02.05.2013 Views

Volledig proefschrift (997 kB) - Les 4 vents - Siep Kooi

Volledig proefschrift (997 kB) - Les 4 vents - Siep Kooi

Volledig proefschrift (997 kB) - Les 4 vents - Siep Kooi

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

omgaan met etnische en culturele pluriformiteit' meer werd benadrukt (Schreuder, p.59). Daarnaast noemt<br />

Schreuder het onderscheid tussen 'sociaal-emotionele en cognitieve aspecten': 'de ontwikkeling van een bepaalde<br />

houding' versus 'het aspect van kennisoverdracht' (Schreuder, p.59). De voorstanders van het houdingsaspect<br />

zouden deze visie naar haar idee aanhangen 'zonder dat daar enige kennis aan te pas lijkt te komen'; zij stelt<br />

vervolgens vast: "Onzes inziens is dat een misvatting. Ook bij 'de ontwikkeling van een bepaalde houding' is<br />

kennis in het geding, tenzij het de bedoeling zou zijn dat leerlingen kritiekloos een bepaald gedrag zouden<br />

aanleren" (Schreuder, p.59). Een dergelijke vereenvoudigde voorstelling van zaken versluiert de werkelijke<br />

problematiek. De kwestie van de tweedeling reikt dieper dan Schreuder veronderstelt: de vraag is welke 'kennis' in<br />

het geding is.<br />

In een bijlage komt Schreuder hierop terug en benadrukt haar bedenkingen ten aanzien van het<br />

houdingsaspect. Zij rekent hieronder het 'kennismaken met verschillende culturen', maar vraagt zich af of<br />

leerlingen door dit kennismaken automatisch een bepaalde houding 'leren' (Schreuder, p.222). Tevens vreest zij<br />

dat dit 'aanleren' van houdingen zal leiden tot 'ongeoorloofde vormen van beïnvloeding' (Schreuder, p.223). Zij<br />

beroept zich op het onderzoek van Fase en Van den Berg, die de interculturele onderwijstheorie en -praktijk<br />

hebben onderzocht. 4 De onderzoekers achten het uitgangpunt dat 'intercultureel onderwijs' 'iets is waarvan de hele<br />

school doortrokken dient te zijn' te summier; bovendien zou een 'lijst van voorwaarden' geen definitie opleveren en<br />

de doelstellingen 'veel te hoog gegrepen zijn en/of te zeer politiek en ideologisch beladen' (Schreuder, p.223).<br />

Door in te stemmen met de resultaten van dat onderzoek raakt Schreuder tenslotte op dood spoor. Ook zij wil<br />

zich 'zeer terughoudend' opstellen ten aanzien van affectieve doelstellingen als 'respect en acceptatie'. Het gaat<br />

immers om onderwijs: 'kennisoverdracht en de vorming van intellectuele capaciteiten' zijn daarvan de<br />

voornaamste doelstellingen (Schreuder,p.223/224). Al geeft zij toe dat Fase en Van den Berg 'nog niet veel<br />

houvast' bieden, toch vormt hun publicatie naar haar opininie een gunstige uitzondering: "(...) omdat zij zich<br />

bescheiden opstellen ten aanzien van de mogelijkheden en doelstellingen van ICO" (Schreuder, p.224). Deze<br />

'bescheiden' opstelling echter leidt niet alleen tot afwijzing van het 'houdingsaspect' van 'intercultureel onderwijs',<br />

zoals impliciet blijkt, maar uiteindelijk ook tot afwijzing van het 'kennisaspect', waarmee aan interculturaliteit alle<br />

basis wordt ontnomen: "De vraag wàt er dan aan kennis overgedragen moet worden, blijft onbeantwoord zodat<br />

we kunnen stellen dat, ondanks het feit dat veel scholen hun best doen om 'iets aan ICO te doen', het ICO<br />

definitorisch een lege huls is gebleven" (Schreuder, p.224).<br />

Op grond van het door Merleau-Ponty geconcipieerde intermondiale 'nieuwe kenorgaan' is het mogelijk de<br />

oorzaak van deze negatieve opvatting over interculturaliteit op te sporen. Er komt dan aan het licht dat het in de<br />

opvatting van Schreuder ontbreekt aan precies die 'nieuwe' definiëring van kennis. Merleau-Ponty's topologische<br />

wijsbegeerte maakte duidelijk hoe in de tweepolige wederkerigheid van het chiasme een 'derde dimensie' besloten<br />

ligt, die zich in de ontmoeting tussen mij en de ander manifesteert. Op dat punt kan met betrekking tot de<br />

pedagogiek veel misverstand ontstaan. Dat blijkt bijvoorbeeld als Schreuder aangeeft haar <strong>proefschrift</strong> op<br />

Imelmans triadische structuur van de opvoeding te willen baseren. Zij beroept zich daarbij op de veel geciteerde<br />

frase: "Opvoeding kent een triadische structuur en is dán aanwezig als opvoeder, kind en kennis, dank zij het<br />

kennis-verantwoordend inleiden van de eerste en het kennis-verantwoording vragend leren van de tweede met<br />

elkaar verbonden zijn" (Schreuder, p.4) 5 , met de bedoeling deze driehoek tot een cultuurpedagogische triade uit te<br />

breiden. Het gaat haar om 'cultuur-specifieke en waardegeladen kennis' (Schreuder, p.7).<br />

Uitgaande van het intermondialiteitsconcept is het de vraag of in de driepoligheid: opvoeder, kind en kennis,<br />

ook werkelijk 'opvoeden' of '(cultuur)pedagogiek' is begrepen. Met Merleau-Ponty zagen wij hoe in een dergelijke<br />

trits de 'zaak' het derde element uitmaakt waarop opvoeder en kind beiden zijn betrokken. Bij deze 'zaak' gaat het<br />

om ontmoeting, intersubjectiviteit, tussenwereld. Er is dan sprake van een ander soort 'kennis', waarvan lichaam<br />

en taal de uitdrukkingsmiddelen zijn. In het voetspoor van Imelman biedt Schreuder geen cultuurtriadische<br />

structuur van de opvoeding, maar van het onderwijs, en dan nog slechts in de cognitieve betekenis daarvan.<br />

Intermondiaal gezien vormt deze bepaling de kern van de voornaamste misvattingen rond interculturaliteit. In de<br />

volgende paragraaf zal daarop nader worden ingegaan.<br />

*3*Intercultureel onderwijs geproblematiseerd 6

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!