06.09.2014 Views

Beleidsregels 2009 - Svb

Beleidsregels 2009 - Svb

Beleidsregels 2009 - Svb

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

SVB <strong>Beleidsregels</strong><br />

| Deel II Internationaal<br />

34<br />

SB2164<br />

Overeenkomsten met derde landen<br />

De EG heeft met enkele landen die niet tot de EU behoren (Algerije, Marokko, Tunesië<br />

en Turkije) overeenkomsten gesloten waarin discriminatieverboden inzake nationaliteit<br />

op het terrein van de sociale zekerheid zijn opgenomen.<br />

SB2165<br />

Rechtstreekse werking van de non-discriminatiebepalingen<br />

artikel 65, lid 1, eerste volzin Euro-mediterrane overeenkomst EG-Marokko, artikel 68, lid 1<br />

Europees-mediterrane overeenkomst EEG-Algerije, artikel 65, lid 1 Euro-mediterrane<br />

overeenkomst EG-Tunesië, artikel 3, lid 1 Besluit 3/80 van de Associatieraad EEG-Turkije<br />

In de arresten Kziber, Krid en Hallouzi heeft het HvJ EG bepaald dat de nondiscriminatiebepalingen<br />

van de overeenkomsten met Marokko en Algerije rechtstreekse<br />

werking hebben. Uit deze jurisprudentie volgt dat de gelijkluidende nondiscriminatiebepalingen<br />

in andere overeenkomsten eveneens rechtstreeks werken. De<br />

SVB acht de rechtstreekse werking beperkt tot de non-discriminatiebepalingen en gaat<br />

ervan uit dat deze zich niet uitstrekt tot de overige bepalingen van de overeenkomsten,<br />

die onder meer betrekking hebben op de samentelling van tijdvakken van verzekering en<br />

de betaling van uitkering. Daarbij stelt de SVB zich op het standpunt dat voor de<br />

toepassing van deze overige bepalingen nadere uitvoeringsregels onontbeerlijk zijn.<br />

Dergelijke regels zijn echter nooit tot stand gekomen.<br />

De rechtstreekse werking geldt op grond van het HvJ EG-arrest Sürül sinds 4 mei 1999<br />

evenzeer voor de in artikel 3, eerste lid van Besluit 3/80 van de Associatieraad EEG-<br />

Turkije opgenomen non-discriminatiebepaling. Ten aanzien van de overige bepalingen<br />

van Besluit 3/80 gaat de SVB er op grond van de HvJ EG-arresten Taflan-Met en Sürül<br />

van uit dat deze bepalingen niet kunnen worden toegepast zolang de Associatieraad geen<br />

nadere uitvoeringsmaatregelen heeft getroffen.<br />

Jurisprudentie<br />

HvJ EG 31 januari 1991, zaak C-18/90 (Kziber), Jur. 1991, I-199, RSV 1991/214<br />

HvJ EG 5 april 1995, zaak C-103/94 (Krid), Jur. 1995, I-719, RSV 1996/29<br />

HvJ EG 10 september 1996, zaak C-277/94 (Taflan-Met), Jur. 1996, I-4085, RSV<br />

1997/79<br />

HvJ EG 3 oktober 1996, zaak C-126/95 (Hallouzi), Jur. 1996, I-4807, RSV 1997/80<br />

HvJ EG 4 mei 1999, zaak C-262/96 (Sürül), Jur. 1999, I-2685, AB 1999, 393, «USZ»<br />

1999/180<br />

SB2166<br />

Reikwijdte van de non-discriminatiebepalingen ten aanzien van<br />

gezinsleden<br />

artikel 65, lid 1, eerste volzin Euro-mediterrane overeenkomst EG-Marokko, artikel 68, lid 1<br />

Europees-mediterrane overeenkomst EEG-Algerije, artikel 65, lid 1 Euro-mediterrane<br />

overeenkomst EG-Tunesië, artikel 3, lid 1 Besluit 3/80 van de Associatieraad EEG-Turkije

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!