan achtereenvolgens de<br />
partner van de remigrant, de kinderen van de remigrant, dan wel personen die hiervoor<br />
naar het oordeel van de SVB op billijkheidsoverwegingen in aanmerking komen en die<br />
binnen zes maanden na het overlijden een hiertoe strekkende aanvraag hebben<br />
ingediend. De SVB gaat ervan uit dat deze bepaling mede betrekking heeft op<br />
voorzieningen waarop voor het overlijden van de rechthebbende aanspraak is ontstaan,<br />
maar die nog niet tot uitbetaling zijn gekomen. Als personen die op<br />
billijkheidsoverwegingen voor uitbetaling van de nog verschuldigde voorzieningen in<br />
aanmerking komen beschouwt de SVB in de eerste plaats personen met wie de<br />
overledene in gezinsverband leefde. Zijn dergelijke personen niet aan te wijzen, dan kan<br />
de persoon in aanmerking komen die geheel of gedeeltelijk de kosten van de laatste<br />
ziekte of de uitvaart van de overledene heeft bekostigd, dan wel anderszins financiële<br />
verplichtingen van de overledene op zich heeft genomen of in diens levensonderhoud<br />
heeft voorzien. Deze laatste categorie van personen kan ook voor uitbetaling van de nog<br />
verschuldigde voorzieningen als bedoeld in artikel 16, lid 3, Besluit voorzieningen<br />
Remigratiewet in aanmerking komen.<br />
Schorsing van de betaling<br />
SB1093<br />
Schorsing wegens twijfels aan de rechtmatigheid van de betaling<br />
artikel 17, lid 7 AOW jo. artikel 4 Beschikking van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en<br />
Werkgelegenheid van 12 juli 1985, artikel 46, lid 3 Anw, artikel 19 AKW, artikel 5, achtste lid<br />
MKOB, en artikel 14 Uitvoeringsbesluit Remigratiewet<br />
In alle gevallen waarin twijfel bestaat omtrent de rechtmatigheid van de (voorgenomen)<br />
betaling schort de SVB (een gedeelte van) de betaling op, of schorst zij deze. Twijfel aan<br />
de rechtmatigheid van een uitkering rijst bijvoorbeeld indien: