29.01.2013 Views

Juridische haken en ogen aan arbeidscontracten voor bepaalde tijd

Juridische haken en ogen aan arbeidscontracten voor bepaalde tijd

Juridische haken en ogen aan arbeidscontracten voor bepaalde tijd

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

8. Het vereiste van e<strong>en</strong> schriftelijke vastlegging van e<strong>en</strong> concurr<strong>en</strong>tiebeding is<br />

opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in artikel 7:653, lid 1 BW. Juist omdat de consequ<strong>en</strong>ties van e<strong>en</strong> dergelijk<br />

beding <strong>voor</strong> e<strong>en</strong> werknemer bijzonder ernstig kunn<strong>en</strong> zijn, heeft de wetgever verlangd<br />

dat <strong>voor</strong> de rechtsgeldigheid van dit beding <strong>aan</strong> e<strong>en</strong> <strong>aan</strong>tal <strong>voor</strong>waard<strong>en</strong> wordt vold<strong>aan</strong>.<br />

Gelet op deze achtergrond, die berust op de gedachte dat binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> partijverhouding<br />

waarbij één partij e<strong>en</strong> sterkere positie inneemt dan de andere de zwakkere partij<br />

bescherming verdi<strong>en</strong>t, is de kantonrechter van oordeel dat niet lichtvaardig mag word<strong>en</strong><br />

<strong>aan</strong>g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dat <strong>aan</strong> deze <strong>voor</strong>waarde is vold<strong>aan</strong>.<br />

9. De jurisprud<strong>en</strong>tie rondom deze bepaling biedt wel rec<strong>en</strong>te uitsprak<strong>en</strong> over de vraag<br />

wanneer e<strong>en</strong> beding schriftelijk is overe<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong>, maar biedt ge<strong>en</strong> concrete regel <strong>voor</strong><br />

e<strong>en</strong> geval als het onderhavige, waarin na ommekomst van e<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong> termijn<br />

e<strong>en</strong> arbeidsverhouding wordt <strong>voor</strong>tgezet zonder dat daaromtr<strong>en</strong>t iets nader is besprok<strong>en</strong>,<br />

laat st<strong>aan</strong> schriftelijk vastgelegd. De vraag is dan of de verhouding tuss<strong>en</strong> partij<strong>en</strong> op<br />

dezelfde <strong>voor</strong>waard<strong>en</strong>, waaronder het concurr<strong>en</strong>tiebeding, wordt <strong>voor</strong>tgezet, of dat e<strong>en</strong><br />

geheel nieuwe arbeidsovere<strong>en</strong>komst ontstaat waarvan de inhoud wordt bepaald door de<br />

wijze waarop partij<strong>en</strong> daar feitelijk uitvoering <strong>aan</strong> hebb<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>.<br />

10. Als argum<strong>en</strong>t <strong>voor</strong> de eerste red<strong>en</strong>ering wordt wel verwez<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> Haviltexinterpretatie,<br />

waarbij wordt verdedigd dat – nu ge<strong>en</strong> der partij<strong>en</strong> bij geleg<strong>en</strong>heid van de<br />

<strong>voor</strong>tzetting van de arbeidsverhouding heeft “gepiept” – het k<strong>en</strong>nelijk de bedoeling is<br />

geweest van partij<strong>en</strong> de best<strong>aan</strong>de recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> verplichting<strong>en</strong> onverminderd <strong>en</strong> in volle<br />

omvang in stand te houd<strong>en</strong>, derhalve met inbegrip van het concurr<strong>en</strong>tiebeding. Voorts<br />

kan hier<strong>voor</strong> e<strong>en</strong> argum<strong>en</strong>t word<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> in het <strong>bepaalde</strong> in artikel 7:668, lid 1 BW,<br />

welke bepaling uitdrukkelijk vermeldt dat bij e<strong>en</strong> stilzwijg<strong>en</strong>de verl<strong>en</strong>ging de vroegere<br />

<strong>voor</strong>waard<strong>en</strong> van kracht blijv<strong>en</strong>. best<strong>aan</strong>de jurisprud<strong>en</strong>tie in die richting is op die<br />

bepaling gestoeld.<br />

11. Als argum<strong>en</strong>t <strong>voor</strong> de tweede red<strong>en</strong>ering wordt verwez<strong>en</strong> naar de wet, waarin in<br />

artikel 7:667, lid 1 BW wordt bepaald dat e<strong>en</strong> arbeidsovere<strong>en</strong>komst die is <strong>aan</strong>geg<strong>aan</strong><br />

