Evaluatie van Preventieve Ondersteuning ... - Trimbos-instituut
Evaluatie van Preventieve Ondersteuning ... - Trimbos-instituut
Evaluatie van Preventieve Ondersteuning ... - Trimbos-instituut
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
volgens hen nodig is om adequate zorg te bieden. Mantelzorgers besteden naar eigen inzicht tijd aan<br />
de zorg en kunnen het takenpakket uitbreiden. Mantelzorg kan zo geleidelijk uitgroeien tot een<br />
zware taak. De taakoriëntatie betekent dat mantelzorgers nauwelijks beschermd zijn tegen<br />
overbelasting.<br />
Hoewel sinds enkele decennia aandacht wordt besteed aan mantelzorg en al in 1955 het<br />
Journal of Social Issues een speciaal nummer wijdde aan de 'consequences of mental illness for the<br />
family' (Schene, 1986), is in Nederland relatief weinig onderzoek verricht naar mantelzorg aan<br />
mensen met psychische problemen. Meer onderzoek is verricht naar mantelzorg aan andere groepen<br />
(langdurig) zorgafhankelijken, zoals ouderen en gehandicapten. Een eerste mogelijke verklaring voor<br />
deze beperkte onderzoekstraditie is de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de doelgroep. Twee procent <strong>van</strong> de Nederlandse<br />
bevolking heeft een ernstige psychiatrische aandoening, terwijl ouderen (65 jaar en ouder) en<br />
gehandicapten respectievelijk dertien en zeven procent <strong>van</strong> de Nederlandse bevolking beslaan<br />
(Kwekkeboom, 2000).<br />
Een andere mogelijke verklaring is dat de rol <strong>van</strong> de naasten <strong>van</strong> psychiatrische patiënten<br />
lange tijd niet onomstreden is geweest. In de jaren zestig en zeventig <strong>van</strong> de twintigste eeuw heerste<br />
een beweging die gezinsleden (met name de moeder) er<strong>van</strong> beschuldigde de oorzaak te zijn <strong>van</strong> de<br />
psychiatrische stoornissen. Er werd verondersteld dat het thuismilieu ziekmakend was en niet dat<br />
het een bijdrage zou kunnen leveren aan op<strong>van</strong>g en ondersteuning. De rol <strong>van</strong> de naaste <strong>van</strong> de<br />
psychiatrische patiënt is daardoor lange tijd onderbelicht gebleven (Kwekkeboom, 2000).<br />
Verder richt onderzoek naar mantelzorg zich vooral op directe praktische zorg. Hoewel<br />
onderzoek <strong>van</strong>af de jaren tachtig <strong>van</strong> de twintigste eeuw laat zien dat mantelzorg meer taken omvat<br />
dan het verlenen <strong>van</strong> directe zorg (Archbold, 1983; Rosenthal et al., 2007), zijn andere taken<br />
onderbelicht in de literatuur. Ook mantelzorgonderzoek <strong>van</strong> het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP)<br />
richt zich voornamelijk op directe praktische handelingen. Het SCP hanteert een uitgebreide definitie<br />
<strong>van</strong> mantelzorg, waarbij impliciet naast het ‘zorg verlenen’ ook ‘zorgen voor’ opgenomen is in de<br />
vorm <strong>van</strong> ‘begeleiding bij het regelen <strong>van</strong> zaken en administratie’ (De Boer et al., 2009, p. 11):<br />
Bij deze zorg gaat het in de eerste plaats om hulp die wordt verleend door huisgenoten, familie,<br />
vrienden, kennissen en buren, en die voortvloeit uit de aard <strong>van</strong> de onderlinge relaties; zij wordt<br />
niet verleend uit hoofde <strong>van</strong> een beroep of als georganiseerd vrijwilligerswerk. In de tweede plaats<br />
is mantelzorg steun die wordt gegeven omdat de ont<strong>van</strong>ger tijdelijk of langdurig niet in staat is zelf<br />
bepaalde dagelijkse taken te verrichten als gevolg <strong>van</strong> fysieke of verstandelijke beperkingen of <strong>van</strong><br />
chronische psychische aandoeningen. In de derde plaats bestaat mantelzorg uit meer<br />
instrumentele vormen <strong>van</strong> steun die ook door professionals kunnen worden verstrekt, zoals<br />
huishoudelijke hulp, persoonlijke verzorging, verpleegkundige hulp, emotionele steun en toezicht,<br />
en begeleiding bij het regelen <strong>van</strong> zaken en administratie en het bezoeken <strong>van</strong> familie, artsen en<br />
winkels.<br />
1.2.1 Om<strong>van</strong>g<br />
Uitgaande <strong>van</strong> bovenstaande definitie, komt het aantal mantelzorgers in Nederland uit op ongeveer<br />
3.5 miljoen. 2.6 miljoen <strong>van</strong> deze mantelzorgers biedt langdurig (meer dan 3 maanden) en/of<br />
intensief (meer dan 8 uur per week) zorg. 1.1 miljoen <strong>van</strong> deze mantelzorgers verlenen zowel<br />
intensief als langdurig zorg aan hun naaste (Oudijk et al., 2010). Cijfers over aantallen mantelzorgers<br />
in de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) ontbreken. Het is echter aannemelijk dat het om een<br />
om<strong>van</strong>grijke groep gaat, aangezien twee procent <strong>van</strong> de Nederlandse bevolking een ernstige<br />
psychiatrische aandoening heeft (Schnabel, 1998) die gewoon functioneren zeer moeilijk tot<br />
onmogelijk maakt (schizofrenie, depressie in engere zin, dementie, afhankelijkheid <strong>van</strong> alcohol of<br />
drugs). Deze groep is onderdeel <strong>van</strong> achttien procent <strong>van</strong> de Nederlandse bevolking (18‐65 jaar) die<br />
op jaarbasis kampt met psychische problemen (De Graaf et al., 2010).<br />
1.2.2 Kenmerken<br />
Vrouwen en 45‐65‐jarigen zijn oververtegenwoordigd onder de mantelzorgers (Oudijk et al., 2010).<br />
Ook onder mantelzorgers <strong>van</strong> mensen met psychische problemen zijn deze groepen oververtegen‐<br />
woordigd (Kwekkeboom, 2000). Oudijk et al. (2010) laten zien dat onder de brede groep mantel‐<br />
zorgers meestal hulp wordt verleend aan een (schoon)ouder (40%), gevolgd door aan een partner<br />
8