Evaluatie van Preventieve Ondersteuning ... - Trimbos-instituut
Evaluatie van Preventieve Ondersteuning ... - Trimbos-instituut
Evaluatie van Preventieve Ondersteuning ... - Trimbos-instituut
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
POM‐methodiek verslag gedaan <strong>van</strong> hun bevindingen. Resultaten <strong>van</strong> de evaluatiestudies worden<br />
tezamen met opmerkelijke inzichten <strong>van</strong> instellingen die de huidige POM‐methodiek hebben<br />
geïmplementeerd beschreven in onderstaande tekst. De beschrijving richt zich op de ervaringen <strong>van</strong><br />
de methode <strong>van</strong> de mantelzorger en wat de methode hen heeft opgeleverd.<br />
PoM<br />
In de procesevaluatie <strong>van</strong> de zeer vergelijkbare voorloper PoM is de informatie <strong>van</strong> mantelzorgers<br />
verkregen met registratiegegevens, de EDIZ‐vragenlijst, een aandachtspuntenlijst en een evaluatie‐<br />
formulier over het PoM‐gesprek. Als aanvulling daarop zijn enkele mantelzorgers geïnterviewd.<br />
Uit de evaluatie <strong>van</strong> PoM kwam de gemiddelde ervaren druk uit op 6,5 (op een schaal <strong>van</strong> 0<br />
tot 9). De gemiddelde score indiceert een hoge mate <strong>van</strong> ervaren belasting onder de mantelzorgers.<br />
Aangezien de EDIZ geen drempel stelt voor wanneer sprake is <strong>van</strong> overbelasting, kan aan de hand<br />
<strong>van</strong> deze score niet worden aangegeven of mantelzorgers overbelasting ervaren in het stadium <strong>van</strong><br />
het PoM‐gesprek. Aangezien bijna de helft <strong>van</strong> de mantelzorgers in een gevarenzone zit met een<br />
ernstige belasting (score 6‐9) is het de vraag in hoeverre bij PoM sprake is <strong>van</strong> vroegtijdige<br />
opsporing waarbij overbelasting voorkomen kan worden.<br />
De mantelzorgers zijn echter ook gevraagd om op een vijfpuntsschaal aan te geven hoe groot<br />
naar hun inschatting de mate <strong>van</strong> hun overbelasting is (helemaal niet overbelast, een beetje<br />
overbelast, redelijk overbelast, overbelast, erg overbelast). 4 Hoewel deze vraag is geformuleerd in<br />
termen <strong>van</strong> overbelasting, is sprake <strong>van</strong> een hoge correlatie tussen deze indicatie en ervaren druk<br />
zoals gemeten met de EDIZ. Deze overeenkomst suggereert dat mantelzorgers ten tijde <strong>van</strong> het PoM‐<br />
gesprek een tamelijke overbelasting ervaren.<br />
Verder blijkt dat de ondersteuningsbehoeften <strong>van</strong> de mantelzorgers in het algemeen<br />
achterblijven bij de door hen ervaren problemen, bij zowel het PoM‐gesprek als de follow‐up. Dit is<br />
consistent met de resultaten <strong>van</strong> het SCP (2009). Volgens de hulpverleners <strong>van</strong> PoM kan dit duiden<br />
op schroom om steun of hulp te vragen. Ook de <strong>van</strong>zelfsprekendheid <strong>van</strong> het zorgen voor een naaste<br />
wordt aangereikt als mogelijke verklaring <strong>van</strong> de matige ondersteuningsbehoefte <strong>van</strong> mantelzorgers.<br />
Een citaat <strong>van</strong> een hulpverlener illustreert laatstgenoemde mogelijke verklaring: “ze doen het<br />
gewoon voor hun moeder of partner, ze staan er niet bij stil en vragen dus geen hulp. Mensen moeten<br />
‘knappen’ voor ze hulp vragen” (Duzijn et al., 2000, p. 39).<br />
Verder blijkt uit de evaluatie <strong>van</strong> PoM dat de meeste mantelzorgers voorafgaand aan het<br />
gesprek weinig expliciete behoeften, wensen en verwachtingen hebben. Hulpverleners geven aan dat<br />
mantelzorgers ‘niet staan te springen om mee te doen’. Als ze eenmaal instemmen dan blijken ze toch<br />
met vragen te zitten, omdat ze bij de hulpverlener <strong>van</strong> de depressieve oudere niet voldoende<br />
aandacht kregen en vaak weinig uitleg over wat de aandoening nu precies inhoudt. Achteraf heeft<br />
meer dan de helft <strong>van</strong> de mantelzorgers het gevoel dat het aanbod goed bij hen behoeften/wensen<br />
aansluit. De mantelzorgers die niet of slechts gedeeltelijk tevreden zijn, vinden dat er niet voldoende<br />
informatie, ondersteuning, omgangsadviezen of oplossingen gegeven werden. Ook is het vervolg op<br />
het gesprek soms onbekend. De grootste winst <strong>van</strong> PoM was volgens de mantelzorger: een luisterend<br />
oor, begrip en het gevoel dat zij bij de hulpverlener terecht kunnen.<br />
Slechts een klein deel (17%) <strong>van</strong> de mantelzorgers is ingegaan op het ondersteuningsaanbod<br />
dat de medewerker hen bij het PoM‐gesprek heeft gedaan. De meerderheid gaf aan hier geen<br />
behoefte aan te hebben. Mantelzorgers leken PoM positiever te beoordelen naarmate ze meer<br />
belasting ervaren. Het gemiddelde rapportcijfer voor het PoM‐aanbod was een 7,6 en tweederde zou<br />
het POM‐aanbod zeker aanraden aan anderen.<br />
Bij PoM hebben de mantelzorgers een gesprek gehad met een ander dan de hulpverlener <strong>van</strong><br />
de depressieve oudere. Uit de evaluatie bleek echter dat een ruime meerderheid <strong>van</strong> de mantel‐<br />
zorgers liever een gesprek had gehad met de hulpverlener <strong>van</strong> de depressieve oudere. Een genoemde<br />
reden is dat deze hulpverlener al redelijk goed zicht heeft op de situatie, waardoor gerichter gepraat<br />
kan worden. Een veel kleiner aantal wilde liever een gesprek met een andere hulpverlener dan die<br />
<strong>van</strong> de depressieve oudere. Genoemde redenen zijn dat dezelfde hulpverlener meer is gericht op de<br />
depressieve oudere waardoor de mantelzorger het gevoel krijgt niet helemaal aan zijn of haar<br />
trekken te komen en de angst te veel met de depressie geconfronteerd te worden wanneer ze met de<br />
hulpverlener <strong>van</strong> de depressie oudere zou praten. Opgemerkt wordt dat de hulpverlener <strong>van</strong> de<br />
4 De mantelzorgers zijn gevraagd om na het POM‐gesprek thuis een korte vragenlijst in te vullen.<br />
28