10.07.2015 Views

kennispoort_jaarindex 2014_def

kennispoort_jaarindex 2014_def

kennispoort_jaarindex 2014_def

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

162 JAARINDEX <strong>2014</strong> KENNISPOORT VERLOSKUNDEWWW.KENNISPOORT-VERLOSKUNDE.NL 163162 163KWALITEIT VAN DE CLIËNTENZORGGEZONDHEIDSBEVORDERING EN PREVENTIEKWALITEIT VAN DE CLIËNTENZORGGEZONDHEIDSBEVORDERING EN PREVENTIEGewoon Gezond Zwanger: Maternale distressVoorbereiden op de zwangerschap: begrijpelijke informatie voor iedereenMaternale distress heeft verstrekkende gevolgen voor de gezondheid van moeder en (ongeboren) kinderen. Binnen de huidige eerstelijnsverloskundige zorg bestaat nauwelijks evidence-based routine beleid ten aanzien van maternale distress. Veel winst is mogelijkte behalen middels gezondheidsbevordering rondom maternale distress. De verloskundige lijkt de aangewezen zorgverlener omeen effectieve interventie in te zetten. Het door Bartholomew e.a. ontwikkelde Intervention Mapping protocol is een systematischestapsgewijze methode voor de ontwikkeling van een interventie. Met een needs assessment, review en kwalitatieve en kwantitatievestudies zijn maternale distress in kaart gebracht, de rol van de verloskundige nader belicht en de ontwikkeling van maternale distressbij zwangeren beschreven. Met de onderzoek data worden gedragsveranderingsdoelen onder zwangeren en verloskundigen aangescherpten de prenatale interventie verder vorm gegeven. Het onderzoek consortium (o.a. verloskundigen, psychologen) reflecteertregelmatig op de onderzoeksvoortgang. Tenslotte test een quasi-experimentele effect studie test de interventie.DoelOntwikkelen van een effectieve prenatale interventie voor de reductievan maternale distress.Vraagstelling/Hypothese1. Hoe <strong>def</strong>iniëren we maternale distress en wat is de essentie?2. Wat is de gezondheidsproblematiek rondom maternale distress ende effecten op kwaliteit van leven en welke educatieve enecologische factoren spelen een rol bij de ontwikkeling vanmaternale distress?3. In hoeverre verminderen preventieve en therapeutische interventiesde incidentie en mate van maternale distress tijdens dezwangerschap tot een jaar postpartum?4. Wat is de intentie van eerstelijns verloskundigen in Nederland tenaanzien van het verlenen van zorg rondom maternale distress enwelke factoren beïnvloeden hun intentie?5. Wat is de incidentie en de mate van maternale distress onder eenNederlandse populatie gezonde zwangeren en welke factorenhangen samen met de ontwikkeling van maternale distress onderdeze zwangere vrouwen?6. Welke ingrediënten zijn nodig voor een effectieve interventie enhoe ziet deze interventie er uit?7. Is de (ontwikkelde) interventie effectief om de incidentie en matevan maternale distress onder gezonde zwangeren te reduceren?RelevantieHet voorkómen of reduceren van maternale distress tijdens dezwangerschap is van belang op korte en lange termijn voor zwangerevrouwen voor hun eigen emotioneel welzijn, het voorkómen vanobstetrische gevolgen zoals laag geboortegewicht en prematuriteit,maar ook voor de emotionele, cognitieve en gedragsontwikkeling vanhun kinderen. Relevante informatie voor vrouwen maar ook eeneffectief zorgpad en beleid voor verloskundigen binnen de zorgketen,gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek en praktijkervaring is vanbelang voor gezondheidsbevordering van moeder en kind.Projectleider(s)Drs. M. NieuwenhuijzeDr. M. AusemsProf. R. de VriesProjectuitvoerder(s)Drs. Y. FonteinContact projectDrs. Yvonne Fontein-Kuipersy.fontein@AV-M.nlBegin en einddatumapril 2011 - april 2015SamenwerkingspartnersKenniscentrum AVM, Hogeschool Zuyd, Universiteit MaastrichtPublicaties• Fontein-Kuipers Y, Budé L, Ausems M, de Vries R, NieuwenhuijzeM. Dutch midwives’ behavioural intentions of antenatalmanagement of maternal distress and factors influencing theseintentions: an exploratory survey.Midwifery 2013 