Beleid veranderen of stoppen - Prof. dr. AFA Korsten
Beleid veranderen of stoppen - Prof. dr. AFA Korsten
Beleid veranderen of stoppen - Prof. dr. AFA Korsten
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
- Daniels, M.R., Theories for the implementation <strong>of</strong> public programs, policies and<br />
organizations, in: International Journal <strong>of</strong> Public Administration, 1997, pp. 113-125.<br />
- Kleistra, Y., Hollen <strong>of</strong> stilstaan – <strong>Beleid</strong>sveranderingen bij het Nederlands ministerie<br />
van Buitenlandse Zaken, Eburon, Delft, 2002.<br />
- Vries, M.S. de, Het idee van beleidsgeneraties, in: <strong>Beleid</strong>swetenschap, 1999, nr. 3,<br />
pp. 207-232.<br />
21 <strong>Beleid</strong>sbeëindiging als succesvolle dereguleringspoging<br />
Theorievorming over beleidsbëindiging is niet alleen relevant voor het begrijpen van<br />
een sector waarin volop dynamiek heerst, zoals de energiesector, en voor het<br />
management van beleidsbëindiging. Men kan ook dereguleringsvraagstukken vanuit<br />
deze theorie bezien. Een vingeroefening op dat vlak is ondernomen door de<br />
intrekking van de Uitverkopenwet te analyseren.<br />
De Uitverkopenwet 1956 is in de jaren tachtig in de opruiming gekomen. Reeds in<br />
1981 is afschaffing voorgesteld. Eerst begin 1985 is de wet ingetrokken. Het duurde<br />
dus even voor een voorstel gerealiseerd werd. Dat de wet uiteindelijk is ingetrokken<br />
is in feite tégen de verwachting. Substantiële deregulering in de vorm van een<br />
integrale beëindiging komt zelden voor en er treden allerlei barrières op. Hoe is die<br />
intrekking dan te verklaren? Hier volgt een analyse en tevens een han<strong>dr</strong>eiking voor<br />
wie een voorstel wil testen opde mogelijkheid tot deregulering (dereguleerbaarheid)<br />
<strong>of</strong> ........ zich wil verzetten (zie <strong>Korsten</strong> en Polman, 1985).<br />
Uitverkopenwet in de opruiming, <strong>of</strong> succesvolle beleidsbeëindiging?<br />
Theorievorming over beleidsbëindiging is niet alleen relevant voor het begrijpen van<br />
een sector waarin volop dynamiek heerst, zoals de energiesector, en voor het<br />
management van beleidsbëindiging. Men kan ook dereguleringsvraagstukken vanuit<br />
deze theorie bezien. Een vingeroefening op dat vlak is ondernomen door de<br />
intrekking van de Uitverkopenwet te analyseren.<br />
De Uitverkopenwet 1956 is in de jaren tachtig in de opruiming gekomen. Reeds<br />
in 1981 is afschaffing voorgesteld. Eerst begin 1985 is de wet ingetrokken. Het duurde<br />
dus even voor een voorstel gerealiseerd werd. Dat de wet uiteindelijk is ingetrokken<br />
is in feite tégen de verwachting. Substantiële deregulering in de vorm van een<br />
integrale beëindiging komt zelden voor en er treden allerlei barrières op. Hoe is die<br />
intrekking dan te verklaren? Hier volgt een analyse en tevens een han<strong>dr</strong>eiking voor<br />
wie een voorstel wil testen opde mogelijkheid tot deregulering (dereguleerbaarheid)<br />
<strong>of</strong> ........ zich wil verzetten (zie <strong>Korsten</strong> en Polman, 1985).<br />
Effecten<br />
De dereguleringsdiscussie kreeg in Nederland in het begin van de jaren tachtig een<br />
belangrijke impuls. Die kwam van twee kanten: vanuit het ambtelijk circuit en het<br />
107