15.09.2013 Views

Evaluatie van Preventieve Ondersteuning ... - Trimbos-instituut

Evaluatie van Preventieve Ondersteuning ... - Trimbos-instituut

Evaluatie van Preventieve Ondersteuning ... - Trimbos-instituut

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Voor het onderzoek waren slechts enkele ingevulde EDIZ‐vragenlijsten beschikbaar, maar deze<br />

kwantitatieve uitkomsten zijn aangevuld door rijke beschrijvingen <strong>van</strong> de ervaringen <strong>van</strong> de mantel‐<br />

zorgers zelf. Uit deze ervaringen blijkt dat de meerderheid <strong>van</strong> de mantelzorgers niet vroegtijdig is<br />

opgespoord, terwijl vroegtijdige opsporing een cruciaal onderdeel <strong>van</strong> de POM‐methodiek is.<br />

13.3 Vroegtijdige opsporing<br />

POM beoogt overbelasting ten eerste te voorkomen door mantelzorgers vroegtijdig op te sporen. Met<br />

vroegtijdige opsporing wordt gedoeld op systematische opsporing <strong>van</strong> mantelzorgers voordat zij<br />

overbelast raken. Aangezien het onbekend is wanneer mantelzorgers exact de grens tussen belasting<br />

en overbelasting overschrijden en dit per individu verschilt, heeft POM tevens het streven om<br />

mantelzorgers zo vroeg mogelijk in het begin <strong>van</strong> het (chronisch) ziekteproces <strong>van</strong> de zorgont<strong>van</strong>ger<br />

op te sporen.<br />

De ervaringen <strong>van</strong> de mantelzorgers suggereren dat vroegtijdige opsporing in het ziekte‐<br />

proces <strong>van</strong> de zorgont<strong>van</strong>ger, overbelasting kan voorkomen. De mantelzorgers die redelijk vroeg in<br />

het ziekteproces <strong>van</strong> de zorgont<strong>van</strong>ger (bij de eerste psychiatrische opname) zijn opgespoord voor<br />

een POM‐aanbod, ervaren geen overbelasting. Onder de meerderheid <strong>van</strong> de geïnterviewden was<br />

echter geen sprake <strong>van</strong> vroegtijdige opsporing in het ziekteproces <strong>van</strong> de zorgont<strong>van</strong>ger, aangezien<br />

sprake was <strong>van</strong> een heropname <strong>van</strong> de zorgont<strong>van</strong>ger. Nu rijst de vraag of het stadium <strong>van</strong> een<br />

eerste opname <strong>van</strong> de zorgont<strong>van</strong>ger in een psychiatrisch ziekenhuis geschikt is voor vroegtijdige<br />

opsporing <strong>van</strong> mantelzorgers.<br />

Uit de interviews blijkt echter dat systematische opsporing <strong>van</strong> mantelzorgers ook in het<br />

stadium <strong>van</strong> een eerste psychiatrische opname veelvuldig niet vroeg plaatsvindt in het ziekteproces<br />

<strong>van</strong> de zorgont<strong>van</strong>ger. Meerdere mantelzorgers vertellen dat er een hoop problematiek en (over)‐<br />

belasting vooraf is gegaan aan de eerste opname <strong>van</strong> de zorgont<strong>van</strong>ger. Het stadium <strong>van</strong> een eerste<br />

opname in een psychiatrisch ziekenhuis blijkt om deze reden niet geheel geschikt voor de POM‐<br />

methodiek. De uitkomsten <strong>van</strong> het expert interview suggereren dat mantelzorgers <strong>van</strong> mensen met<br />

fysieke problemen tevens niet vroegtijdig worden opgespoord bij de intake <strong>van</strong> zorgont<strong>van</strong>gers voor<br />

thuiszorg niveau 3, 4 of 5.<br />

Het is belangrijk om nader te onderzoeken welke contactmomenten met de gezondheidszorg<br />

geschikt zijn om mantelzorgers daadwerkelijk vroegtijdig op te sporen. Huisartsenpraktijken kunnen<br />

bijvoorbeeld een goede ingang zijn om mantelzorgers in een vroeg stadium te benaderen. POM kan<br />

wel degelijk belemmeringen wegnemen voor het inschakelen <strong>van</strong> ondersteuning, maar de interventie<br />

dient in een vroeg stadium plaats te vinden om deze belemmeringen tijdig te kunnen wegnemen.<br />

13.4 Wegnemen <strong>van</strong> belemmeringen<br />

Naast vroegtijdige opsporing, beoogt POM belemmeringen weg te nemen voor het inschakelen <strong>van</strong><br />

ondersteuning. De gevonden belemmeringen voor het inschakelen <strong>van</strong> ondersteuning komen<br />

overeen met de literatuur (bijv. Brodaty et al., 2005). Bovendien laten de resultaten zien welke<br />

framing rules het inschakelen <strong>van</strong> ondersteuning kunnen belemmeren (bijv. ‘hulp is er alleen voor de<br />

zieke) of bevorderen (bijv. ‘je moet goed voor jezelf zorgen, want anders kan je niet goed voor je<br />

naaste zorgen’). Tevens komt naar voren op welke wijze POM dergelijke belemmeringen kan<br />

wegnemen.<br />

Voor adequate ondersteuning <strong>van</strong> POM is het belangrijk dat flexibiliteit in de uitvoering<br />

mogelijk is. Sommige mantelzorgers hebben meer ondersteuning nodig dan een eenmalig gesprek en<br />

een telefonische follow‐up om preventieve ondersteunende maatregelen door te voeren. De POM‐<br />

medewerker dient daarbij de mogelijkheid te krijgen om zijn of haar professionele netwerk te<br />

benutten (bijv. informatie inwinnen of contact leggen met maatschappelijk werk). Op deze wijze kan<br />

ook voor de groep mantelzorgers die aanzienlijk moeite heeft met het inschakelen <strong>van</strong> ondersteuning<br />

de drempel zo laag mogelijk worden gemaakt.<br />

Naast de persoonlijke interactie met de POM‐medewerker, is de schriftelijke informatie over<br />

ondersteuningsmogelijkheden een belangrijk element <strong>van</strong> de methodiek. De geïnterviewde mantel‐<br />

zorgers kregen voornamelijk inzicht in het ondersteuningsaanbod <strong>van</strong> de instelling zelf. Dit komt<br />

overeen met de inhoud <strong>van</strong> de meegegeven schriftelijke informatie. Het is echter belangrijk dat<br />

mantelzorgers ook inzicht krijgen in overige ondersteuningsmogelijkheden (bijv. <strong>van</strong> de gemeente).<br />

85

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!