Volledig proefschrift (997 kB) - Les 4 vents - Siep Kooi
Volledig proefschrift (997 kB) - Les 4 vents - Siep Kooi
Volledig proefschrift (997 kB) - Les 4 vents - Siep Kooi
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
april plaats. De leerkrachten van de hoogste groepen kregen de suggestie teksten uit het dagboek van Anne<br />
Frank te lezen en te bespreken. Dit zou een aanleiding kunnen zijn met de klas enige tijd een dagboek bij te<br />
houden. Sommigen reageerden enthousiast, maar in de praktijk bleef het daarbij.<br />
Ook over het schrijven van brieven was men over het algemeen vrij sceptisch. Enkele scholen hadden<br />
ervaring met het schrijven van brieven naar auteurs van kinderboeken, maar men kreeg zelden een reactie.<br />
Men viel liever terug op het vertrouwde opstel. Vrijwel alle leerkrachten hielden zich aan de gesuggereerde<br />
onderwerpen. Slechts een enkeling nam zelf het initiatief tot een andere keuze. Achteraf is het moeilijk te<br />
beoordelen of de leerkrachten het belang van mijn verzoek inzagen. Soms rees zelfs het vermoeden dat zij<br />
hun medewerking verleenden om mij, in mijn dubbelrol als onderzoeker èn als een hun bekende<br />
stagebegeleider ter wille te zijn.<br />
Omdat ik uiteindelijk over enige honderden verhalen en gedichten kon beschikken, was het mogelijk uit<br />
hoogwaardig kwalitatief belevingsmateriaal te kiezen. Als betrof het een diepte-interview waren slechts<br />
enkele kenmerkende uitingen van kinderen voldoende om hun belevingen zinvol te kunnen interpreteren.<br />
Om tot een eerste globale selectie te komen, las ik het materiaal enkele malen zorgvuldig door. Het was<br />
niet moeilijk tot een inperking van het geschrevene te komen. Verhalen die van elkaar overgeschreven leken<br />
werden terzijde gelegd. In de voorgesprekken met de leerkrachten was niet aan de orde gekomen of kinderen<br />
overleg konden plegen. Ook verhalen die de indruk wekten niet serieus bedoeld te zijn, vielen af. Op grond<br />
van deze eerste 'strenge' schifting bleven 110 verhalen voor een nadere analyse over.<br />
De tweede fase hield een meer verfijnde sortering van het materiaal in. De 110 verhalen werden<br />
nauwkeurig bekeken op hun 'belevingsgehalte'. Deze fase bleek problematischer: hoe is het mogelijk uit<br />
overwegend schijnbaar afstandelijke beschrijvingen een 'beleving' te destilleren? Het ordeningsprincipe dat<br />
een essentieel onderscheid tussen 'ervaring' en beleving' mogelijk maakt, trad nu in werking. Waar kinderen<br />
nog 'beleving zijn', hebben 'objectief' lijkende beschrijvingen reeds belevingswaarde, maar het is niet<br />
eenvoudig deze belevingswaarde te vinden. Bovendien vertolken kinderen datgene wat hen bezig houdt<br />
anders dan volwassenen. Ook hun geringe woordenschat kan belemmerend werken, al moet dat tevens als<br />
een voordeel beschouwd worden, omdat een teveel aan woorden de werkelijk doorleefde beleving maskeert.<br />
Toch was een rigoureuze cesuur nodig om niet in een te oppervlakkige opsomming van gebeurtenissen en<br />
feiten terecht te komen. Daarom ging ik op zoek naar datgene wat in de beschrijvingen verborgen lag.<br />
De meeste kinderen beschrijven in simpele bewoordingen wat zij meegemaakt hebben, zoals het verlies<br />
van hun lievelingsdier, hun broertje of opa: "(...) en toen ging hij dood. Ik moest erg huilen", of het feit dat<br />
ze geplaagd worden: "(..) en toen schold hij mij uit. Dat vind ik stom". Het feit dat een ander kind in vrijwel<br />
dezelfde context schrijft: "(...) en toen schold hij mij uit, maar ik schold terug", zegt weliswaar iets over het<br />
verschil in reactie op schelden door kinderen, maar vertelt niets over de beleving van het schelden. Om die<br />
beleving te beschrijven is andere informatie nodig.<br />
De verhaaltjes die uiteindelijk voor nadere analyse in aanmerking kwamen onderscheidden zich vooral<br />
door hun puurheid en originaliteit, die mij als lezer persoonlijk aansprak; ze kenmerkten zich door een grote<br />
mate van 'zeggingskracht. Deze verhalen fungeerden in hermeneutische zin op intermondiale wijze tussen<br />
mij en de kinderen, met als gevolg dat onze afzonderlijke subjectiviteit tot intersubjectiviteit kon worden.<br />
Opvallend was dat veel van deze uitingen in dichtvorm waren gegoten. Bij navraag bleek dan dat de<br />
leerkracht de opdracht serieus had ingeleid: soms was dat gebeurd door middel van een inleidende les over<br />
migratie of, zoals in een enkel geval, over het schrijven van gedichten. Dit was ook te merken aan de zorg<br />
die de kinderen aan deze beschrijvingen hadden besteed. Vaak waren ze met illustraties versierd.<br />
*2* Het lichaam als scharnier<br />
Om aan te geven hoe de verschillende aspecten van de tussenwereld - met name die van het scharnier -<br />
functioneren in de pedagogische praktijk, volgt eerst een persoonlijke belevingsbeschrijving, die ik noteerde<br />
naar aanleiding van een gebeurtenis die mijn ontmoetingswijze en pedagogische houding naar kinderen<br />
blijvend heeft bepaald: