Jurisprudentie op het gebied van de ruimtelijke ordening, het ... - StAB
Jurisprudentie op het gebied van de ruimtelijke ordening, het ... - StAB
Jurisprudentie op het gebied van de ruimtelijke ordening, het ... - StAB
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Planscha<strong>de</strong>vergoeding<br />
95<br />
uitbreiding met <strong>het</strong> streekplan in strijd is, dit<br />
vervalt met ingang <strong>van</strong> <strong>de</strong> dag waar<strong>op</strong> <strong>het</strong><br />
streekplan <strong>van</strong> kracht wordt. Ingevolge <strong>het</strong><br />
streekplan ‘Zuid-Kennemerland’, dat is<br />
goedgekeurd bij Koninklijk Besluit <strong>van</strong> 14 juni<br />
1962, was <strong>het</strong> terrein bestemd tot ‘agrarisch<br />
bedrijf c.a. (art. II)’. De bestemming ‘wegen,<br />
water en nieuwe <strong>op</strong>en bebouwing en nieuwe<br />
gesloten bebouwing’ <strong>van</strong> een ge<strong>de</strong>elte <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />
terrein was daarmee in strijd, zodat met<br />
betrekking tot dat perceelsge<strong>de</strong>elte geen<br />
bestemmingsplan meer <strong>van</strong> kracht was. Het ou<strong>de</strong><br />
planologische regime wordt voor die gron<strong>de</strong>n<br />
gevormd door <strong>de</strong> toentertijd gel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> gemeentelijke<br />
bouwveror<strong>de</strong>ning. On<strong>de</strong>r <strong>het</strong> ou<strong>de</strong> planologische<br />
regime was geen sprake <strong>van</strong> een voldoen<strong>de</strong><br />
dui<strong>de</strong>lijk en kenbaar planologisch beleid,<br />
<strong>op</strong> grond waar<strong>van</strong> on<strong>de</strong>r meer vrijstelling voor<br />
bouwen met overschrijding <strong>van</strong> <strong>de</strong> achtergevelrooilijn<br />
zou kunnen wor<strong>de</strong>n verleend. Op <strong>het</strong><br />
on<strong>de</strong>rhavige <strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>het</strong> terrein waren dan ook<br />
geen reële bebouwingsmogelijkhe<strong>de</strong>n aanwezig.<br />
Passieve risicoaanvaarding.<br />
Wet <strong>op</strong> <strong>de</strong> Ruimtelijke Or<strong>de</strong>ning, artikel 49<br />
2.4. Appellante, se<strong>de</strong>rt 25 augustus 1988 eigenaar<br />
<strong>van</strong> een stuk grond ter grootte <strong>van</strong> 1.20.85 ha nabij<br />
(A) te Haarlem, heeft verzocht om vergoeding <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
scha<strong>de</strong> die zij stelt te lij<strong>de</strong>n ten gevolge <strong>van</strong> <strong>het</strong> bestemmingsplan<br />
‘Omgeving Zijlweg, partiële herziening<br />
nr. 3’. Volgens appellante bedraagt <strong>de</strong><br />
scha<strong>de</strong> die zij lijdt primair ƒ 2.505.256,00<br />
€ 1.136.835,61) <strong>van</strong>wege <strong>het</strong> niet meer kunnen<br />
<strong>op</strong>richten <strong>van</strong> een kantorencomplex, waarvoor zij<br />
een bouwaanvraag had ingediend, dan wel subsidiair<br />
ƒ 3.360.615,00 (€ 1.524.980,60) <strong>van</strong>wege<br />
<strong>het</strong> niet meer kunnen realiseren <strong>van</strong> woningen <strong>op</strong><br />
<strong>het</strong> terrein.<br />
2.5. Blijkens <strong>de</strong> stukken waren ter plaatse <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />
terrein <strong>van</strong> appellante <strong>het</strong> uitbreidingsplan ‘Haarlem<br />
Zuid-West’, goedgekeurd door ge<strong>de</strong>puteer<strong>de</strong><br />
staten <strong>van</strong> Noord-Holland (hierna: ge<strong>de</strong>puteer<strong>de</strong><br />
staten) bij besluit <strong>van</strong> 25 september 1929, alsme<strong>de</strong><br />
wijziging nr. 7 <strong>van</strong> dit plan, goedgekeurd bij besluit<br />
<strong>van</strong> ge<strong>de</strong>puteer<strong>de</strong> staten <strong>van</strong> 20 oktober<br />
1937, <strong>van</strong> kracht. Ingevolge dit plan, inclusief wijziging,<br />
had <strong>het</strong> terrein <strong>de</strong> bestemming ‘wegen,<br />
water en nieuwe <strong>op</strong>en bebouwing en nieuwe gesloten<br />
