02.09.2015 Views

Jurisprudentie op het gebied van de ruimtelijke ordening, het ... - StAB

Jurisprudentie op het gebied van de ruimtelijke ordening, het ... - StAB

Jurisprudentie op het gebied van de ruimtelijke ordening, het ... - StAB

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

88 Planscha<strong>de</strong>vergoeding<br />

03-77<br />

Uitspraak <strong>van</strong> <strong>de</strong> Af<strong>de</strong>ling bestuursrechtspraak<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> Raad <strong>van</strong> State <strong>van</strong> 16 april 2003, nr.<br />

200203621/1, inzake een verzoek om<br />

planscha<strong>de</strong>vergoeding, gemeente Ensche<strong>de</strong>.<br />

Perceel dat voorheen een bedrijfsbestemming<br />

had, heeft on<strong>de</strong>r <strong>het</strong> nieuwe regime een<br />

agrarische bestemming. Het ligt ingevolge <strong>de</strong><br />

planologische kernbeslissing Structuurschema<br />

Militaire Terreinen binnen <strong>de</strong> veiligheidszones <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> munitiecomplex <strong>van</strong> <strong>de</strong> vliegbasis Twenthe.<br />

Daaruit volgt dat <strong>op</strong> een ge<strong>de</strong>elte <strong>van</strong> <strong>het</strong> perceel<br />

geen bebouwing is toegestaan. Voorts ligt <strong>het</strong><br />

perceel volgens <strong>het</strong> streekplan binnen een als<br />

‘zone lan<strong>de</strong>lijk <strong>gebied</strong> I’ aangeduid <strong>gebied</strong>. Gelet<br />

<strong>op</strong> <strong>de</strong> lan<strong>de</strong>lijke structuur <strong>van</strong> <strong>de</strong> omgeving en <strong>op</strong><br />

<strong>het</strong> aan <strong>de</strong> gemeente ter uitvoering staan<strong>de</strong> rijksen<br />

provinciaal planologisch beleid lag <strong>het</strong> in <strong>de</strong><br />

lijn <strong>de</strong>r verwachting dat <strong>de</strong> vigeren<strong>de</strong> bestemming<br />

‘Bedrijven, klasse B’ niet kon blijven voortbestaan.<br />

Ver<strong>de</strong>r heeft appellant in <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> <strong>van</strong><br />

aanko<strong>op</strong> <strong>van</strong> <strong>het</strong> betreffen<strong>de</strong> perceel tot aan <strong>het</strong><br />

ontstaan <strong>van</strong> <strong>de</strong> voorbereidingsbescherming, geen<br />

concrete pogingen on<strong>de</strong>rnomen om <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong><br />

bouwmogelijkhe<strong>de</strong>n daadwerkelijk te realiseren. In<br />

dit specifieke geval is <strong>van</strong>wege <strong>de</strong> ook ten tij<strong>de</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> aanko<strong>op</strong> al <strong>op</strong> han<strong>de</strong>n zijn<strong>de</strong> ontwikkelingen<br />

een termijn <strong>van</strong> an<strong>de</strong>rhalf jaar na aanko<strong>op</strong> niet te<br />

kort om te kunnen conclu<strong>de</strong>ren dat sprake is <strong>van</strong><br />

risicoaanvaarding.<br />

Het indienen <strong>van</strong> een sc<strong>het</strong>stekening is niet te<br />

beschouwen als een concrete poging tot <strong>het</strong><br />

realiseren <strong>van</strong> bouwmogelijkhe<strong>de</strong>n.<br />

Wet <strong>op</strong> <strong>de</strong> Ruimtelijke Or<strong>de</strong>ning, artikel 49<br />

2.1. Op 23 april 1992 is (A) door aanko<strong>op</strong> eigenaar<br />

gewor<strong>de</strong>n <strong>van</strong> (...) <strong>het</strong> perceel (B). (A) heeft dat<br />

perceel gekocht met <strong>de</strong> bedoeling <strong>het</strong> als bedrijfsterrein<br />

te ontwikkelen.<br />

2.1.1. Ingevolge <strong>het</strong> bestemmingsplan ‘Buiten<strong>gebied</strong>’<br />

rustte <strong>op</strong> <strong>het</strong> perceel <strong>de</strong> bestemming ‘Bedrijven,<br />

klasse B’. Het perceel was als zodanig bestemd<br />

voor <strong>de</strong> <strong>op</strong>richting <strong>van</strong> gebouwen ten dienste <strong>van</strong><br />

