Richtlijnen - AZ Sint-Lucas
Richtlijnen - AZ Sint-Lucas
Richtlijnen - AZ Sint-Lucas
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Voor letsels in de perirectale resp. rectovaginale ruimte wordt biopsie/excisie voor elke diameter<br />
van een verdachte nodule voorgesteld.<br />
Preoperatieve histologische diagnostiek ( biopten) wordt geadviseerd :<br />
° bij grote massa’s waarbij heelkundige resectie mogelijk complex ( multi-visceroplanair ) zal<br />
zijn.<br />
° om te differentiëren met niet-heelkundige indicaties ( lymfoma, kiemceltumoren,…)<br />
° voorbehoud voor een punctie moet gemaakt worden bij grote cystische tumoren ( risico<br />
peritoneale contaminatie).<br />
° op individuele basis – zeker in geval van eenvoudige heelkunde – kan beslist worden tot<br />
excisie via laparotomie/-scopie met vriescoupe.<br />
° metastasen zijn doorgaans meer toegankelijk voor histologisch onderzoek : percutane biopsie<br />
12.3.2 Morfologische analyse en immunohistochemisch onderzoek.<br />
a) drie types : spindle cell type (70%) – het epitheloïde type ( 10% en vaker mutaties in PDGFRA/<br />
bijna exlc. maag en betere prognose)- mixed type ( 20%)<br />
b)Voor moleculair onderzoek wordt weefsel gefixeerd in formol . 95% van de tumoren is CD117<br />
pos. Het aantal mitosen heeft een prognostische betekenis en moet uitgedrukt worden in aantal<br />
per 50 HPFs ( Fletcher-tabel/2002, Miettinen-tabel/2006: risico-bepaling cf. infra).<br />
Immunohistochemische profilering helpt bij diff. diagnose met andere mesenchymale ,<br />
neuronale en NET-neoplasieën van de GI tract.<br />
Type CD117 CD34 SMA S100 prot Desmin<br />
GIST + (>95%) + (60%) + (30%) - (95%) -<br />
Leiomyoma - + (10%) + - +<br />
Leimyosarcoma - - + - +<br />
Schwannoma - - - + -<br />
12.3.3 Moleculair onderzoek .<br />
In elk geval bij twijfel over de diagnose ( vb. CD117neg ) wordt aanvullend moleculair<br />
onderzoek uitgevoerd waarbij courante mutaties in de genen van C-Kit en PDGFRA<br />
worden opgezocht. Vier “ hot spots” worden onderzocht in het cKIT-oncogen: exon<br />
9,11,13 en 17.<br />
A. Mutaties met prognostische waarde. Specifieke deleties in KIT exon 11 hebben<br />
een hogere risico op metastasering terwijl inserties van exon 11 een betere<br />
prognose hebben. Exon 9 mutaties ( vnl. dunne darm) hebben een slechtere<br />
prognose .<br />
B. Mutaties met predictieve ( gevoeligheid aan imatinib) betekenis. De hoogste<br />
response op TKI imatinib wordt bereikt bij mutaties in exon 11. De response rate<br />
is evenwel maar 48% bij een KIT mutatie in exon 9. Mutaties in KIT exon 17 zijn