download de pdf - Holland Historisch Tijdschrift
download de pdf - Holland Historisch Tijdschrift
download de pdf - Holland Historisch Tijdschrift
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
De onbeantwoor<strong>de</strong> lief<strong>de</strong> van Eduard Karsen voor Sara <strong>de</strong> Swart<br />
vrouw die hij liefhad liever aan <strong>de</strong> dood verliezen dan aan het leven; haar onbereikbaarheid<br />
was hem dierbaar, hij hield van dat schrijnen<strong>de</strong> gevoel. Zo had <strong>de</strong> literatuur hem beel<strong>de</strong>n ge<br />
geven, zo had Matthijs Maris hem geleerd het transparante lief te hebben; op <strong>de</strong>ze wijze vorm<br />
<strong>de</strong> Karsen zich <strong>de</strong> mythe van <strong>de</strong> vrouw waarin voor iets an<strong>de</strong>rs dan verdichting van <strong>de</strong> werke<br />
lijkheid geen plaats was.<br />
Eduard Karsen bezocht Saar <strong>de</strong> Swart nog twee maal. Bei<strong>de</strong> keren ston<strong>de</strong>n in het teken van<br />
Saars wanhopige behoefte aan <strong>de</strong>ze in zijn eigen mythe opgesloten kluizenaar dui<strong>de</strong>lijk te<br />
maken dat zij hem niet helpen kon en dat ze een an<strong>de</strong>r was dan <strong>de</strong>gene van wie hij hield of<br />
dacht te hou<strong>de</strong>n. In <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> brief waarin Saar hem vroeg hem als vrouw en gelief<strong>de</strong> te verge<br />
ten, leg<strong>de</strong> ze op ontroeren<strong>de</strong> wijze uit wat al zo lang had moeten zijn: 'Beste K. Ook ik zal po<br />
gen dui<strong>de</strong>lijk te zijn. Vergiffenis, kerel, dat ik me op je weg heb getoond, ik had mij nooit met<br />
je moeten bemoeien, ik heb je geen goed maar ellen<strong>de</strong> gebracht. Zwem niet om mij aan <strong>de</strong><br />
an<strong>de</strong>re kant te vin<strong>de</strong>n, ik kan me aan jou niet geven; niet met die lief<strong>de</strong>, die noodig is en goed, als<br />
eene vrouw tot een man gaat. Nu niet en over jaren niet; al zou je dat nu in zoete droomen wie<br />
gen: of ik zou valsch zijn, of het moest uit me<strong>de</strong>lij<strong>de</strong>n zijn. Ik heb erg met je te doen. Tracht<br />
me als vrouw te vergeten. Als <strong>de</strong> vriend komt, als je <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> kunt vergeten, kom dan terug. Laat B. je<br />
eens bijspringen, zorg is verkeerd voor jou als artist. Wordt groot. Ik wil<strong>de</strong> in een republiek le<br />
ven. Is <strong>de</strong> kunst niet meer dan een meisje? Sta pal in die strijd, je moet als overwinnaar er uit<br />
te voorschijn komen. God steune je. S. <strong>de</strong> S.' Hoe dui<strong>de</strong>lijk <strong>de</strong>ze taal ook lijkt, Karsen bleef<br />
schrijven, en ging haar steeds meer verwijten maken dat ze 'hem aanhield'. Bij die laatste be<br />
zoeken ervoer hij haar als 'onvrouwelijk' en als 'een raadsel'. Het zwarte in haar won lang<br />
zaam terrein. Karsen beschreef zijn laatste bezoek aan haar als volgt: 'Saar stond stil on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
lamp, het licht viel op en langs haar hoofd, heel mooi. Nog altijd stond zij als,een heiligen<br />
beeld, verheerlijkt, in <strong>de</strong>n schijn van mijne illuzie. Mijn gehele leven trok aan mij voorbij als<br />
aan iemand die <strong>de</strong>n valbijl wacht. Ik zocht in alles wat ik gelezen had een oplossing. "Is B.<br />
weg?", vroeg ik haastig; "dan kom ik het eind hooren." - Toen hield zij mij, ik weet niet waar het<br />
vandaan kwam, uit hare boezem of haar zak ?, een portret van een naakt meisje voor. Als een killen ver<br />
giftig<strong>de</strong>n stoot, beledig<strong>de</strong> mij dat. "Het kopje is heel lief', zei ik. "En <strong>de</strong> beentjes?" vroeg zij.<br />
Het geslachts<strong>de</strong>el was zeer dui<strong>de</strong>lijk en open. "Wees niet zoo onvrouwelijk Saar." En ik zag dat<br />
ook zij rampzalig was. Ik sloeg mijne oogen op in <strong>de</strong> hare, wij keken elkaar aan, zon<strong>de</strong>r be<br />
grip. Mijn ziel zakte diep, en plotseling stond ik in <strong>de</strong>n nacht van mijn tien<strong>de</strong>n verjaardag uit<br />
het raam van mijn slaapkamer naar <strong>de</strong> maan te kijken. - Zij had mij met een vinger, als een<br />
hulpeloos kind, kunnen omgooien. - B. kwam binnen, gekleed om te gaan. Het schokte in<br />
mijn keel: Het eind! "Ik kan niet meer voor je doen, Karsen.!!?" Onbeschrijfelijk. Haar gezicht<br />
was wit en gezwollen, haar dronken oogen puil<strong>de</strong>n uit en haar Vogelneus was dik. "Doe het<br />
niet Saar, doe het niet." (stoot mij niet in <strong>de</strong>n afgrond!) Ik boog niet, zoo machteloos bele<br />
digd; als met gebon<strong>de</strong>n han<strong>de</strong>n. Ik ging naar <strong>de</strong>n <strong>de</strong>ur; S. <strong>de</strong>ed een scherpe greep naar mij,<br />
haar oogen waren als van een droeven gier. Een kennis tikte en kwam binnen. Ik schreeuw<strong>de</strong><br />
in het portaal: "a Dieu;" - Dit was <strong>de</strong> laatste maal dat ik boven was. Als S. dood was, zou ik stil<br />
zijn.'<br />
Karsen liet zijn argwaan <strong>de</strong> vrije loop - zijn trots was gebroken, hij voel<strong>de</strong> zich verra<strong>de</strong>n en<br />
verne<strong>de</strong>rd. Ie<strong>de</strong>reen moest gewaarschuwd wor<strong>de</strong>n tegen <strong>de</strong> 'duivelsche' praktijken van bei<strong>de</strong><br />
vrouwen, en al gauw maakte Karsen op velen <strong>de</strong> indruk volstrekt overspannen te zijn. Hij lag<br />
tij<strong>de</strong>n ziek bij zijn moe<strong>de</strong>r en bezocht Fre<strong>de</strong>rik van Ee<strong>de</strong>n in diens hoedanigheid van psy<br />
chiater. Van Ee<strong>de</strong>n vroeg Willem Witsen of hij Karsen niet een tijdje in Lon<strong>de</strong>n wil<strong>de</strong> opvan-<br />
L'C.7