kleinindustriële doelein<strong>de</strong>n, zoals werkplaatsen en<br />

laboratoria, met een goothoogte <strong>van</strong> maximaal 5 m<br />

en een bebouwingspercentage <strong>van</strong> maximaal 10%.<br />

Per bedrijf waren één dienstwoning <strong>van</strong> maximaal<br />

450 m 3 met een goothoogte <strong>van</strong> maximaal 6 m, bijgebouwen<br />

tot maximaal 30 m 2 met een goothoogte<br />

<strong>van</strong> maximaal 3 m, alsme<strong>de</strong> een carport <strong>van</strong> maximaal<br />

18 m 2 , toegestaan.<br />

2.1.2. Het partiële bestemmingsplan ‘Herziening<br />

121’ is <strong>op</strong> 20 februari 1995 door appellant vastgesteld<br />

en <strong>op</strong> 27 september 1995 door <strong>het</strong> college<br />

<strong>van</strong> ge<strong>de</strong>puteer<strong>de</strong> staten <strong>van</strong> Overijssel goedgekeurd.<br />

Op 11 april 1997 is dit bestemmingsplan in<br />

rechte onaantastbaar gewor<strong>de</strong>n. Op grond <strong>van</strong> dit<br />

plan heeft <strong>het</strong> perceel <strong>de</strong> bestemming ‘Agrarische<br />

doelein<strong>de</strong>n, klasse A’ en is <strong>de</strong> mogelijkheid tot <strong>het</strong><br />

<strong>op</strong>richten <strong>van</strong> gebouwen <strong>op</strong> <strong>het</strong> perceel vervallen.<br />

Het partiële bestemmingsplan ‘Herziening 121’<br />

is <strong>op</strong>genomen in <strong>het</strong> integrale bestemmingsplan<br />

‘Buiten<strong>gebied</strong> 1996’, vastgesteld door appellant bij<br />

besluit <strong>van</strong> 8 september 1997 en goedgekeurd door<br />

<strong>het</strong> college <strong>van</strong> ge<strong>de</strong>puteer<strong>de</strong> staten <strong>van</strong> Overijssel<br />

bij besluit <strong>van</strong> 7 april 1998, waarna <strong>het</strong> in rechte<br />

onaantastbaar is gewor<strong>de</strong>n. Het perceel is in <strong>het</strong> bestemmingsplan<br />

‘Buiten<strong>gebied</strong> 1996’ bestemd tot<br />

‘Agrarisch <strong>gebied</strong>’ (zon<strong>de</strong>r bebouwing).<br />

2.2. Niet in geschil is dat (A) door <strong>de</strong> bestemmingswijziging<br />

in een planologisch na<strong>de</strong>liger situatie is<br />

komen te verkeren waardoor hij scha<strong>de</strong> lijdt.<br />

2.3. Partijen verschillen <strong>van</strong> mening over <strong>de</strong> vraag<br />

of <strong>de</strong> scha<strong>de</strong> re<strong>de</strong>lijkerwijs geheel ten laste <strong>van</strong> (A)<br />

behoort te blijven.<br />

2.4. An<strong>de</strong>rs dan <strong>de</strong> rechtbank, is <strong>de</strong> Af<strong>de</strong>ling <strong>van</strong><br />

oor<strong>de</strong>el dat appellant zich terecht, in overeenstemming<br />

met <strong>de</strong> terzake door <strong>de</strong> scha<strong>de</strong>beoor<strong>de</strong>lingscommissie<br />

aan hem uitgebrachte adviezen <strong>van</strong><br />

27 september 1999 en 9 januari 2001, <strong>op</strong> <strong>het</strong><br />

standpunt heeft gesteld dat <strong>de</strong> scha<strong>de</strong> als gevolg<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> vervallen <strong>van</strong> <strong>de</strong> bouwmogelijkhe<strong>de</strong>n re<strong>de</strong>lijkerwijs<br />

geheel ten laste <strong>van</strong> (A) behoort te blijven.<br />

2.4.1. Het perceel maakt <strong>de</strong>el uit <strong>van</strong> een <strong>gebied</strong><br />

dat – blijkens <strong>de</strong> <strong>op</strong> 15 oktober 1985 na instemming<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> Twee<strong>de</strong> en Eerste Kamer in werking ge-<br />

NIEUWSBRIEF <strong>StAB</strong> 3 / 2003

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!