Richtlijn Niercelcarcinoom
Richtlijn Niercelcarcinoom
Richtlijn Niercelcarcinoom
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Literatuur<br />
Butow PN, Kazemi JN, Beeney LJ, Griffin AM, Dunn SM, Tattersall MH. When the diagnosis<br />
is cancer: patient communication experiences and preferences. Cancer, 1996, 77 (12) 2630-<br />
7.<br />
Ellis PM, Tattersall MH. How should doctors communicate the diagnosis of cancer to<br />
patients? Ann Med, 1999; 31(5): 336-341.<br />
Fallowfield LJ, Jenkins VA, Beveridge HA. Truth may hurt deceit hurts more: communication<br />
in palliative care. Palliat Med, 2002; 16(4): 297-303.<br />
Glare P, Virik K, Jones M, Hudson M, Eychmuller S, Simes J, et al. A systematic review of<br />
physicians’survival predictions in terminally ill cancer patients. BMJ 2003; 327: 195-198<br />
Kaplowitz SA, Campo S, Chiu WT. Cancer patients’ desires for communication of prognosis<br />
information. Health Commun, 2002; . 14(2): 221-41.<br />
Kirk P, Kirk I, Kristjanson LJ. What do patients receiving palliative care for cancer and their<br />
families want to be told? A Canadian and Australian qualitative study. BMJ, 2004, 328: 1343-<br />
1347<br />
Lee SJ, Back AL, Block SD, Stewart SK. Enhancing physician-patient communication. Am<br />
Soc Hematol 2002; 464-83.<br />
Mohr C, Milgrom J, Griffiths M, Nomikoudis K. Breaking the bad news: dilemmas in shared<br />
decision-making in medical practice. Aust. Pscychol, 1999; 34(1): 45-48.<br />
Shilling C, Jenkins V, Fallowfield L. Factors affecting patient and clinician satisfaction with<br />
the clinical consultation: can communication skills training for clinicians improve satisfaction?<br />
Psychoncology, 2003; 12(6): 599-611.<br />
Treacy JT, Mayer DK. Perspectives on cancer patient education. Semin Oncol Nurs 2000;<br />
16(1): 47-56.<br />
3.4 Voorlichting en psychosociale zorg: Besluitvorming<br />
Wetenschappelijke onderbouwing<br />
Het is voor besluitvorming noodzakelijk dat de patiënt aard en doel van de behandeling en<br />
de keuzemogelijkheden kent en begrijpt. Er bestaan en ontstaan veel misverstanden, zowel<br />
over de aard als over het doel van de behandeling. Hiervan is de medisch-specialist zich<br />
meestal niet bewust (Butow 1995). Daarnaast dienen de eerste reacties en emoties op de<br />
diagnose enigermate te zijn weggeëbd, voordat de patiënt kan openstaan voor nieuwe<br />
informatie (Treacy 2000).<br />
De voorkeuren van de meeste patiënten gaan uit naar participatie in de besluitvorming.<br />
Dowsett vond dat 36% van de patiënten de voorkeur gaf aan een gelijke rol in de<br />
besluitvorming voor arts en patiënt, dat 25% van de patiënten zelf wilde beslissen, rekening<br />
houdend met advies van de arts en dat 29% wilde dat de arts een beslissing nam, rekening<br />
houdend met mening van patiënt (Dowsett 2000). Lee vond dat 67% van de patiënten een<br />
actieve rol wilde in de besluitvorming variërend van alléén beslissen tot gezamenlijk besluit<br />
(Lee 2002).<br />
De schok een levensbedreigende ziekte te hebben, kan voor sommige patiënten aanleiding<br />
zijn om meer op hun arts te vertrouwen bij het nemen van een besluit dan vooraf gedacht<br />
(Harris 1998). Verder blijkt dat de behoefte aan informatie en de behoefte aan betrokkenheid<br />
bij de besluitvorming relatief onafhankelijke fenomenen te zijn. Van de patiënten die veel<br />
informatie wilden, wilde een deel geen grote betrokkenheid bij de besluitvorming (Stiggelbout<br />
1997, Tamburini 2003).<br />
Elke patiënt moet weten dat er altijd keuzemogelijkheden zijn en moet gestimuleerd worden<br />
om actief te participeren in de besluitvorming. Harris constateert dat patiënten die samen met<br />
50