Evaluatie embryowet - Rijksuniversiteit Groningen
Evaluatie embryowet - Rijksuniversiteit Groningen
Evaluatie embryowet - Rijksuniversiteit Groningen
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Wellicht is het nog iets ingewikkelder en zou men hier eigenlijk onderscheid moeten maken naar het<br />
doel waarvoor de geslachtscellen ter beschikking worden gesteld: voor de zwangerschap van een ander<br />
of voor wetenschappelijk onderzoek. In het eerste geval ligt toepasselijkheid van de WMO minder<br />
voor de hand en is er veeleer een analogie met de Wet orgaandonatie (WOD), in het tweede geval<br />
gaat het om deelname aan wetenschappelijk onderzoek en is de eventuele werking van de WMO begrijpelijk.<br />
De wettelijke situatie is op dit punt onvoldoende duidelijk.<br />
Aan de procedure van artikel 5 lid 3 Embryowet kleven overigens ook andere bezwaren, die in hoofdstuk<br />
6 naar voren komen.<br />
3.6 Belangrijkste bevindingen<br />
De Embryowet kent veel raakvlakken met andere wetten. Er is sprake van verschillende regelcomplexen<br />
die naast elkaar gelden en als het ware in elkaar haken, op terreinen als kwaliteit, donatie en<br />
gebruik van lichaamsmateriaal, en wetenschappelijk onderzoek. Soms sluiten wetten niet goed op elkaar<br />
aan. Die regelcomplexen leiden er toe dat men in de praktijk met veel regels te maken heeft<br />
krachtens verschillende wetten die elk van elkaar te onderscheiden eisen stellen. Zo moeten ivfinstellingen<br />
aan drie verplichtingen voldoen (vergunning, instellingsprotocol en erkenning als weefselinstelling<br />
en soms bovendien als orgaanbank). De Wet BIG sluit met de voorbehouden handelingen<br />
niet goed aan op de Richtlijn weefsels en cellen. Er gelden drie verschillende regelingen voor het registreren<br />
van gegevens over personen van wie geslachtscellen of embryo’s afkomstig zijn, met drie verschillende<br />
bewaartermijnen.<br />
Er zijn in deze veelheid aan regels drie knelpunten te noemen. Het gebruik van geslachtscellen voor<br />
onderwijs en training van medewerkers is volgens de wet verboden, ongeacht de vraag of daarbij wel<br />
of geen embryo’s tot stand worden gebracht. Het is bij wetenschappelijk onderzoek met zwangere<br />
vrouwen niet duidelijk wanneer de WMO geldt en wanneer de Embryowet. Daarnaast is niet duidelijk<br />
of bij de toetsing van eiceldonatie door een erkende METC alleen de Embryowet geldt of tevens de<br />
WMO.<br />
44