bebouwing’.<br />
Op 15 augustus 1951 is <strong>het</strong> aangepaste uitbreidingsplan<br />
‘Omgeving Zijlweg’ ge<strong>de</strong>eltelijk door ge<strong>de</strong>puteer<strong>de</strong><br />
staten goedgekeurd. Ingevolge dit plan<br />
is <strong>het</strong> zuidoostelijke ge<strong>de</strong>elte <strong>van</strong> <strong>het</strong> terrein bestemd<br />
tot ‘bloembollen-, warmoezeniers-, en hoveniersbedrijven’.<br />
Ingevolge artikel 6 <strong>van</strong> <strong>de</strong> voorschriften<br />
behoren<strong>de</strong> bij dit plan mag <strong>op</strong> <strong>de</strong> gron<strong>de</strong>n<br />
met <strong>de</strong>ze bestemming niet wor<strong>de</strong>n gebouwd. Krachtens<br />
<strong>de</strong> in 1974 goedgekeur<strong>de</strong> aanvullen<strong>de</strong> gebruiksvoorschriften<br />
is gebruik in strijd met <strong>de</strong> bestemming<br />
verbo<strong>de</strong>n.<br />
Aan <strong>de</strong> bestemmingen <strong>van</strong> <strong>het</strong> resteren<strong>de</strong> ge<strong>de</strong>elte<br />
<strong>van</strong> <strong>het</strong> perceel werd door ge<strong>de</strong>puteer<strong>de</strong> staten<br />
goedkeuring onthou<strong>de</strong>n, zodat <strong>op</strong> dat ge<strong>de</strong>elte<br />
<strong>de</strong> bestemming ingevolge <strong>het</strong> gewijzig<strong>de</strong> uitbreidingsplan<br />
‘Haarlem Zuid-West’ <strong>van</strong> kracht bleef.<br />
Ingevolge <strong>het</strong> streekplan ‘Zuid-Kennemerland’,<br />
dat is goedgekeurd bij Koninklijk Besluit <strong>van</strong> 14 juni<br />
1962, was <strong>het</strong> terrein bestemd tot ‘agrarisch bedrijf<br />
c.a. (art. II)’. In artikel 18, eerste lid, <strong>van</strong> <strong>de</strong> Wet<br />
voorl<strong>op</strong>ige regeling inzake <strong>het</strong> Nationale Plan en <strong>de</strong><br />
Streekplannen is bepaald dat, voorzover een plan <strong>van</strong><br />
uitbreiding met <strong>het</strong> streekplan in strijd is, dit vervalt<br />
met ingang <strong>van</strong> <strong>de</strong> dag waar<strong>op</strong> <strong>het</strong> streekplan <strong>van</strong><br />
kracht wordt. Ten gevolge <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze bepaling is <strong>de</strong> bestemming<br />
‘wegen, water en nieuwe <strong>op</strong>en bebouwing<br />
en nieuwe gesloten bebouwing’, die <strong>op</strong> <strong>het</strong> resteren<strong>de</strong><br />
ge<strong>de</strong>elte <strong>van</strong> <strong>het</strong> terrein was blijven rusten, vervallen,<br />
zodat met betrekking tot dat perceelsge<strong>de</strong>elte<br />
geen bestemmingsplan meer <strong>van</strong> kracht was.<br />
2.5.1. Op 5 juni 1991 heeft <strong>de</strong> raad <strong>het</strong> bestemmingsplan<br />
‘Omgeving Zijlweg, partiële herziening<br />
nr. 3’ vastgesteld. Bij besluit <strong>van</strong> 14 januari 1992<br />
hebben ge<strong>de</strong>puteer<strong>de</strong> staten dit bestemmingsplan<br />
ge<strong>de</strong>eltelijk goedgekeurd.<br />
Bij Koninklijk Besluit <strong>van</strong> 23 juli 1993 is goedkeuring<br />
onthou<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> bestemming ‘garagebedrijf’<br />
ter plaatse <strong>van</strong> <strong>het</strong> noor<strong>de</strong>lijke <strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />
terrein. Voorts is goedkeuring onthou<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> bestemming<br />
‘agrarische doelein<strong>de</strong>n (A)’ met betrekking<br />
tot een strook grond met een diepte <strong>van</strong> circa<br />
25 m direct ten zui<strong>de</strong>n <strong>van</strong> dat noor<strong>de</strong>lijke <strong>de</strong>el.<br />
De bestemming ‘agrarische doelein<strong>de</strong>n (A)’ <strong>van</strong><br />
<strong>het</strong> achter die strook grond gelegen zui<strong>de</strong>lijke <strong>de</strong>el<br />
<strong>van</strong> <strong>het</strong> terrein is bij laatstgenoemd Koninklijk Besluit<br />
onherroepelijk gewor<strong>de</strong>n. Het zui<strong>de</strong>lijke <strong>de</strong>el<br />
NIEUWSBRIEF <strong>StAB</strong> 3 / 2003