<strong>voor</strong> <strong>bepaalde</strong> <strong>tijd</strong> van rechtswege eindigt wanneer de <strong>tijd</strong> is verstrek<strong>en</strong> die bij<br />

overe<strong>en</strong>komst is <strong>aan</strong>gegev<strong>en</strong>. De red<strong>en</strong>ering is dan dat het, wanneer e<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komst<br />

van rechtswege eindigt, bij e<strong>en</strong> stilzwijg<strong>en</strong>de <strong>voor</strong>tzetting van de arbeidsrelatie niet<br />

anders kan dan dat e<strong>en</strong> nieuwe, mondelinge arbeidsovere<strong>en</strong>komst van kracht is<br />

geword<strong>en</strong>. Ook hier<strong>voor</strong> kunn<strong>en</strong> argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ontle<strong>en</strong>d word<strong>en</strong> <strong>aan</strong> de bewoording van<br />

artikel 7:668, lid 1 BW.<br />

12. De kantonrechter is van oordeel dat <strong>voor</strong> wat betreft het schriftelijkheidsvereiste e<strong>en</strong><br />

strikte interpretatie di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> gevolgd. Nu de wet expliciet <strong>voor</strong>schrijft dat e<strong>en</strong><br />

concurr<strong>en</strong>tiebeding schriftelijk di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> <strong>aan</strong>geg<strong>aan</strong>, zal e<strong>en</strong> dergelijk beding ook<br />

alle<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> best<strong>aan</strong> als <strong>aan</strong> dat vereiste is vold<strong>aan</strong>. Van e<strong>en</strong> werkgever mag word<strong>en</strong><br />

verwacht dat hij op de hoogte is van deze regel <strong>en</strong> dat hij, als direct belanghebb<strong>en</strong>de bij<br />

e<strong>en</strong> dergelijk beding, er ook op toeziet dat, op die mom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> waarop zulks <strong>aan</strong> de orde<br />

kan kom<strong>en</strong>, met inachtneming van die regel wordt gehandeld. De consequ<strong>en</strong>ties van het<br />

nalat<strong>en</strong> om <strong>aan</strong> die regel gevolg te gev<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> dan ook <strong>voor</strong> rek<strong>en</strong>ing te blijv<strong>en</strong> van de<br />

werkgever.<br />

13. De kantonrechter volgt daarom de weg zoals die logischerwijs <strong>voor</strong>tvloeit uit de<br />

wettelijke bepaling<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> arbeidsovere<strong>en</strong>komst <strong>voor</strong> <strong>bepaalde</strong> <strong>tijd</strong> eindigt van<br />

rechtswege door verloop van de bedong<strong>en</strong> termijn. Wordt deze vervolg<strong>en</strong>s door partij<strong>en</strong><br />

zonder teg<strong>en</strong>spraak <strong>voor</strong>tgezet, dan zegt artikel 7:668, lid 1 BW dat de<br />

arbeidsovere<strong>en</strong>komst “wordt geacht <strong>voor</strong> dezelfde <strong>tijd</strong> (...) op de vroegere <strong>voor</strong>waard<strong>en</strong><br />

wederom te zijn <strong>aan</strong>geg<strong>aan</strong>.” Ook uit deze formulering volgt dat na afloop van de<br />

arbeidsovere<strong>en</strong>komst <strong>voor</strong> <strong>bepaalde</strong> <strong>tijd</strong> e<strong>en</strong> nieuwe overe<strong>en</strong>komst wordt <strong>aan</strong>geg<strong>aan</strong>,<br />

wat blijkt uit het gebruik van de woord<strong>en</strong> “wederom te zijn <strong>aan</strong>geg<strong>aan</strong>”. Het moge zo zijn<br />

dat deze bepaling vermeldt dat de overe<strong>en</strong>komst “op de vroegere <strong>voor</strong>waard<strong>en</strong>” is<br />

<strong>aan</strong>geg<strong>aan</strong>, maar <strong>voor</strong> zover <strong>aan</strong> die <strong>voor</strong>waard<strong>en</strong> vormvereist<strong>en</strong> zijn verbond<strong>en</strong>, blijv<strong>en</strong><br />

die dus ook van kracht <strong>en</strong> wanneer vastgesteld moet word<strong>en</strong> dat bij het “wederom<br />

OSR <strong>Juridische</strong> Opleiding<strong>en</strong> 187

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!