Erfgoededucatie - Vereniging van Nederlandse Gemeenten
Erfgoededucatie - Vereniging van Nederlandse Gemeenten
Erfgoededucatie - Vereniging van Nederlandse Gemeenten
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
7 UNESCO (2003) Conventie voor het<br />
behoud <strong>van</strong> immaterieel erfgoed<br />
vingen, maar ook rondleidingen door depots en een aantal informatieve websites zoals<br />
www.archeos.nl. Soms is het werk <strong>van</strong> archeologen te volgen via een webcam.<br />
Monumenten en de gebouwde omgeving<br />
Een monument is een gebouw of object, meestal ouder dan vijftig jaar, dat <strong>van</strong> algemeen belang<br />
is <strong>van</strong>wege schoonheid, cultuurhistorische waarde of betekenis voor de wetenschap: het laat<br />
zien hoe er vroeger werd gebouwd of geleefd. Nederland telt ca. 50.000 monumenten, in soorten<br />
en maten. De grootste categorie vormen de woonhuizen, gevolgd door andere gebouwen als<br />
kastelen, kerken, boerderijen, molens, cafés, fabrieken, flats en ensembles <strong>van</strong> gebouwen (hofjes,<br />
stads- en dorpsgezichten, wijken). Ook andere objecten kunnen <strong>van</strong> monumentale waarde zijn:<br />
verdedigingswerken, stadsmuren, bruggen, fonteinen, (oorlogs)gedenktekens, terwijl ook parken,<br />
(natuur)landschap of een boomgaard dit predicaat kunnen krijgen.<br />
Er zijn rijksmonumenten -<strong>van</strong> nationaal belang, naast provinciale en gemeentelijke monumenten,<br />
die onlosmakelijk verbonden zijn met de plaats waar ze staan. Naast de overheid houden<br />
ook circa 900 particuliere organisaties zich bezig met behoud, herstel en onderhoud <strong>van</strong> monumenten.<br />
Ongeveer veertig procent daar<strong>van</strong> richt zich op een bepaalde categorie monumenten<br />
(vuurtorens, industriële monumenten enz.). Sommige monumenten krijgen een nieuwe functie<br />
(kantoor, horeca, kunstwerkplaats), andere zijn toegankelijk voor publiek, maar een groot aantal<br />
kan alleen op aanvraag of voor een speciale gelegenheid worden opengesteld.<br />
Industrieel erfgoed<br />
Getuigen <strong>van</strong> voorbije fasen in de ontwikkeling <strong>van</strong> bedrijf en techniek vallen onder de noemer<br />
‘industrieel erfgoed’. Naast gebouwen (pakhuizen, vemen, gasfabrieken, watertorens, sluizen,<br />
stuwen, winkels, beursgebouwen enz.) omvat dit roerende zaken als machines en apparatuur,<br />
vervoersmiddelen en restanten <strong>van</strong> infrastructuur zoals vaarwegen, havens, verkeerswegen,<br />
spoor- en tramwegen en vliegvelden. Ook bedrijfsarchieven en beeld- en geluidscollecties<br />
kunnen industrieel erfgoed zijn. In de jaren negentig zijn vele honderden objecten aangewezen<br />
als rijksmonument. Ook gemeenten hebben industriële gebouwen of objecten tot lokaal monument<br />
verklaard. De Federatie Industrieel Erfgoed (FIEN) fungeert als koepel voor een zestigtal<br />
organisaties, die vaak drijven op enthousiaste vrijwilligers. In deze heterogene groep bevinden<br />
zich lokale en regionale organisaties die zich op een bepaalde stad of een bepaalde streek richten,<br />
maar ook categoriale, die zich bijvoorbeeld richten op gemalen, watertorens, schepen of trams<br />
(www.industrieel-erfgoed.nl).<br />
Mobiel erfgoed<br />
Mobiel erfgoed omvat allerlei historische transportmiddelen. Er zijn vier sectoren: water, rail, weg<br />
en lucht. Denk dus behalve aan oude auto’s en stadsbussen aan vissersschepen, veerboten, trams,<br />
treinen en vliegtuigen. Musea en organisaties <strong>van</strong> particuliere eigenaren op het gebied <strong>van</strong> het<br />
mobiel erfgoed zijn verenigd in de stichting Mobiele Collectie Nederland (MCN).<br />
Immaterieel erfgoed<br />
Overal waar mensen samenleven ontstaat immaterieel erfgoed. De UNESCO verstaat onder immaterieel<br />
erfgoed: ‘De beoefening, de voorstellingen, de expressie, de kennis en de vakkennis<br />
– inclusief de bijbehorende instrumenten, voorwerpen, artefacten en ruimtes – die gemeenschappen,<br />
groepen en soms individuen erkennen als onderdeel <strong>van</strong> hun cultureel erfgoed. Immaterieel<br />
erfgoed openbaart zich – onder andere – in de volgende domeinen: orale tradities, uitingen en<br />
taal, de podiumkunsten, sociale praktijken, rituelen en feestelijke gebeurtenissen, kennis en praktijken<br />
rond de natuur en het universum en het traditionele ambacht.’ 7<br />
Kennis over dit ‘niet tastbare’ erfgoed is binnen gemeenten vaak aanwezig bij (oudere) inwoners<br />
en meer specifiek bij historische verenigingen, oudheidkamers en heemkundekringen, maar ook<br />
bij fanfares en andere muziekverenigingen, folkloristische dansgroepen en beoefenaars <strong>van</strong> oude<br />
ambachten. Het nationale museum voor de cultuur <strong>van</strong> ons dagelijks leven is het Nederlands<br />
Openluchtmuseum in Arnhem.<br />
Landelijke instellingen die actief zijn op het terrein <strong>van</strong> het immaterieel erfgoed zijn het Meertens<br />
Instituut (wetenschappelijk onderzoek) en het Nederlands Centrum voor Volkscultuur (NCV). Het<br />
NCV ondersteunt het veld en geeft, onder meer via een website met kennisdatabank<br />
(www.volkscultuur.nl) en tal <strong>van</strong> publicaties, voorlichting aan het grote publiek. Steeds meer<br />
belangstelling is er voor erfgoed <strong>van</strong> migranten in Nederland, dat (hier) grotendeels immaterieel<br />
<strong>van</strong> aard is.<br />
1