Bestemmingsplan - Ruimtelijkeplannen.nl

88.2 VIII. Overleg met overheden, diensten en bedrijven
Het voorontwerp-bestemmingsplan is in het kader van het
voorgeschreven overleg als bedoeld in artikel 10 van het
Besluit op de Ruimtelijke Ordening toegezonden aan de
Provinciale Commissie en aan andere overleginstanties.
De reacties van de overleginstanties worden hieronder
weergegeven, gevolgd door gemeentelijk commentaar, waarin
is aangegeven op welke wijze de reacties –indien nodig- in
het bestemmingsplan zijn verwerkt.
88.2.1.a.1.1.1 A. Provinciale Planologische Commissie Noord-Brabant
De behandeling in de commissie heeft geleid tot de volgende
opmerkingen:
1. Ontsluiting (cat.II); Gelet op de ontwikkelingsmogelijkheden binnen het
plan naar een zwaardere kantorenfunctie bij het spoor ligt een explicieter
toets aan het provinciale beleid (Handleiding mobiliteit ruimtelijke
plannen; B-locatie) voor de hand. Die zou bijvoorbeeld in de beschrijving in
hoofdlijnen kunnen worden verwerkt;
2. Bodemsanering (cat.II); Voor de situaties van ontwikkeling van woongebied
binnen veranderingsgebieden verwacht de commissie in geval van
overschrijding van een interventiewaarde een saneringsplan. De
uitvoerbaarheid van het plan op dit punt moet immers duidelijk zijn bij de
vaststelling ervan;
3. Geluidhinder (cat.II);
a. Op pagina 38 van de plantoelichting wordt een
evaluatie genoemd van het “Verkeerscirculatieplan Oude Stad” en de
opstelling van een “Verkeerscirculatieplan stadshart”. Wanneer die
evaluatie nog tot besluitvorming zou leiden over een reconstructie van de
Ringbaan-West en de Noordhoekring, is dat nog in het akoestisch rapport te
verwerken.
b. De geluidsbelasting van het spoor moet nog berekend
worden met het nieuwe “Reken- en meetvoorschrift (1997)”. Ook kan de
gedetailleerder “Standaardrekenmethode II” ten aanzien van het
spoorweglawaai van de Hart van Brabantlaan nog toegepast worden.
c. Omdat ook functiewijziging naar woningen en te
projecteren dienstwoningen langs gezoneerde wegen mogelijk zijn
gemaakt, zal een ontheffingsverzoek niet alleen betrekking hebben op twee
veranderingsgebieden (Regenboogterrein bij Bredaseweg en gebied ten
zuiden van de Hart van Brabantlaan). Ook in geval van keuze voor
vervangende nieuwbouw is een ontheffingsprocedure noodzakelijk tenzij
die vervanging op basis is van het geldende plan al mogelijk is.
In het veranderingsgebied naar wonen ten zuiden van de Hart van
Brabantlaan is volgens de toegepaste berekeningen sprake van een
overschrijding van de uiterste ontheffingswaarden wegverkeerslawaai
(66dB(A)) en spoorweglawaai (74 dB(A)). Ten aanzien van
wegverkeerslawaai ondersteunt de commissie de afweging van ruisarm
asfalt.
d. Ten aanzien van het spoorweglawaai kan de te
projecteren geluidsongevoelige grootschaliger bebouwing langs het spoor