Denkende Machines -- Computers, rekenen, redeneren - CWI
Denkende Machines -- Computers, rekenen, redeneren - CWI
Denkende Machines -- Computers, rekenen, redeneren - CWI
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
50 HOOFDSTUK 2. REKENEN EN REDENEREN<br />
als de oorspronkelijke Nederlandse zin: net als de zin is ze voor tweeërlei lezing vatbaar. Een<br />
soortgelijk probleem ken je in feite al: de rekenkundige expressie 7+4∗3 kan op twee verschillende<br />
manieren worden geïnterpreteerd, als (7 + 4) ∗ 3 = 33 of als 7 + (4 ∗ 3) = 19, en zoals je ziet: de<br />
twee lezingen geven een verschillende uitkomst. Voor rekenkundige bewerkingen biedt ‘Meneer<br />
Van Dalen Wacht Op Antwoord’ uitkomst. Bij logische formules lossen we het probleem op<br />
door haakjes te zetten die de gewenste interpretatie ondubbelzinnig vastleggen. Voor de eerste<br />
interpretatie is het resulaat dan (¬b ∨ h) → a, terwijl de tweede interpretatie ¬(b ∨ h) → a<br />
oplevert. Laten we eens de waarheidstabellen van deze twee formules bekijken.<br />
a b h ¬b (¬b ∨ h) (¬b ∨ h) → a<br />
0 0 0 1 1 0<br />
0 0 1 1 1 0<br />
0 1 0 0 0 1<br />
0 1 1 0 1 0<br />
1 0 0 1 1 1<br />
1 0 1 1 1 1<br />
1 1 0 0 0 1<br />
1 1 1 0 1 1<br />
a b h b ∨ h ¬(b ∨ h) ¬(b ∨ h) → a<br />
0 0 0 0 1 0<br />
0 0 1 1 0 1<br />
0 1 0 1 0 1<br />
0 1 1 1 0 1<br />
1 0 0 0 1 1<br />
1 0 1 1 0 1<br />
1 1 0 1 0 1<br />
1 1 1 1 0 1<br />
Zoals je uit de waarheidstabellen kunt aflezen, de enige manier dat ¬(b ∨ h) → a onwaar kan<br />
zijn is dat a, b en h alledrie onwaar zijn. Dus als Jaap geen boer, geen aas en geen heer heeft.<br />
(¬b∨h) → a aan de andere kant is ook onwaar als Jaap geen aas en geen boer, maar wel een heer<br />
heeft. De conclusie: zinnen in natuurlijke taal zijn vaak ambigu; door deze zinnen in een formele<br />
kunsttaal, zoals de taal van logische formules, te vertalen worden de verschillende mogelijke<br />
lezingen zichtbaar; met behulp van waarheidstabellen kun je vervolgens situaties bekijken waarin<br />
verschillende interpretaties verschillende waarheidswaarden tot gevolg hebben.<br />
Opdracht 2.14 Vertaal de volgende Nederlandse zinnen naar de propositielogica, en maak voor<br />
de resulterende formule een waarheidstabel. Beschrijf in woorden een situatie waarin de formule<br />
wel waar is en een situatie waarin de formule niet waar is. Voor het geval dat een zin ambigu<br />
is, leg dan de verschillende betekenissen uit en vertaal ze naar de propositielogica.<br />
1. Jan heeft een auto gekocht, maar zijn vrouw noch hijzelf heeft een rijbewijs.<br />
2. Piet doet zijn lichten aan als het donker is, maar niet als het regent.<br />
3. Sandra rijdt naar zee als het niet regent of te warm is.