2013/09 - Kessel

5. Aansluiting op het elektriciteitsnet
Temparatuursensor van wikkeling = bimetalen schakelaar
(verbreekcontact) in de motorwikkeling
Max. bedrijfsspanning van de schakelaar 250 V, max. stroom
van de schakelaar
2 A bij cos phi = 1
Leidingdraadmarkering 20, 21, 22
5.5.2 Bevestiging van de elektrische aansluitkabel
De elektrische aansluitkabel moet na de inbouw van het
aggregaat zo gestrekt mogelijk naar boven worden gevoerd
zodat hij niet door de transportzuiging wordt gegrepen.
5.5.3 Veiligheidsvoorziening tegen overbelasting
De motor is tegen overbelasting beveiligd door een thermisch
vertraagde veiligheidsvoorziening tegen overbelasting
conform VDE 0660. Deze is afgesteld op de nominale stroom
van de motor, die aangegeven staat op het typeplaatje.
De afzonderlijke leidingdraden van de kabeluiteinden zijn gemarkeerd.
Als kabels moeten worden ingekort, moeten de
aanduidingen vervolgens weer correct worden aangebracht.
De elektrische installatie moet voldoen aan de norm IEC 364.
In zones met explosiegevaar moet de verbinding van
alle elektrische kabels met de voedingsleiding explosieveilig
worden uitgevoerd.
5.5.1 Bewakingsvoorzieningen
Temperatuurbewaking
Functieomschrijving van de bewaking van de
wikkelingstemperatuur bij explosiebeveiliging.
De wikkeling wordt beveiligd door twee onafhankelijke temperatuurbewakingscircuits.
Het eerste bewakingscircuit (bimetalen schakelaar als temperatuursensor,
leidingdraadmarkering 20, 21) schakelt de
pomp uit bij het bereiken van de reageertemperatuur en automatisch
weer in na afkoeling.
Als het eerste temperatuurbewakingscircuit verzaakt,
schakelt het tweede bewakingscircuit (bimetalen schakelaar
als
temperatuurbegrenzer, leidingdraadmarkering 21, 22) de
pomp uit voordat de voor de explosieveiligheid toegestane
grenstemperatuur van de wikkeling wordt overschreden.
Hierbij is een automatische herinschakeling niet toegestaan.
Het desbetreffende uitschakelapparaat voor de temperatuurbegrenzer
is geïntegreerd in het schakelapparaat.
Na uitschakeling door de temperatuurbegrenzers moet de
pomp worden gereviseerd.
De explosieveiligheid van de pomp bestaat uitsluitend als
de ingebouwde temperatuurschakelaars (temperatuursensor
en temperatuurbegrenzer) conform het onderstaande
aansluitschema in de schakelkast zijn aangesloten.
5.5.4 Vlotterschakelaars
Er zijn vlotterschakelaars geïnstalleerd om de pompen automatisch
te laten werken. Het diepste uitschakelpunt staat
afgesteld op één niveau boven het minimale niveau (zie paragraaf
4.4).
5.5.5 Draairichtingcontrole
Nooit handen of voorwerpen in de pomp houden.
Er is in het schakelapparaat een draaiveldcontrole van het
net geïntegreerd. Er komt een foutmelding als het draaiveld
van het net niet correct beschikbaar is.
Bij een correcte elektrische aansluiting van de pompen conform
paragraaf 5.5 is de juiste draairichting gewaarborgd.
5.5.6 Equipotentiaalaansluiting
Voor de equipotentiaal gelden de volgens EN
60 204. Bij een uitvoering met explosiebeveiliging is de
pompbehuizing
uitgevoerd met een inwendige draad voor een inbusschroef
M8x20.
Bijzonderheid bij chemisch corrosief werkende media:
Bij toepassing van het aggregaat in chemisch corrosief
werkende media en een pomp met explosiebeveiliging
mag de
uitwendig aan het aggregaat aanwezige klem niet worden
gebruikt.
In plaats daarvan moet de equipotentiaal worden aangebracht
op een flens van de persleiding die niet met transportmiddel
belast is Er moet opgelet worden dat er een elektrische
verbinding bestaat tussen de nieuw geschapen equipotentiaal
en de pomp.
160