31.08.2013 Views

Beleid veranderen of stoppen - Prof. dr. AFA Korsten

Beleid veranderen of stoppen - Prof. dr. AFA Korsten

Beleid veranderen of stoppen - Prof. dr. AFA Korsten

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

gasvondst in Groningen in het begin van de jaren zestig een belangrijke impuls<br />

vormde tot het latere besluit om tot sluiting van de mijnen over te gaan.<br />

In 1965 verschijnt dan de Eerste Mijnnota van de hand van minister Den Uyl (PvdA).<br />

Deze nota laat voor de eerste keer een gecoördineerde energiepolitiek voor<br />

Nederland op de lange termijn zien. Het aandeel van de steenkool zal volgens deze<br />

nota sterk afnemen. Voorgesteld werd vervolgens om enkele mijnen te sluiten casu<br />

quo te integreren. Het was de bedoeling dat de uiteindelijke kolenproduktie afnam<br />

van 11 miljoen ton in 1965 tot 7,4 miljoen ton in 1975. Dit proces van sluiting en<br />

integratie van bepaalde mijnen zou gepaard moeten gaan met het starten van een<br />

reïndustrialisatieproces, gesteund door een actief regeringsbeleid.<br />

Deze Eerste Mijnnota werd zowel in het parlement als in Limburg goed ontvangen.<br />

Het proces van uitvoering van de mijnsluitingen ging echter veel sneller dan<br />

verwacht.<br />

Bij het uitbrengen van de Tweede Mijnnota in 1969 door minister De Block (KVP)<br />

bleek de markt voor zowel huis- als industriekolen <strong>dr</strong>astisch verslechterd te zijn. Dit<br />

was mede een gevolg van de door de overheid bevorderde omschakeling op gas. In<br />

de Tweede Mijnnota werd dan ook voorgesteld om alle mijnen - zowel staatsmijnen<br />

als particuliere mijnbe<strong>dr</strong>ijven - vóór 1975 te sluiten. Tevens werd geconcludeerd dat<br />

het tempo van herindustrialisatie niet gelijk was aan het tempo van de mijnsluitingen.<br />

De groei van de werkgelegenheid bleef achter, als gevolg van een verslechterende<br />

economische situatie en door de gunstige premieregelingen, die onder andere de<br />

Belgische overheid aan nieuwe be<strong>dr</strong>ijven aanbood.<br />

In de loop der jaren zijn vele werknemers afgevloeid. Door normaal verloop vloeiden<br />

er circa 10.000 af, terwijl verder bij de sluiting van de meeste mijnen circa 30.000<br />

elders geplaatst <strong>of</strong> vervroegd gepensioneerd werden. Begin 1971 resteerden bij de<br />

nog in be<strong>dr</strong>ijf zijnde mijnen 15.000 werknemers.<br />

De Derde Mijnnota, die door minister Langman (VVD) in 1972 werd uitgebracht,<br />

veranderde niets aan het sluitingsjaar 1975 voor alle mijnen. Wel probeerde men de<br />

herindustrialisatie van Zuid-Limburg te stimuleren door het verplaatsen naar Heerlen<br />

van enkele overheidsdiensten zoals het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds en een<br />

gedeelte van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Verder werd besloten tot het<br />

oprichten van een Rijksuniversiteit te Maastricht. Op 31 december 1974 sloten de<br />

laatste mijnen hun poorten. Een ho<strong>of</strong>dstuk in de industriële geschiedenis van<br />

Nederland en een tijdperk van grote homogeniteit in het sociale, culturele en<br />

economische leven van Limburg werd afgesloten.<br />

101

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!