29.01.2013 Views

Juridische haken en ogen aan arbeidscontracten voor bepaalde tijd

Juridische haken en ogen aan arbeidscontracten voor bepaalde tijd

Juridische haken en ogen aan arbeidscontracten voor bepaalde tijd

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

2.9. Uit de memorie van toelichting op art. 7:668a, lid 2 BW blijkt waar<strong>aan</strong> de wetgever<br />

heeft gedacht bij het opvolg<strong>en</strong>d werkgeverschap. Ik citeer:<br />

‘‘Met dit lid wordt beoogd de opbouw van recht<strong>en</strong> van werknemers te bescherm<strong>en</strong> van<br />

wie het di<strong>en</strong>stverband van de <strong>en</strong>e werkgever overgaat op e<strong>en</strong> andere werkgever, terwijl<br />

de werkgevers t<strong>en</strong> <strong>aan</strong>zi<strong>en</strong> van de te verricht<strong>en</strong> arbeid te beschouw<strong>en</strong> zijn als elkaars<br />

opvolgers. Gedacht kan word<strong>en</strong> <strong>aan</strong> bedrijfsovernames(...).’’ [noot:24] (cursivering door<br />

LT).<br />

Onder bedrijfsovernames valt mijns inzi<strong>en</strong>s de figuur van de overgang van de<br />

onderneming, zoals gedefinieerd in art. 7:662 BW.<br />

Art. 7:668a, lid 2 BW <strong>en</strong> de failliete vervreemder<br />

2.10. Artikel 7:666 BW bepaalt dat de regeling van overgang van onderneming niet van<br />

toepassing is op e<strong>en</strong> overgang in e<strong>en</strong> faillissem<strong>en</strong>tssituatie. Artikel 7: 666 lid 1 BW luidde<br />

op 21 januari 2002:<br />

‘‘1. Deze afdeling is niet van toepassing op de overgang van e<strong>en</strong> onderneming indi<strong>en</strong> de<br />

werkgever in staat van faillissem<strong>en</strong>t is verklaard <strong>en</strong> de onderneming tot de boedel<br />

behoort.’’<br />

Het artikellid is vervolg<strong>en</strong>s in 2002 gewijzigd (in werking getred<strong>en</strong> op 1 juli 2002). Het<br />

luidt sinds die <strong>tijd</strong>:<br />

‘‘1. De artikel<strong>en</strong> 662 tot <strong>en</strong> met 665, <strong>en</strong> artikel 670, lid 8, zijn niet van toepassing op de<br />

overgang van e<strong>en</strong> onderneming indi<strong>en</strong> de werkgever in staat van faillissem<strong>en</strong>t is<br />

verklaard <strong>en</strong> de onderneming tot de boedel behoort.’’<br />

2.11. Uit de tekst van artikel 7:666 lid 1 BW blijkt dat toepassing van artikel 7:668a BW<br />

niet uitgeslot<strong>en</strong> is in faillissem<strong>en</strong>tssituaties. Toepassing van artikel 7:668a lid 2 BW in<br />

faillissem<strong>en</strong>tssituaties heeft tot gevolg dat de verkrijger die werknemers in di<strong>en</strong>st neemt<br />

die eerder bij de vervreemder in di<strong>en</strong>st war<strong>en</strong> (al dan niet na opzegging door de curator,<br />

mits <strong>voor</strong>tzetting van de arbeidsovere<strong>en</strong>komst plaatsvindt binn<strong>en</strong> drie m<strong>aan</strong>d<strong>en</strong> na<br />

afloop van de arbeidsovere<strong>en</strong>komst met de vervreemder) er rek<strong>en</strong>ing mee di<strong>en</strong>t te<br />

houd<strong>en</strong> dat de arbeidsovere<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> met de vervreemder meetell<strong>en</strong> in de zog<strong>en</strong>aamde<br />

ket<strong>en</strong> van artikel 7:668a, lid 1 BW.<br />

2.12. Is dat nu redelijk? Ik me<strong>en</strong> dat dit in ieder geval niet zeer onredelijk g<strong>en</strong>oemd mag<br />

word<strong>en</strong>. De verkrijger is in het geval van e<strong>en</strong> failliete vervreemder niet verplicht om de<br />

desbetreff<strong>en</strong>de werknemer in di<strong>en</strong>st te nem<strong>en</strong>. Neemt de verkrijger e<strong>en</strong> werknemer in<br />

di<strong>en</strong>st, dan di<strong>en</strong>t hij zich te realiser<strong>en</strong> dat, indi<strong>en</strong> hij de werknemer e<strong>en</strong> contract <strong>voor</strong><br />

<strong>bepaalde</strong> <strong>tijd</strong> <strong>aan</strong>biedt, dit contract op grond van art. 7:668a lid 2 jo lid 1 BW in ieder<br />

geval als tweede contract in de ket<strong>en</strong> wordt beschouwd [noot:25] (ook als het contract<br />

bij de vervreemder e<strong>en</strong> contract <strong>voor</strong> on<strong>bepaalde</strong> <strong>tijd</strong> was) [noot:26] <strong>voor</strong> zover <strong>voor</strong> het<br />

overige wordt vold<strong>aan</strong> <strong>aan</strong> de vereist<strong>en</strong> van artikel 7:668a lid 2 BW. Ik kan dat wel als<br />

<strong>en</strong>igszins bezwaarlijk, maar niet als heel bezwaarlijk <strong>voor</strong> de verkrijger beschouw<strong>en</strong>.<br />

Over deze kwestie best<strong>aan</strong> <strong>en</strong>kele rechterlijke uitsprak<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> <strong>aan</strong>tal daarvan kom<strong>en</strong><br />

de betrokk<strong>en</strong> rechters tot de conclusie dat artikel 668a lid 2 BW in faillissem<strong>en</strong>tssituaties<br />

di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> toegepast. [noot:27] De meest rec<strong>en</strong>te uitspraak is die van de sector<br />

kanton van de Rechtbank Groning<strong>en</strong> van 14 juli 2005. [noot:28] De betrokk<strong>en</strong><br />

kantonrechter overwoog als volgt:<br />

‘‘Anders dan in geval van de bepaling<strong>en</strong> inzake de overgang van onderneming (art.<br />

7:662 e.v. BW) vermeldt de wet in geval van art. 7:668a lid 2 BW niet dat<br />

toepasselijkheid in geval van faillissem<strong>en</strong>t niet <strong>aan</strong> de orde is. Er is ook goede grond om<br />

in geval van e<strong>en</strong> doorstart na faillissem<strong>en</strong>t art. 7: 668a lid 2 BW wel toepasselijk te<br />

acht<strong>en</strong>: weliswaar geldt dat de doorstart<strong>en</strong>de ondernemer onder toezicht van de curator<br />

<strong>en</strong> rechter-commissaris ‘vrijelijk’ e<strong>en</strong> keuze kan mak<strong>en</strong> uit het personeelsbestand (art. 7:<br />

662 BW e.v. geldt immers niet), maar als hij e<strong>en</strong> werknemer in di<strong>en</strong>st neemt behoort die<br />

werknemer zich te kunn<strong>en</strong> beroep<strong>en</strong> op het gehele ‘oude’ pakket van<br />

OSR <strong>Juridische</strong> Opleiding<strong>en</strong> 116

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!