02.09.2015 Views

Jurisprudentie op het gebied van de ruimtelijke ordening, het ... - StAB

Jurisprudentie op het gebied van de ruimtelijke ordening, het ... - StAB

Jurisprudentie op het gebied van de ruimtelijke ordening, het ... - StAB

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

78<br />

Ruimtelijke or<strong>de</strong>ning<br />

stuursrecht. Het beroep is in zoverre gegrond, zodat<br />

<strong>het</strong> bestre<strong>de</strong>n besluit voorzover daarbij goedkeuring<br />

is verleend aan voornoemd plan<strong>de</strong>el dient te wor<strong>de</strong>n<br />

vernietigd.<br />

Uit <strong>het</strong> vorenstaan<strong>de</strong> volgt dat er rechtens maar één<br />

te nemen besluit mogelijk is, zodat <strong>de</strong> Af<strong>de</strong>ling aanleiding<br />

ziet om goedkeuring te onthou<strong>de</strong>n aan <strong>het</strong><br />

plan<strong>de</strong>el met <strong>de</strong> bestemming ‘Tuinen en erven’ voor<br />

<strong>de</strong> aanbouw <strong>van</strong> <strong>het</strong> pand (A).<br />

03-70<br />

Uitspraak <strong>van</strong> <strong>de</strong> Af<strong>de</strong>ling bestuursrechtspraak<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> Raad <strong>van</strong> State <strong>van</strong> 23 april 2003, nr.<br />

200204855/1, inzake <strong>het</strong> bestemmingsplan ‘Buiten<strong>gebied</strong><br />

Drimmelen, partiële herziening Wil<strong>de</strong>straat<br />

13 te Wagenberg’ <strong>van</strong> <strong>de</strong> gemeente Drimmelen.<br />

Het bestemmingsplan voorziet in een kin<strong>de</strong>rdagverblijf<br />

in <strong>het</strong> buiten<strong>gebied</strong>. Deze functie is in<br />

strijd met <strong>het</strong> (nieuwe) streekplanbeleid. Ge<strong>de</strong>puteer<strong>de</strong><br />

staten onthiel<strong>de</strong>n toch ten onrechte goedkeuring.<br />

Gezien <strong>de</strong> omstandighe<strong>de</strong>n oor<strong>de</strong>el<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />

Af<strong>de</strong>ling namelijk dat ge<strong>de</strong>puteer<strong>de</strong> staten in re<strong>de</strong>lijkheid<br />

niet <strong>het</strong> standpunt hebben kunnen innemen<br />

dat geen termen beston<strong>de</strong>n om met toepassing<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> overgangsbeleid met <strong>het</strong> plan in te<br />

stemmen.<br />

Algemene wet bestuursrecht, artikel 8:72, lid 4<br />

en artikel 10:27<br />

Wet <strong>op</strong> <strong>de</strong> Ruimtelijke Or<strong>de</strong>ning, artikel 28, lid 2<br />

2.1. Met <strong>het</strong> plan wordt beoogd <strong>de</strong> vestiging <strong>van</strong><br />

een kin<strong>de</strong>rdagverblijf in een voormalige varkensstal<br />

aan <strong>de</strong> Wil<strong>de</strong>straat 13 in Wagenberg mogelijk te<br />

maken. Verweer<strong>de</strong>r heeft goedkeuring aan <strong>het</strong> plan<br />

onthou<strong>de</strong>n.<br />

2.3. Verweer<strong>de</strong>r stelt zich <strong>op</strong> <strong>het</strong> standpunt dat <strong>het</strong><br />

plan in strijd is met <strong>de</strong> in <strong>het</strong> streekplan ‘Brabant in<br />

Balans’ (ver<strong>de</strong>r: <strong>het</strong> streekplan) neergeleg<strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong>n<br />

voor verruim<strong>de</strong> gebruiksmogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong><br />

vrijkomen<strong>de</strong> agrarische bedrijfslocaties. Hij acht in<br />

dit verband onvoldoen<strong>de</strong> aangetoond dat agrarisch<br />

hergebruik in <strong>het</strong> on<strong>de</strong>rhavige gebouw niet meer<br />

mogelijk is. Voorts stelt hij dat onvoldoen<strong>de</strong> inzichtelijk<br />

is gemaakt wat <strong>de</strong> effecten zijn <strong>van</strong> <strong>het</strong> kin<strong>de</strong>rdagverblijf<br />