doi:10.1016/j.midw.2013.06.010• Fontein-Kuipers Y, Nieuwenhuijze M, Ausems M, Budé L, de VriesR. Antenatal interventions to reduce maternal distress: a systematicreview and meta-analysis of Randomised Trials BJOG in pressTrefwoordmaternal distress, antenatal care, prenatal care, public health,midwifery, mental healthAlhoewel preconceptiezorg in belangrijke mate kan bijdragen aan het bevorderen van een optimale zwangerschap en uitkomstis het moeilijk stellen met kinderwens te bereiken. Dit wordt bemoeilijkt doordat deze groep niet eenvoudig te identificeren is.Gezocht moet worden naar innovatieve methoden om de doelgroep te bereiken zodat zij tot een geïnformeerde keuze komenom gebruik te maken van preconceptiezorg. Het is daarbij van belang dat aansluiting wordt gerealiseerd bij de belevingswereld,opdat aandacht en relevantie voor de (inhoud van de) interventie wordt vergroot. Het doel van dit project is middels een samenhangendgeheel van activiteiten deze aansluiting te realiseren waardoor het bereik van de groep toekomstige ouders wordtverhoogd en zij op basis van een goed geïnformeerde keuze besluiten tot het al dan niet gebruik maken van preconceptiezorg.DoelHet doel van dit project is het bereik van de groep toekomstigeouders te verhogen en dat zij op basis van een goed geïnformeerdekeuze besluiten tot het al dan niet gebruik maken van preconceptiezorg.Hiertoe willen we informatie over preconceptiezorg inbeddenin het bredere kader van seksuele gezondheid en vraaggestuurdeinformatie bieden op thema’s over dit onderwerp.Dit beogen we te realiseren via twee strategieën, te weten:• Via lessen op ROCs en informatieavonden op het CJG.• Via een te ontwikkelen e-tool. De e-tool is bedoeld als brugtussen vindplaatsen (ROC en CJG) en aanbod (preconceptiezorg).Vraagstelling/HypotheseHet project heeft de volgende vraagstellingen:• Wat zijn thema’s rondom seksualiteit, relaties en zwangerschapdie momenteel bij (toekomstige) ouders leven, en welke zoudenkunnen worden ingezet om het thema gezonde voorbereiding opde zwangerschap (PCZ) te vergroten?• Wat is de ervaring van verloskundigen, CJG medewerkers, SENSEmedewerkers en docenten met de lessen, informatieavonden ende e-tool?• Kunnen lessen en informatieavonden zo worden ingezet dat hetgebruik van de e-tool kan worden gerealiseerd?• Is de e-tool acceptabel en bruikbaar voor toekomstige ouders?• Nemen relevante determinanten (kennis, attitude en intentie)gerelateerd aan een geïnformeerde keuze en gedrag t.a.v. PCZtoe na gebruik van de e-tool?• Vindt doorgeleiding op basis van vraag plaats?RelevantieHet doel van het project is vergroten van het bereik vantoekomstige ouders zodat zij een geïnformeerde keuze over hetgebruik van preconceptiezorg kunnen maken. Het project richt zichop vindplaatsen waar de kans op het treffen van risicogroepen hetgrootst is. Allochtone groepen en personen met een lage sociaaleconomische status (SES) hebben een verhoogd risico opongunstige zwangerschapsuitkomsten. Voor deze groep ispreconceptiezorg (PCZ) van groot belang, om zo de kans op eengezonde zwangerschap te vergroten. Tot dusver is het moeilijk omtoekomstige ouders te bereiken. Zij gaan zich pas informeren als ersprake is van zwangerschap terwijl juist de eerste weken van dezwangerschap belangrijk zijn voor de ontwikkeling van het kind.Projectleider(s)Dr. K.M. van der Pal-de BruinProjectuitvoerder(s)I. Aalhuizen MScDr. P. van EmpelenC. HonigDrs. D. KorfkerProf.dr. J. van LithF. SypensteinContact projectDr. K.M. van der Pal-de Bruinkarin.vanderpal@tno.nlBegin en einddatumseptember 2013 - juli 2016Samenwerking metRegionaal Verloskundig Consortium Noordelijk Zuid-HollandSamenwerkingspartnersZonMw, projectnummer: 209040002Dit project wordt uitgevoerd samen met de verloskundigen van deCoöperatie LEO, GGD Hollands Midden en de KNOV en valt binnenhet Regionaal Verloskundig Consortium noordelijk Zuid-Holland.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!