Beleid veranderen of stoppen - Prof. dr. AFA Korsten
Beleid veranderen of stoppen - Prof. dr. AFA Korsten
Beleid veranderen of stoppen - Prof. dr. AFA Korsten
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Zo krijgen detaillisten gelegenheid hun overtollige voorraad kwijt te raken. De<br />
wetgever wil oneerlijke concurrentie voorkomen door de seizoenopruimingen voor<br />
alle ondernemers op dezelfde datum te laten aanvangen. Het is de winkelier<br />
verboden op de uitverkoop vooruit te lopen. Er mogen zes weken voorafgaand aan<br />
de halfjaarlijkse opruiming geen aankondigingen worden gedaan die in die branche<br />
in de seizoenopruiming gebruikelijk zijn. Deze voorschriften worden in de laatste zes<br />
dagen voor de opruiming - de zgn. stille week -, het strengst gehanteerd; dan mogen<br />
in het geheel geen bijzondere aanbiedingen worden gedaan. Wel is gedurende de<br />
laatste zes dagen een voorverkoop geoorlo<strong>of</strong>d; daarin kunnen vaste klanten alvast<br />
van de opruiming pr<strong>of</strong>iteren.<br />
Buiten de genoemde perioden van januari en juli mag een uitverkoop alleen worden<br />
aangekondigd met een vergunning van de Kamer van Koophandel (KvK). Dan moet<br />
wel een bijzondere omstandigheid aanwezig zijn, die ‘naar goed koopmansgebruik’<br />
een uitverkoop rechtvaardigt. Te denken is aan onder andere: opheffing,<br />
reorganisatie, verbouwing, brand- en waterschade. De KvK toetst dan <strong>of</strong> die<br />
bijzondere omstandigheden aanwezig zijn (zie Buenk, 1980: 65-66). Zo moet bij een<br />
vergunningaanvraag voor een verbouwingsopruiming de bouwvergunning worden<br />
overlegd, met een verklaring van de aannemer wanneer met de bouw wordt<br />
begonnen, wat de kosten zijn, hoe lang de verbouwing gaat duren, en dergelijke.<br />
Voorts is het bij een uitverkoop waarvoor vergunning is verleend, verboden de<br />
opruimingsgoederen tussentijds aan te vullen.<br />
De wet heeft al met al een beperkte strekking, want zij is vooral gericht op het<br />
reguleren van het gebruik van begrippen als ‘opruiming’. De wet heeft geen<br />
betrekking op het opruimen en uitverkopen als zodanig en evenmin op<br />
gesuggereerde voordelen. Tegen misleidende reclame kan langs een andere weg iets<br />
worden gedaan. Te verwijzen is naar het (destijds geldende, oude) Burgerlijk<br />
Wetboek (art. 1416a e.v.). Daarmee zijn we er nog niet. Toe te voegen is dat het beleid<br />
met betrekking tot de wet ressorteert onder het Ministerie van Economische Zaken,<br />
beleidsafdeling Ordelijk economisch verkeer. Deze ondernemersgerichte afdeling<br />
tracht de vrije mededinging zo nodig te corrigeren door oneerlijke concurrentie tegen<br />
te gaan.<br />
Overtredingen van de wet komen veelal aan het licht door klachten van de<br />
concurrenten bij de KvK <strong>of</strong> de Economische Controledienst (ECD), een organisatie<br />
voor de economische delicten (Kneppers-Heynert, 1982: 337-340).Tot voor kort<br />
werkten bij die ECD meer dan 200 ambtenaren in de buitendienst en zo’n 50 in de<br />
112