10.07.2015 Views

kennispoort_jaarindex 2014_def

kennispoort_jaarindex 2014_def

kennispoort_jaarindex 2014_def

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

104 JAARINDEX <strong>2014</strong> KENNISPOORT VERLOSKUNDEWWW.KENNISPOORT-VERLOSKUNDE.NL 105104 105“To induce or not to induce, that’s the question!”“Tell me and I forget, teach me and I remember, involve me and I learn.”KWALITEIT VAN DE CLIËNTENZORGEFFECTIVITEIT EN DOELMATIGHEID: INTERVENTIESKWALITEIT VAN DE CLIËNTENZORGEFFECTIVITEIT EN DOELMATIGHEID: INTERVENTIESINDEX: Costs and effects of induction of labour versus expectant management in womenwith impending post-term pregnancies: the 41-42 weeks dilemma.The road to an integrated CenteringPregnancy. An effect evaluationPost-term pregnancy is associated with increased perinatal morbidity and mortality and is considered as a high-risk stage whichrequires specialist surveillance and induction of labour at some stage. However, there is uncertainty in the Netherlands on thepolicy concerning the timing of induction for post-term pregnancy, leading to practice variation and strong debates betweencaregivers regarding pros and cons of labour induction for impending post-term pregnancy.To solve this dilemma in the Netherlands we conduct a randomised trial to evaluate the effectiveness, costs and cost-effectivenessanalysis of policy of labour induction at 41 weeks versus expectant management until 42 weeks in low risk women. We will studyadverse neonatal outcome, adverse maternal outcomes, client satisfaction, preferences and costs.DoelTo compare a policy of labour induction at 41 weeks with a policy ofexpectant management until 42 weeks. Based on the data obtained,we will perform a cost-effectiveness analysis incorporatinginstrumental delivery rates, client satisfaction and costs.Vraagstelling/HypotheseWill induction at 41 weeks improve perinatal outcomes at acceptablecost compared to a policy of expectant management until 42 weeks?What is the perinatal mortality and neonatal morbidity in a policy ofinduction of labour at 41 weeks as compared to a policy of expectantmanagement until 42 weeks. And what is the instrumental deliveryrate including caesarean sections, need for pain relieve, perinealinjury, postpartum hemorrhage, use of health care resources,maternal satisfaction and clients’ preferences?RelevantieThe ultimate goal of the project is to come to a uniform guideline ofthe Royal Dutch Organisation of Midwives and the Dutch Society forObstetrics and Gynaecology.Projectleider(s)Dr. E. de Miranda, verloskundige AMC AmsterdamProf.dr. B.W. Mol, gynaecoloog AMC AmsterdamProjectuitvoerder(s)Drs. J. KortekaasDrs. J. KeulenDrs. A. BruinsmaContact projectindex@studies-obsgyn.nlBegin en einddatumBegindatum: januari 2012Einddatum: december 2015SamenwerkingspartnersHet betreft een Consortium-studie vanuit het AMC (MScVerloskunde-Afd. Verloskunde) in samenwerking met het MRN,VUMC, AV-M en KNOV.Trefwoordprolonged pregnancy, labor, inducedPerinatale uitkomsten zijn slechter voor kinderen van vrouwen met een lage sociaal-economische status en van niet-westerseherkomst. Het advies van de Stuurgoep zwangerschap en geboorte is om meer aandacht te besteden aan de prenatale zorgvoor vrouwen uit deze kwetsbare groepen. In de VS is een zorg op maat model ontwikkeld en geëvalueerd voor deze groepvrouwen: CenteringPregnancy (CP).CP bestaat uit verloskundige groepsconsulten gericht op empowerment van zwangeren. Onderzoek laat positieve effectenzien als het gaat om onder andere