15.09.2013 Views

Evaluatie van Preventieve Ondersteuning ... - Trimbos-instituut

Evaluatie van Preventieve Ondersteuning ... - Trimbos-instituut

Evaluatie van Preventieve Ondersteuning ... - Trimbos-instituut

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

de hebben kinderen elk een individueel gesprek gehad met de medewerker en vervolgens is in<br />

overleg bepaald dat deelname aan een KOPP‐groep niet nodig was. Daarnaast heeft de respondent<br />

naar aanleiding <strong>van</strong> zowel het POM‐gesprek als het gesprek bij RCKJP op den duur op haar werk<br />

aangegeven dat ze even niet meer kwam. Ten slotte heeft de respondent een extra gesprek<br />

aangevraagd bij de POM‐medewerker om een knelpunt te bespreken (onvrede over haar<br />

betrokkenheid bij de behandeling <strong>van</strong> de zorgont<strong>van</strong>ger). De respondent geeft aan dat dit extra<br />

gesprek ertoe heeft geleid dat ze het onderwerp vervolgens heeft aangekaart bij de behandelend arts.<br />

Een andere respondent (R6) heeft naar aanleiding <strong>van</strong> het POM‐aanbod inloopavonden voor<br />

familie en vrienden (omgaan met iemand met psychische of psychiatrische problemen) bezocht.<br />

Verder heeft een respondent (R9) naar aanleiding <strong>van</strong> het POM‐aanbod een internetforum bezocht<br />

(voor naasten <strong>van</strong> mensen die een suïcidepoging hebben gedaan) en een cursus mindfulness gevolgd.<br />

Daarnaast heeft een respondent (R10) naar aanleiding <strong>van</strong> het POM‐aanbod de Sociaal Raadsman<br />

bezocht en de cursus Rondom Borderline gevolgd (een cursus voor familie en vrienden). Niet de<br />

desbetreffende zorgont<strong>van</strong>ger, maar haar andere kind kampt met deze problematiek. Bovendien<br />

hebben haar dochter en kleindochter een POM‐gesprek gehad naar aanleiding <strong>van</strong> het POM‐gesprek<br />

<strong>van</strong> de respondent (de zus en dochter <strong>van</strong> de zorgont<strong>van</strong>ger). Ook een andere respondent (R2) heeft<br />

als concrete uitkomst dat haar zoon vervolgens gebruik heeft gemaakt <strong>van</strong> het aanbod voor een<br />

soortgelijk gesprek.<br />

Ten slotte heeft de POM‐medewerker voor een echtpaar (R12‐R13) contact gelegd met de<br />

casemanager <strong>van</strong> de zorgont<strong>van</strong>ger. De moeder <strong>van</strong> de zorgont<strong>van</strong>ger kon de casemanager niet<br />

telefonisch bereiken. Nadat de POM‐medewerker de casemanager een e‐mail had gestuurd, nam de<br />

casemanager contact op met het echtpaar. Daarnaast heeft de moeder de POM‐medewerker na het<br />

POM‐aanbod opgebeld voor vragen over financiering.<br />

Meerdere respondenten hebben na(ast) het reguliere POM‐aanbod hulp gevraagd aan de<br />

POM‐medewerker. Een overzicht <strong>van</strong> bijzonderheden rondom het reguliere POM‐aanbod is te vinden<br />

in Bijlage V.<br />

8.1.2 Geen gebruik <strong>van</strong> ondersteuning naar aanleiding <strong>van</strong> POM<br />

Zes respondenten hebben geen gebruik gemaakt <strong>van</strong> ondersteuning naar aanleiding <strong>van</strong> het POM‐<br />

aanbod.<br />

Geen ondersteuning ingeschakeld<br />

Onder deze groep bevindt zich één respondent die wel een ondersteuningsvraag had. Deze<br />

respondent (R5) vertelt dat ze verwachtte dat ze hulp voor zichzelf nodig zou hebben en dat ze dit<br />

heeft aangegeven in het POM‐gesprek. Het POM‐aanbod heeft haar echter niet kunnen ondersteunen<br />

bij het inschakelen <strong>van</strong> hulp voor zichzelf. De respondent duidt aan dat de POM‐medewerker in het<br />

gesprek en de telefonische follow‐up tegen haar heeft gezegd dat ze inderdaad hulp moest<br />

inschakelen, maar dat enkel het POM‐gesprek en twee weken erna bellen haar niet over de drempel<br />

heeft kunnen helpen om daadwerkelijk die ondersteuning in te schakelen.<br />

Geen ondersteuningsvraag<br />

De overige vijf respondenten geven aan dat zij geen verdere ondersteuningsvraag hadden (R1, R4,<br />

R7, R8, R11). De respondenten noemen verschillende redenen waarom ze in het stadium <strong>van</strong> het<br />

POM‐gesprek geen verdere ondersteuningsvraag hadden. De redenen staan weergegeven in Tabel 10<br />

en worden nader beschreven in onderstaande tekst.<br />

Tabel 10. Redenen geen ondersteuningsvraag<br />

Redenen (respondenten)<br />

• adequaat ondersteunend netwerk (2, 7‐8, 11)<br />

• het gaat weer goed op het moment (1, 2)<br />

• zelf al afspraken gemaakt (4)<br />

• persoonlijke instelling: rustig blijven en op zichzelf letten (11)<br />

De cijfers staan voor de respondenten die de reden naar voren brengen<br />

45

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!