Bestemmingsplan - Ruimtelijkeplannen.nl

T:\bestemmingsplanvoorschriften\1999-001.doc
- 196 -
2. Bedrijfshinder
Bij de beschrijving van de bestaande toestand is aangegeven dat bedrijfshinder
objectief in te delen is naar categorieën. Deze indeling is opgezet naar de maximale
afstand waarover typen bedrijven hinder (geluid, stof, geur enz.) veroorzaken; het
gaat hierbij om gemiddelden. Volgens de indeling kunnen bedrijven van categorie
1 en 2 goed tot redelijk ingepast worden in een woonomgeving (hinderstraal variëert
van 0 tot 30 meter). Bedrijven van categorie 3 en hoger zijn in principe,
vanwege de grotere hinderstralen, niet in te passen in een woonbuurt.
In de praktijk blijkt dat een bedrijf van bijv. categorie 2 wel degelijk hinderlijk kan
zijn, het gaat dan boven de gemiddelde hinder van zijn categorie uit. Het
omgekeerde kan ook het geval zijn: een bedrijf van categorie 3 kan blijken weinig
of geen hinder te veroorzaken (de hinderstraal blijkt kleiner te zijn dan het
gemiddelde waarop de categorie-indeling gebaseerd is).
De gemeente tracht door de voorschriften horend bij een hinderwetvergunning de
overlast voor de omgeving zoveel mogelijk te beperken; bij bedrijven van categorie
3 en hoger kan dat in bepaalde gevallen een moeizame zaak zijn. Wanneer
beperken van de overlast onmogelijk blijkt zonder de economische leefbaarheid
van het bedrijf aan te tasten, dan is duidelijk dat een opheffing of verplaatsing van
het bedrijf noodzakelijk is. Het weigeren van de hinderwetvergunning, eventueel
gecombineerd met de bepalingen van het bestemmingsplan kan daartoe de aanzet
geven.
Maatregelen.
Voor bedrijven van categorie 3 of hoger wordt getracht een nieuw
bestemmingsplan toename van hinder (bijv. door uitbreiding en/of méér resp.
andere activiteiten) tegen te gaan. Daarnaast wordt gepleit om -bij bëeindiging van
de bedrijfsvoering- vestiging van een ander hinderlijk bedrijf te voorkomen.
Voor een enkel bedrijven wordt geadviseerd verplaatsing naar daartoe geëigende
locatie (buiten woongebieden) te bevorderen, het betreft:
- Gianotten: Bredaseweg 61;
Tenslotte zijn er in het plangebied enkele bedrijven gelegen, het NSspoorwegemplacement
en van Gend en Loos, die nu door hun situering nabij de
spoorweg (en voorzover zij blijven voldoen aan de voorschriften van de
hinderwetvergunning) aanvaardbaar zijn, maar die nieuwe ontwikkelingen in de
richting van bijv. woningbouw uitsluiten. Hierbij dient aangetekend te worden dat
de hinder veroorzaakt door de spoorweg zélf een dergelijke ontwikkeling -zonder
geluidwering in de vorm van schermen of geluid-ongevoelige gebouwen-
onwaarschijnlijk maakt.
De problematiek van hinder van bedrijven aan de rand van het plangebied is in het
kader van dit bestemmingsplan formeel niet te verhelpen. Terugdringen van
hinder veroorzaakt door het functioneren van met name de Brandweer is
bovendien niet haalbaar vanwege de negatieve consequenties die dat zou hebben
voor de taakuitvoering van dat bedrijf.