prenatale kennis, voorbereiding op de bevalling, het geven van borstvoeding en tevredenheidover de zorg. Maar nog belangrijker: het aantal vroeggeboortes en het aantal vrouwen dat onvoldoende zorg kreeg,verminderde significant. Aanvullend onderzoek naar CP is echter nodig om sterkere conclusies te kunnen trekken over deeffectiviteit. In het verloskundig consortium Noordelijk Zuid-Holland willen we de effecten van CP op medische en psychosocialeuitkomsten onderzoeken in een wedged cluster randomized controlled trial.DoelIn dit onderzoeksvoorstel willen we de Nederlandse versie van het CPzorgmodel versterken en verder onderbouwen door 1) naast de 1 e lijnverloskundigen de ketenpartners uit de 0 e (gezondheidsbevordering enJGZ), 1 e (huisarts, kraamverzorgende) en 2 e /3 e lijnszorg (met hunzwangeren populatie) te betrekken bij het vormgeven van de inhoud vande verloskundige groepsconsulten, 2) het vormgeven van deaanvullende begeleiding van zwangeren met complexere behoeften,3) het effect van de groepsconsulten te evalueren.Vraagstelling/HypotheseWat zijn in Nederland de effecten van verloskundige groepszorg volgenshet model CenteringPregnancy op neonatale en maternale uitkomstenvergeleken met de standaard individuele prenatale zorg?RelevantieVrouwen met een lage sociaal-economische positie zijn vaak mindergoed in staat zijn om hun gezondheid te bewaken en te bevorderen. Ditvereist meer ‘zorg-op-maat’ en meer intensieve zorg, met specifiekeaandacht voor sociale factoren, leefstijl, aanpak van ziekten envoorbereiding op de bevalling. Behalve het bereiken van deze groepen ishet belangrijk dat informatie over zwangerschap, baring en kraambed opzo’n wijze wordt aangeboden dat deze wordt begrepen en eigen wordtgemaakt. Dat verhoogt de kans op opvolgen van gegeven gezondheidsadviezenen voorlichting, verhoogt het kennisniveau van de zwangere endaarmee haar zelfredzaamheid. Het huidige Nederlandse verloskundigbegeleidingsmodel, met tien tot vijftien korte individuele consulten, isniet toegesneden op vrouwen met een lage sociaal-economische positie,terwijl juist deze vrouwen extra uitleg, extra achtergrondinformatie enextra tijd voor vragen nodig hebben. Een andere vorm van begeleidingvoor deze groep zwangeren is daarom gewenst. CP is juist voor dezegroepen een effectieve vorm van prenatale zorg gebleken in de USA. Uiteen eerdere haalbaarheids- studie in Nederland blijkt dit model van zorgook hier toepasbaar te zijn en goed ontvangen te worden doorzwangeren en zorgverleners. Het zorgmodel CP wordt nu aangepast voorNederland en in twee fases in negen verloskundigenpraktijken ophaalbaarheid en implementatie bekeken (zie de bijdrage “Implementatiestudie CenteringPregnancy”*). Het is belangrijk om de effectiviteit van CPin Nederland te onderzoeken.Projectleider(s)Dr. Matty Crone, onderzoeker LUMC LeidenDr. Marlies Rijnders, verloskundige TNO Child Health LeidenProf.dr. Jan van Lith, gynaecoloog LUMC LeidenProjectuitvoerder(s)Dr. Matty Crone (LUMC)Dr. Marlies Rijnders (TNO Child Health)Dr. Karin van der Pal (TNO Child Health)Birgit van Zwicht (Promovenda LUMC)Contact projectDr. Marlies Rijndersmarlies.rijnders@tno.nlBegin en einddatumdecember 2012 - december 2016SamenwerkingspartnersZonMw, projectnummer: 209020006TNO Child Health, LUMC Verloskunde en Public Health, verloskundigconsortium Noordelijk Zuid Holland, verloskundig consortiumAmsterdam-AMC, KNOVTrefwoordpregnancy, prenatal care, public health, centeringpregnancy* pagina 130

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!