Lees de scriptie 'Wie schrijft die blijft niet - Stichting Platforms VMBO
Lees de scriptie 'Wie schrijft die blijft niet - Stichting Platforms VMBO
Lees de scriptie 'Wie schrijft die blijft niet - Stichting Platforms VMBO
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
39<br />
Wie <strong>schrijft</strong> <strong>die</strong> <strong>blijft</strong> <strong>niet</strong>, maar slaagt: lessencyclus binnen <strong>VMBO</strong> examenvoorbereiding<br />
schrijfvaardigheidon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el Engels<br />
leerling het bijwoord op <strong>de</strong> verkeer<strong>de</strong> plaats zet, dat wil zeggen <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> regels <strong>niet</strong> hanteert:<br />
‐ bijwoord vóór het hoofdwerkwoord<br />
‐ bijwoord na een vorm van het werkwoord ‘to be’<br />
Dan geldt voor ie<strong>de</strong>re keer dat <strong>de</strong> leerling dit doet één fout.<br />
Woordkeuze: Zodra <strong>de</strong> leerling een fout maakt in woordkeuze wordt er één fout in rekening<br />
gebracht. De leerling maakt bijvoorbeeld fouten in het letterlijk vertalen van een Ne<strong>de</strong>rlands woord/<br />
een Ne<strong>de</strong>rlandse uitdrukking. De leerling gebruikt <strong>de</strong> verkeer<strong>de</strong> vertaling van een woord bij twee of<br />
meer betekenissen. De leerling maakt een spellingfout waardoor het woord een an<strong>de</strong>re betekenis<br />
krijgt.<br />
Grammatica: De leerling hanteert <strong>niet</strong> <strong>de</strong> juiste grammaticale tijd. Wanneer dit gebeurt wordt er één<br />
fout in rekening gebracht. Is <strong>de</strong> hele alinea in <strong>de</strong> verkeer<strong>de</strong> grammaticale tijd geldt dit als een<br />
‘doorwerkfout’ en wordt er één fout in rekening gebracht. De leerling beheerst <strong>de</strong> Present Simple –<br />
Present Continuous – Past Simple ‐ Present Perfect – Past Continuous – Future tense Will, Shall, to<br />
be going to.<br />
Zodra ik <strong>de</strong>ze analyse heb uitgewerkt kon ik het aantal fouten per leerdoel om gaan zetten naar <strong>de</strong><br />
metho<strong>de</strong> van CITO. CITO hanteert een nakijkmo<strong>de</strong>l waarin <strong>de</strong> leerling 0, 2, 4, 6 of 8 punten krijgt voor<br />
het on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el ‘Taalgebruik’. De mate waarin fouten voorkomen hebben invloed op <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>ling.<br />
Zo staat er in <strong>de</strong> richtlijn voor het nakijken van het schrijfvaardigheid on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van het Centraal<br />
Examen (CE) (appendix 3) dat fouten in zinsvolgor<strong>de</strong> zwaar<strong>de</strong>r tellen dan fouten in bijvoorbeeld <strong>de</strong><br />
grammatica. Er is geen vaste afspraak dat bij een bepaalt aantal fouten een leerling een bepaal<strong>de</strong><br />
score krijgt. Hier geldt dat <strong>de</strong> docent dit naar eigen inzicht bepaalt. De docent maakt hier gebruik van<br />
zijn inzicht en ervaring. Wel geeft CITO aan dat een score van 0 zeer zwak is, een score van 2 zwak,<br />
een score van 4 matig, een score van 6 voldoen<strong>de</strong> en een score van 8 goed.<br />
Zodra <strong>de</strong> score van <strong>de</strong> eindopdracht ook is omgezet naar het nakijkmo<strong>de</strong>l van CITO, kon ik <strong>de</strong><br />
eindopdracht vergelijken met <strong>de</strong> opdracht uit <strong>de</strong> verkenning. Zo kon ik conclu<strong>de</strong>ren of <strong>de</strong><br />
schrijfvaardigheid van <strong>de</strong> <strong>VMBO</strong>‐T3 leerlingen is verbeterd.<br />
3.c.ii. On<strong>de</strong>rzoeksvraag 2: Hebben <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijsleerstrategieën (een positief) effect gehad<br />
op het resultaat?<br />
Naar aanleiding van <strong>de</strong> analyse van <strong>de</strong> eindopdracht kan ik conclu<strong>de</strong>ren of <strong>de</strong> leerdoelen gerealiseerd<br />
zijn. Om te conclu<strong>de</strong>ren dat <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijsleerstrategieën voor het realiseren van <strong>de</strong> leerdoelen<br />
hebben gezorgd heb ik per leerdoel bekeken of <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijsleerstrategieën in <strong>de</strong> eindopdracht terug<br />
komen. Per leerdoel komen er een aantal on<strong>de</strong>rwijsleerstrategieën aan bod. In <strong>de</strong> analyse laat ik zien<br />
van welke on<strong>de</strong>rwijsleerstrategieën <strong>de</strong> leerlingen wel gebruik hebben gemaakt en van welke <strong>niet</strong>. Op<br />
<strong>die</strong> manier kan ik conclu<strong>de</strong>ren of <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijsleerstrategieën positief hebben bijgedragen, en zo ja<br />
welke on<strong>de</strong>rwijsleerstrategieën wel en welke <strong>niet</strong>.<br />
Ik heb dit gedaan door per leerdoel <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijsleerstrategieën op te sommen en per eindopdracht<br />
te kijken of <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijsleerstrategie terug komt. Ik heb <strong>de</strong> aanwezigheid van een<br />
on<strong>de</strong>rwijsleerstrategie als het ware geturfd. Als <strong>de</strong> leerling wel gebruik maakt van een<br />
on<strong>de</strong>rwijsleerstrategie is het antwoord ja, maakt <strong>de</strong> leerling er geen gebruik van is het antwoord nee.<br />
Op <strong>die</strong> manier conclu<strong>de</strong>er ik ook of <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijsleerstrategie voor <strong>de</strong> toekomst zinvol is.