<strong>op</strong> <strong>de</strong> bedrijvigheid in <strong>de</strong> omgeving en<br />

omgekeerd of voor <strong>het</strong> kin<strong>de</strong>rdagverblijf een goed<br />

verblijfsklimaat is te garan<strong>de</strong>ren. Tevens is geen inzicht<br />

verschaft in <strong>de</strong> toekomstige ontwikkelingen en<br />

zal <strong>de</strong> exploitatie teveel mobiliteit genereren. Ver<strong>de</strong>r<br />

stelt hij zich <strong>op</strong> <strong>het</strong> standpunt dat ook <strong>het</strong> in <strong>het</strong><br />

streekplan neergeleg<strong>de</strong> overgangsbeleid hem er niet<br />

toe verplicht <strong>het</strong> plan goed te keuren.<br />

Hij acht geen bijzon<strong>de</strong>re omstandighe<strong>de</strong>n aanwezig<br />

<strong>op</strong> grond waar<strong>van</strong> <strong>van</strong> <strong>het</strong> streekplan zou moeten<br />

wor<strong>de</strong>n afgeweken.<br />

2.4. Appellanten stellen zich <strong>op</strong> <strong>het</strong> standpunt dat<br />

verweer<strong>de</strong>r ten onrechte goedkeuring aan <strong>het</strong> plan<br />

heeft onthou<strong>de</strong>n. Zij voeren aan dat <strong>het</strong> besluit is<br />

genomen in strijd met <strong>het</strong> gelijkheidsbeginsel en onzorgvuldig<br />

tot stand is gekomen. Ver<strong>de</strong>r hebben zij<br />

aangevoerd dat <strong>het</strong> perceel in een <strong>gebied</strong> ligt dat<br />

nauwelijks meer als agrarisch buiten<strong>gebied</strong> is aan<br />

te merken. Tevens stellen zij dat zij mochten verwachten<br />

dat verweer<strong>de</strong>r <strong>het</strong> plan zou goedkeuren<br />

aangezien <strong>de</strong> provinciale planologische commissie<br />

(ver<strong>de</strong>r: ppc) bij <strong>de</strong> voorbereiding <strong>van</strong> <strong>het</strong> plan een<br />

positief advies heeft gegeven. Deze laatste omstandigheid<br />

brengt, aldus appellant sub 2 ook met zich<br />

mee dat <strong>het</strong> overgangsbeleid <strong>van</strong> <strong>het</strong> streekplan<br />

aanspraak <strong>op</strong> goedkeuring <strong>van</strong> <strong>het</strong> plan gaf.<br />

Appellante sub 1 voert daarnaast nog aan dat <strong>het</strong><br />

plan aan <strong>het</strong> ou<strong>de</strong> streekplan had moeten wor<strong>de</strong>n<br />

getoetst. Voorts stelt zij dat agrarische bedrijvigheid<br />

in <strong>de</strong> omgeving niet belemmerd zal wor<strong>de</strong>n en dat<br />

een agrarische functie voor <strong>het</strong> gebouw niet meer<br />

mogelijk is.<br />

2.5. Het aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> zijn<strong>de</strong> bestemmingsplan is<br />

vastgesteld en goedgekeurd nadat genoemd streekplan<br />

‘Brabant in Balans’ door provinciale staten is<br />

vastgesteld <strong>op</strong> 22 februari 2002 en in werking is<br />

getre<strong>de</strong>n <strong>op</strong> 15 maart 2002. Het karakter <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

toetsing <strong>van</strong> een bestemmingsplan door <strong>het</strong> college<br />

<strong>van</strong> ge<strong>de</strong>puteer<strong>de</strong> staten brengt in beginsel met zich<br />

mee dat alle feiten en omstandighe<strong>de</strong>n die zich tot<br />

aan <strong>het</strong> nemen <strong>van</strong> <strong>het</strong> besluit hebben voorgedaan<br />

in aanmerking moeten wor<strong>de</strong>n genomen. Niet is ge-<br />

NIEUWSBRIEF <strong>StAB</strong> 3 / 2003

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!