Beleid veranderen of stoppen - Prof. dr. AFA Korsten
Beleid veranderen of stoppen - Prof. dr. AFA Korsten
Beleid veranderen of stoppen - Prof. dr. AFA Korsten
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Het begrip ‘bestuurlijke preventie’ komen we tegen in het beleidsplan Samenleving en<br />
Criminaliteit uit 1985. Daar is een aanzet te vinden voor een integrale aanpak van<br />
criminaliteit. Burgers, organisaties (zoals het jeugdwerk, de GGD’s, het CAD en de<br />
Riaggs) en lokaal bestuur moest nauwer bij deze problematiek betrokken worden,<br />
mede omdat een actor het probleem niet alleen kon aanpakken. Aan de rijksoverheid<br />
werd toen een initiërende, stimulerende en coördinerende rol toebedacht. In 1984 zien<br />
we een Interdepartementale stuurgroep Bestuurlijke Preventie en Criminaliteit<br />
ontstaan. Daarin moest de beleidscoördinatie plaatsvinden, alsmede de beoordeling<br />
van projectvoorstellen. in 1985-1990 werd zo ongeveer 260 projectvoorstellen bezien.<br />
In haar eindverslag pleitte de Stuurgroep voor criminaliteitseffectrapportages.<br />
Rond die tijd kreeg ook het wijkbeheer een impuls. In 1990 werden op basis van de<br />
‘Tijdelijke ondersteuningsregeling integrale aanpak van criminaliteit op wijk- en buurtniveau’<br />
18 projecten in twaalf gemeenten voor <strong>dr</strong>ie jaar gesubsidieerd.<br />
Er is ook een verbinding met sociale vernieuwing. Dat was een van de uitgangspunten<br />
in het regeeraccoord van 1989 (minister Dales). Hierdoor is de bestuurlijk<br />
criminaliteitspreventie-beleid ‘verbreed’ tot sociale veiligheid en leefbaarheid. ‘In het<br />
sociale vernieuwingsbeleid wordt criminaliteitsbeleid gezien als een onderdeel van<br />
beleid dat de cumulatie van problemen in stedelijke gebieden integraal aanpakt’ (De<br />
Haan en Woldendorp, 1998).<br />
Dat onderwerp sociale veiligheid en leefbaarheid was eerder ook al bekend. Er was<br />
immers al langer een probleemaccumulatiebeleid, waardoor gepoogd was de<br />
verloedering van de woonomgeving terug te <strong>dr</strong>ingen, alsmede getracht was kleine<br />
criminaliteit en vandalisme terug te <strong>dr</strong>ingen. De zich ophopende problemen in<br />
achterstandsgebieden moesten in samenhang bezien worden, zo vonden bewindslieden<br />
en in hun spoor wethouders. Het ging niet alleen om criminaliteit en verloedering<br />
maar ook om verbetering van de fysieke kwaliteit van woningen en woonomgeving,<br />
het terug<strong>dr</strong>ingen van de werkloosheid, vergroting van het bereik van<br />
buurtvoorzieningen en vergroting van de participatie en betrokkenheid van burgers.<br />
Waar ligt de financiële verantwoordelijkheid voor integraal veiligheidsbeleid? Het<br />
rijk voegt beleid in elkaar terwijl de verantwoordelijkheid, ook de financiële, bij de<br />
gemeenten wordt gelegd. Dat blijkt uit een analyse van veiligheidsbeleid in<br />
Amsterdam en Rotterdam. Gemeenten kregen al uit allerlei potjes middelen. Gelden<br />
uit rijkspotten, zoals voor bestuurlijke preventie werden overgeheveld naar sociale<br />
vernieuwing, aldus de ‘Nota Veiligheidsbeleid’ van het kabinet-Kiok uit 1995. .<br />
Met de poging om de tradities in een integraal veiligheidsbeleid te overstijgen en dus<br />
bij elkaar te brengen, werden ook departementale sporen, kokers, bij elkaar gebracht.<br />
33