NJB-1427
NJB-1427
NJB-1427
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Tijdschriften<br />
een verbod tot erkenning van aansprakelijkheid<br />
geen gevolg heeft voor zover<br />
de erkenning juist is. In deze bijdrage<br />
bespreken schrs. de vraag of het huidige<br />
recht voldoende ruimte biedt aan<br />
beroepsbeoefenaren om tekst en uitleg<br />
te geven of excuses aan te bieden.<br />
1374<br />
Fiscaal recht<br />
Praktijkblad<br />
Salarisadministratie<br />
16e jrg. nr. 10, 4 juli 2014<br />
H. Amorison, O. Leal<br />
Het nationale woonplaatsbegrip<br />
voor de loonbelasting. Woont werknemer<br />
fiscaal gezien in Nederland?<br />
– Het woonplaatsbegrip is een<br />
belangrijk begrip voor de belastingheffing<br />
in zijn algemeenheid. Woont<br />
iemand in Nederland, dan is hij voor<br />
zijn inkomen in Nederland belastingplichtig,<br />
ongeacht de territoriale herkomst<br />
van dat inkomen. Dit zogenoemde<br />
woonplaatsbeginsel is ook<br />
van belang voor de loonbelasting.<br />
Hoe wordt nu naar Nederlands nationaal<br />
recht bepaald waar iemand<br />
woont? Gezien het belang van die<br />
vraag voor de praktijk wordt deze<br />
behandeld in deze bijdrage.<br />
D. Herveille<br />
Het nieuwe belastingverdrag met<br />
Duitsland. Gevolgen werknemer,<br />
werkgever, gepensioneerde<br />
– Het nieuwe belastingverdrag met<br />
Duitsland blijft de gemoederen bezig<br />
houden. Na jarenlange onderhandelingen<br />
is op 12 april 2012 een nieuw<br />
verdrag tot stand gekomen. In eerste<br />
instantie waren partijen in de veronderstelling<br />
dat de nieuwe afspraken<br />
per 1 januari 2014 van toepassing<br />
konden zijn, maar er bleken toch aan<br />
Nederlandse zijde nog een aantal<br />
hobbels te zijn. De nieuwe afspraken<br />
hebben tijdens de Kamerbehandeling<br />
geleid tot aantal vragen. De beantwoording<br />
daarvan heeft nogal wat<br />
voeten in de aarde gehad. In Praktijkblad<br />
Salarisadministratie nr. 2 van 17<br />
januari 2014, ‘Kamervragen nieuw<br />
verdrag met Duitsland beantwoord’<br />
wordt al een deel van de antwoorden<br />
behandeld. Er bleek echter toch nog<br />
een aanvullende ronde nodig om alle<br />
vragen te beantwoorden. Overigens<br />
is het echt een Nederlandse aangelegenheid.<br />
Duitsland heeft het verdrag<br />
al aangenomen.<br />
Weekblad Fiscaal Recht<br />
143e jrg. nr. 7056, 3 juli 2014<br />
Mr. M.H.G.M. van der Linden,<br />
WFR 2014/886<br />
Hybride entiteiten onder het NL-VS<br />
verdrag; transparant maar niet<br />
helder<br />
– In art. 24 lid 4 van<br />
het belastingverdrag<br />
tussen de Verenigde<br />
Staten en Nederland<br />
(24-4) is een bepaling<br />
opgenomen voor betalingen<br />
aan hybride/<br />
transparante entiteiten.<br />
De werking van deze bepaling en<br />
samenloop met andere verdragsbepalingen<br />
is niet helder. Dit creëert onzekerheid<br />
met betrekking tot de vaststelling<br />
van de uiteindelijk<br />
gerechtigde, de toepassing van de<br />
stemrecht- en houdstereis van het<br />
dividendartikel en de grondslaguithollingstoetsen.<br />
In zijn huidige vorm<br />
werkt 24-4 niet (goed). Om 24-4 beter<br />
te laten werken pleit schr. voor een<br />
uitbreiding van 24-4 naar een complete<br />
subrogatie van de aandeelhouder/participant<br />
in de hybride entiteit.<br />
W. Veldhuizen RE,<br />
