Richtlijnen - AZ Sint-Lucas
Richtlijnen - AZ Sint-Lucas
Richtlijnen - AZ Sint-Lucas
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
verwijderd- een eenvoudige cholecystectomie voldoende. Verdere observatie wordt dan<br />
voorgesteld.<br />
Als galblaascarcinoma een onverwachte bevinding is tijdens een cholecystectomie wordt een zo<br />
optimaal mogelijke staging gedaan tijdens dezelfde ingreep. Afhankelijk van de resecabiliteit en<br />
de aanwezige expertise wordt in dezelfde ingreep een uitgebreide cholecystectomie met en bloc<br />
leverresectie en lymfadenectomie met of zonder galweg-excisie uitgevoerd ( cf. infra).<br />
6.5.1 het resecabel galblaascarinoom<br />
Doel is een volledige resectie van de tumor. Dit is de enige kans op genezing. Uitbreiding van de<br />
cholecystectomie gebeurt met en bloc leverresectie. Bij een “extended” cholecystectomie wordt<br />
dus naast de galblaas ook 2 cm van het galblaasbed ( en bloc) weggenomen. Bij leverresectie<br />
worden meestal de onderliggende segmenten IVb en V weggenomen. De ingreep wordt<br />
gecombineerd met een lymfadenectomie ( porta hepatis, gastrohepatisch ligament,<br />
retroduodenaal) al of niet met galwegresectie. Majeure hepatectomie ( inclusief l. caudatus) kan<br />
o.w.v. anatomische reden nodig zijn (vb. tumor van de galblaashals met invasie van het rechter<br />
portale systeem).<br />
Zelfs met agressieve heelkundige benadering is de 5jaars overleving van het GBC maar 5 à 10% .<br />
50% van de patiënten die heelkundig behandeld werden krijgen een locoregionaal recidief. Ook<br />
metastasen op afstand komen frequent voor.<br />
Cijfers van overleving: sta I 50%- sta II 29%- sta III en IV < 10%.<br />
Om deze reden kan na resectie van galblaaskanker een adjuvante behandeling worden<br />
voorgesteld. De strategie van adjuvante behandeling met chemotherapie of chemoradiatie is<br />
gebaseerd op wetenschappelijke studies met beperkt evidentieniveau. Het advies volgt na overleg<br />
in MOC.<br />
In verband met ADJUVANTE therapie na resectieheelkunde van een galwegtumor verscheen in<br />
2012 een meta-analyse welke gebaseerd was op gegevens van niet-gerandomiseerde studies. De<br />
resultaten waren beter , zij het voor de globale groep niet- statistisch significant, indien patiënten<br />
een adjuvante behandeling kregen. “Slechts” drie studies met zuivere chemotherapie werden<br />
onderzocht. Een Japanse studie toonde voordeel aan voor een behandeling met Gemcitabine + S-<br />
1 voor patiënten met lymfeklier-positieve ziekte en R1-ziekte. In de ESMO-richtlijnen wordt<br />
ADDITIEVE 5-FU gebaseerde chemotherapie postoperatief - indien de resectie niet curatief was-<br />
geadviseerd. Er zijn aanwijzingen dat chemoradiatie of chemotherapie meer voordeel biedt dan<br />
radiotherapie alleen.<br />
Standaardrichtlijn: Adjuvante chemoradiatie - na “curatieve” resectie van een GBC- is een optie<br />
voor patiënten met ingenomen lymfeklieren en tumorale cellen in de resectiegrenzen. Voorkeur<br />
wordt gegeven aan concomitante chemotherapie met Gemcitabine . Op te merken is dat een<br />
zuivere locoregionale therapie geen invloed heeft op het risico voor metastasen op afstand. Het<br />
peroperatief clippen van de zone at risk is zinvol als een adjuvante bestraling wordt overwogen.<br />
Als tweede optie kan een adjuvante chemotherapie (Gemcitabine of 5-FU) in dezelfde hoogrisicogroep<br />
worden voorgesteld.<br />
6.5.2 het niet-resecabel galblaascarcinoma<br />
a) locoregionaal inoperabele tumoren<br />
Bij cholestase is een galwegderivatie of stenting nodig.