Evaluatie embryowet - Rijksuniversiteit Groningen
Evaluatie embryowet - Rijksuniversiteit Groningen
Evaluatie embryowet - Rijksuniversiteit Groningen
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Het verdient aanbeveling dat de overheid deze eventuele ontwikkeling – een ethisch en juridisch<br />
complexe kwestie – nauwlettend volgt en hierover zonodig nader onderzoek laat verrichten. De beslissingsvrijheid<br />
van de donor behoort voorop te staan.<br />
De terbeschikkingstelling van geslachtscellen en embryo’s behoort volgens de wet schriftelijk plaats<br />
te vinden, na verkregen informatie over de aard en het doel ervan. De informatie moet begrijpelijk<br />
zijn, soms ook schriftelijk, en donoren behoren een bedenktijd te krijgen. De onderzoeksbevindingen<br />
geven de indruk dat de wet wel een positieve werking heeft gehad op de toestemmingsprocedure,<br />
maar op dit gebied nog niet volledig wordt nageleefd. De rechten van donoren op adequate informatie,<br />
bedenktijd en in vrijheid gegeven toestemming zijn echter wel de pijlers waarop de bescherming<br />
van donoren in de wet rust. Het verdient daarom aanbeveling dat de ivf-instellingen zorgdragen voor<br />
de volledige en loyale naleving van de voorschriften over de terbeschikkingstelling van geslachtscellen<br />
en embryo’s.<br />
Als voor het verkrijgen van geslachtscellen een invasieve ingreep bij de betrokkene noodzakelijk is,<br />
vereist de wet mede de toestemming van de METC. De bedoeling van de wetgever van deze extra beschermingsmaatregel,<br />
gericht op bevordering van de beslissingsvrijheid van de donor, was om bij een<br />
invasieve ingreep ten behoeve van een ander doel dan de eigen zwangerschap extra zorgvuldig te kijken<br />
naar de proportionaliteit en de beweegredenen van de donor. Dat wordt zo mogelijk nog belangrijker<br />
als vrouwen in de toekomst eicellen kunnen doneren om daarmee embryo’s tot stand te brengen<br />
voor wetenschappelijk onderzoek. Door de dan mogelijkerwijs optredende schaarste aan eicellen<br />
kan de beslissingsvrijheid van vrouwen onder druk komen te staan.<br />
Uit de onderzoeksbevindingen blijkt dat deze toestemmingsprocedure diverse problemen oproept en<br />
dat men in de praktijk van eiceldonatie voor alternatieve invullingen kiest. De conclusie luidt dat de<br />
bedoeling van de wetgever – extra bescherming – steun verdient, maar dat de wettelijke toetsingsprocedure<br />
niet geschikt is om dat doel te bereiken. Het verdient aanbeveling de taak van de METC te<br />
schrappen uit de wet en te komen tot een regeling die waarborgt dat de donor standaard ondersteuning<br />
krijgt bij het afwegen van alle in het geding zijnde belangen en het nemen van een weloverwogen<br />
beslissing over de donatie. Die ondersteuning zou gegeven moeten worden door een onafhankelijke<br />
deskundige counselor die niet bij de donatie is betrokken. Deze aanbeveling kan gestalte krijgen<br />
via zelfregulering.<br />
Uit de bevindingen blijkt dat zich in de praktijk van het wetenschappelijk onderzoek vragen voordoen<br />
over de reikwijdte van de toestemming van de donor bij de terbeschikkingstelling van embryo’s voor<br />
wetenschappelijk onderzoek. De vraag is hoe specifiek die informatie – en daarmee de toestemming –<br />
moet zijn. Dit probleem doet zich temeer voor bij wetenschappelijk gebruik van uit restembryo’s verkregen<br />
stamcellen, die zeer lang bruikbaar blijven. Het is niet duidelijk of deze op basis van de eerder<br />
gegeven toestemming later voor nieuwe onderzoeksprojecten mogen worden gebruikt. Ook is niet<br />
duidelijk of een gegeven toestemming het transporteren van embryo’s of stamcellen naar het buitenland<br />
dekt, of dat de donoren daarover tevoren moeten zijn geïnformeerd.<br />
Deze vragen over informed consent doen zich ook voor bij (nader) gebruik van ander lichaamsmateriaal.<br />
Het verdient aanbeveling dat de wetgever algemene regels formuleert over de gerichtheid van de<br />
toestemming bij terbeschikkingstelling van lichaamsmateriaal voor wetenschappelijk gebruik, en vervolgens<br />
beziet of deze algemene regels ook kunnen gelden voor embryo’s.<br />
12