mr. drs. M.J. Moret RA, WFR 2014/898<br />
Bayes rule in de fiscale praktijk: een<br />
alternatief voor de reductietabel<br />
– De Belastingdienst heeft vorig jaar<br />
voor het eerst de “Controle Aanpak<br />
Belastingdienst” openbaar gemaakt.<br />
In deze notitie wordt de aanpak<br />
beschreven die de Belastingdienst<br />
voorstaat bij de controle van belastingplichtigen.<br />
Belangrijk onderdeel<br />
van deze controle is het gegevensgerichte<br />
onderzoek. De vraag is nu hoe<br />
de Belastingdienst de gegevensgerichte<br />
werkzaamheden zo veel als<br />
mogelijk kan beperken, zonder het<br />
risico te lopen een aangifte goed te<br />
keuren met daarin een materiële<br />
fout. Het antwoord van de Belastingdienst<br />
hierop is de Bayes rule. In het<br />
eerste deel van deze tweeluik leggen<br />
schrs. uit wat de Bayes rule in de fiscale<br />
praktijk inhoudt. In de praktijk<br />
bestaat namelijk behoefte aan een<br />
raamwerk op basis waarvan de positieve<br />
voorinformatie over belastingplichtigen<br />
kan worden beoordeeld en<br />
onderbouwd.<br />
Weekblad Fiscaal Recht<br />
143e jrg. nr. 7057, 10 juli 2014<br />
L.W.D. Wijtvliet, WFR 2014/930<br />
Vermogensbelasting: over gif,<br />
ongelijkheid en blind geloof in de<br />
heilzame werking van belastingen<br />
– Vermogensongelijkheid slaat anno<br />
2014 de klok. Bijgevolg klinkt de roep<br />
om een vermogensbelasting steeds<br />
luider. In deze bijdrage bespreekt<br />
schr. diverse voor Nederlandse grippen<br />
nieuwe rechtsgronden voor een<br />
vermogensbelasting en onderzoekt<br />
hij of een vermogensbelasting op<br />
duurzame wijze kan bijdragen aan<br />
verkleining van vermogensverschillen.<br />
W. Veldhuizen RE,<br />
mr. drs. M.J. Moret RA, WFR 2014/941<br />
Bayes rule in de fiscale praktijk: een<br />
alternatief voor de reductietabel –<br />
deel van het tweeluik<br />
– In het tweede deel van de tweeluik<br />
‘Bayes rule in de fiscale praktijk: een<br />
alternatief voor de reductietabel’ proberen<br />
schrs. aan de hand van een aantal<br />
factoren om positieve voorinformatie<br />
te beoordelen en op deze wijze<br />
de reductie te onderbouwen. Zij doen<br />
dit omdat zij van mening zijn dat de<br />
Controle Aanpak Belastingdienst<br />
(CAB) niet duidelijk weergeeft op<br />
basis van welke criteria de positieve<br />
voorinformatie en de hieruit afgeleide<br />
reductie onderbouwd en beoordeeld<br />
moeten worden. In de praktijk bestaat<br />
behoefte aan een raamwerk op basis<br />
waarvan de positieve voorinformatie<br />
beoordeeld en onderbouwd kan worden.<br />
Schrs. zijn van mening dat in de<br />
praktijk reeds ontwikkelde modellen<br />
hierbij kunnen helpen om een uitspraak<br />
te doen over de kwaliteit van<br />
de administratieve organisatie en<br />
interne beheersing en welke gevolgen<br />
dit heeft voor de gegevensgerichte<br />
controle. Voor de beoordeling en<br />
waardering van de positieve voorinformatie<br />
reiken zij in dit artikel een<br />
aantal factoren aan gebaseerd op het<br />
TCF-volwassenheidsmodel.<br />
1375<br />
Handels- & economisch recht<br />
Bedrijfsjuridische berichten<br />
Nr. 13, 1 juli 2014<br />
Mr. G.H. Lankhorst, Bb 2014/40<br />
Crediteurenbelang en hoorplicht<br />
– In de zaak Rechtbank Rotterdam<br />
19 maart 2014, ECLI:NL:RBROT:2014:<br />
1882 NEDERLANDS JURISTENBLAD – 24-07-2014 – AFL. 27