Denkende Machines -- Computers, rekenen, redeneren - CWI
Denkende Machines -- Computers, rekenen, redeneren - CWI
Denkende Machines -- Computers, rekenen, redeneren - CWI
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
56 HOOFDSTUK 2. REKENEN EN REDENEREN<br />
in elke situatie. In een waarheidstabel kun je dit heel makelijk zien: in elk rijtje hebben de twee<br />
formules hetzelfde getal (0 of 1) staan.<br />
Evenals de notie van logisch gevolg valt ook de notie van logische equivalentie uit te drukken<br />
in termen van een tautologie. Formules A en B zijn logisch equivalent precies dan als de formule<br />
(A → B) ∧ (B → A) een tautologie is.<br />
Opdracht 2.19 Welke van de volgende tweetallen formules zijn logisch equivalent?<br />
1. p ↔ (q ↔ r) en (p ↔ q) ↔ r<br />
2. p ∧ (q ∨ r) en (p ∧ q) ∨ (p ∧ r)<br />
3. ¬¬(p ∧ q) en p ∧ q ∧ r<br />
4. p → q en ¬p ∨ q<br />
2.4.4 Redeneren als Manipuleren van Informatietoestanden<br />
We kunnen het proces van <strong>redeneren</strong> als volgt opvatten. Bij elke bewering a hoort de verzameling<br />
van alle situaties waar a waar is. Noem die verzameling van situaties A. Net zo: noem de<br />
verzameling van alle situaties waar a niet waar is Ā. Zo’n verzameling kunnen we zien als<br />
een informatietoestand: de ‘mogelijke toestanden van de wereld gezien onze huidige kennis’.<br />
Naarmate we meer informatie krijgen, krimpt de klasse situaties voor de beweringen tot nu toe<br />
(krimp in onzekerheid is kennisgroei). Of een conclusie geldig is hangt af van de eindtoestand<br />
die bereikt is na dynamische verwerking van de premissen. Hier is het geval van Contrapositie.<br />
We laten zien dat na verwerking van de informatie a → b en ¬b we in een informatietoestand<br />
zijn aangeland waar ¬a geldt.<br />
begintoestand (geen informatie) {AB, A ¯ B, ĀB, Ā ¯ B}<br />
update met a → b leidt tot {AB, ĀB, Ā ¯ B}<br />
update met ¬b leidt tot { Ā ¯ B}<br />
test op ¬a slaagt.<br />
De ongeldige variant met a → b, ¬a geeft toestand { ĀB, Ā ¯ B} waar ¬B niet opgaat. Hier is nog<br />
een voorbeeld.<br />
begintoestand {ABC, A ¯ BC, ĀBC, Ā ¯ BC, AB ¯ C, A ¯ B ¯ C, ĀB ¯ C, Ā ¯ B ¯ C}<br />
update met a ∨ b {ABC, A ¯ BC, ĀBC, AB ¯ C, A ¯ B ¯ C, ĀB ¯ C}<br />
update met ¬a ∨ c {ABC, A ¯ BC, ĀBC, ĀB ¯ C}<br />
De conclusie b ∨ c volgt hier door directe inspectie van de eindtoestand. Maar de exclusieve<br />
disjunctie òf b òf c volgt niet, zoals blijkt uit de open mogelijkheden ABC, ĀBC. Merk ook<br />
nog op dat de premissen samen sterker zijn (meer informatie bevatten) dan de conclusie b ∨ c.<br />
Immers, gevallen als AB ¯ C zijn uitgesloten, hoewel compatibel met deze laatste bewering. (Een<br />
echt optimale conclusie is de conjunctie der premissen: (a ∨ b) ∧ (¬a ∨ c).) Verder gebruik<br />
van deze dynamische kijk: aan het aantal wegvallende mogelijkheden kun je precies meten hoe<br />
informatief een nieuwe bewering in een gegeven informatietoestand is.