Bijlagen - Erfgoedcel Kempens Karakter
Bijlagen - Erfgoedcel Kempens Karakter
Bijlagen - Erfgoedcel Kempens Karakter
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
van de toren heeft een kruisgewelf. Alle andere delen van de kerk worden afgedekt door een houten<br />
tongewelf. De eerste vier traveeën en de toren werden bij KB van 20 maart 1935 geklasseerd als<br />
monument. Studiebureau Consult voerde in 1997 een studie uit in opdracht van de kerkfabriek. Het stelt dat<br />
het oudste gedeelte van de huidige kerk van de tweede helft van de 14 de eeuw dateert, de toren van het<br />
einde van de 14 de eeuw. In 1840 werd de kerk een eerste maal uitgebreid. Deze bakstenen uitbreiding werd<br />
in 1908 weer afgebroken om plaats te maken voor een volledig vernieuwd gebouw volgens de huidige<br />
kruisaflijning. Deze uitbreidingswerken werden in 1912 definitief aanvaard. Helaas brandden kerk en toren<br />
op 1 oktober 1914 uit. In 1922 werd ze heropgebouwd volgens de in 1900 getekende plannen. In de<br />
volgende oorlog, in 1940, blies het Belgische leger de torenspits op, waardoor ook de aanleunende<br />
kerkdaken beschadigd werden. Tijdens de wederopbouw in 1940-’41 kreeg de toren een betonnen kern. De<br />
nieuwe torenspits werd pas in 1960-’61 gebouwd.<br />
Nieuwe parochies<br />
Bij KB van 14 augustus 1947 werd een nieuwe parochie erkend, toegewijd aan O.-L.-Vrouw. De<br />
erediensten worden nog steeds in een "voorlopige" kerk gehouden. Deze kerk wijdde Kardinaal Van Roey,<br />
Aartsbisschop van Mechelen, op 19 december 1948 in.<br />
**Algemene geschiedenis van Bevel<br />
Situering<br />
Gelegen aan de Grote Nete, grenzend in het zuiden aan Itegem en Gestel, ten noorden aan Nijlen, ten<br />
westen aan Kessel en in het oosten aan Herenthout. Het had ooit twee molens, die… op vreemde grond<br />
stonden, zoals de Bevelmolen, juist over de grens met Nijlen en de watermolen van de Hille- of Hellebrug<br />
op de Nete in Itegem. De naam werd doorgaans geschreven als Bevele, zelfs een enkele keer als Beverloo.<br />
Dat zal dan wel de oudste schrijfwijze geweest zijn. De naam betekent bebost terrein waarin bevers huizen.<br />
In een dertiende-eeuwse legende, die in de 19 de eeuw werd opgetekend door de Lierse secretaris<br />
Roothoofd, verdwalen een aantal ridders die van een jachtpartij terugkeerden van Turnhout ergens in de<br />
“Beverlose heide” die zich uitstrekte tot Lisp. Heel Kessel en Kloosterheide zouden volgens die legende in<br />
de heide van Bevel gelegen hebben.<br />
Tussen Bevel en Itegem lag vanouds de eerste brug over de Grote Nete gezien vanuit Lier, waarover een<br />
voorname weg vanuit de Kempen richting Lier en Leuven leidde. Aan die weg ligt de alom gekende<br />
bedevaartplaats Kruiskensberg. Het had een amer of losplaats op de Nete ten zuiden van de oude<br />
dorpskern. De voornaamste losplaats was echter gelegen aan de Hellebrug aan de Itegemse oever.<br />
Bewoningssporen<br />
Zoals in Kessel werden langs de Nete stenen werktuigen uit lang vervlogen tijden gevonden.<br />
Uit de Gallo-Romeinse periode werd een vierkante waterput in hout gevonden in de buurt van de<br />
Diepenvoortstraat en de Kesselsesteenweg die in Kessel overgaat in de Oude Bevelsesteenweg. Wellicht<br />
stond hier een villa dominica of herenboerderij. In de ingestorte put werden o.m. de resten van een groot<br />
dolium of voorraadsvat aangetroffen en een prachtig kommetje in terra sigillata of gezegeld aardewerk. Ze<br />
dateren, zoals de vondsten in Kessel, van de tweede helft van de 1 ste eeuw na Christus. Ze zijn samen met<br />
die van Grobbendonk de oudste Gallo-Romeinse nederzettingen in de streek. Het sierlijke kommetje en de<br />
scherven van het dolium zijn nog steeds in privaat bezit maar ze zouden toch niet mogen verloren gaan en<br />
ergens in een of ander museum een veilige plaats moeten krijgen.<br />
Uit de Frankische landinnamen dateert de heemnaam Flomersem of Vlomersom, ook wel eens<br />
Blommersem geschreven. De juiste ligging ervan is niet gekend.<br />
De naam Viersel, een sala, of zele-naam, waar de Gallo-Romeinse waterput stond, is volgens toponymisten<br />
van jongere datum. Viersel, wellicht ooit vriesel zou zoveel betekenen als de nederzetting, de woning van<br />
een vrij man.<br />
Erfgoedconvenant regio Kempen - BIJLAGEN intentienota p. 25