WOORDENBOEKJE - De Taal van Overijssel
WOORDENBOEKJE - De Taal van Overijssel
WOORDENBOEKJE - De Taal van Overijssel
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
ouder tot ouder uit <strong>De</strong>venter en had derhalve klanken gehoord, die in onzen tijd<br />
(1870— 1880 en later) reeds geheel verdwenen waren. Zoo sprak een oudere<br />
generatie de vocaal in „peer” uit als de è <strong>van</strong> Fr. père, en sprak <strong>van</strong> een „père” .<br />
Het vorig geslacht werd „eschaoren” (geschoren), terwijl wij trotsch waren toen<br />
wij den eersten keer door den barbier „eschoren” waren (met klank als in het<br />
Nederlandsch.)<br />
5. Ook de woordenschat der onderscheidene stadswijken en volkslagen is<br />
niet dezelfde. Er staan in Draaijers boek uitdrukkingen en woorden, die ondergeteken<br />
de niet kent, of nooit gebruikte; die echter de schrijver met zijn<br />
fijnen speurzin en langjarig onderzoek uit den volksmond opteekende. Zoo<br />
spreken wij — om een enkel voorbeeld te noemen — nooit <strong>van</strong> wiesder, langerder,<br />
mooier der, gróöterder ,e nz.; ze klinken ons onbeschaafd in de ooren. Evenmin laat<br />
een beschaafd <strong>De</strong>venternaar de h weg. Onbeklemde woordjes als het, hem, enz.,<br />
mogen, evenals trouwens in het Nederlandsch, klinken et, em, maar hand, hoed,<br />
hoofd, verliezen hun h niet. Doch vele zijn waardevol omdat ze zijn wat de<br />
Engelschman noemt „ra cy of the soil” , kenschetsend voor het karakter, de eigenaardigheden,<br />
den humor <strong>van</strong> het volk.<br />
<strong>De</strong>ze tweede druk moge zich verheugen in veler belangstelling!<br />
Utrecht, September 1936. P. F IJN V A N D R A A T .<br />
dialect zijner geboortestad, dat hem zeer lief was, en de gewoonten, gebruiken<br />
en jongensspelen <strong>van</strong> oud-<strong>De</strong>venter, gaven hem, behalve zijn woordenboekje,<br />
menig waardevol artikel in de pen, dat in het <strong>De</strong>venter Dagblad een welkome<br />
plaats vond. Hij overleed vol <strong>van</strong> jaren, in den zomer <strong>van</strong> 1933. Zijn Levensbericht<br />
komt voor in het Jaarverslag <strong>van</strong> 1934 <strong>van</strong> de Maatschappij der Nederlandsche<br />
Letterkunde, waar<strong>van</strong> hij lid was.<br />
IX