13.09.2013 Views

Jaarboek Thomas Instituut 2006 - Thomas Instituut te Utrecht

Jaarboek Thomas Instituut 2006 - Thomas Instituut te Utrecht

Jaarboek Thomas Instituut 2006 - Thomas Instituut te Utrecht

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

132 PETER R. V AN VELDHUIJSEN<br />

art.I soL, die een voorlopige orde en setting geeft, zoals Javelli onder<br />

het tweede thema van zijn onderzoek heeft la<strong>te</strong>n zien.<br />

5. Conclusies<br />

5. J. Eers<strong>te</strong> conclusie87<br />

Het eers<strong>te</strong> dat ons verstand vat is zijnde, zoals ook Avicenna'"<br />

verklaart. Deze inzet is gelijk aan die in het tweede thema van<br />

onderzoek. En aangezien zijnde het eers<strong>te</strong> is, moet logisch of<br />

kentheoretisch de volgende gedach<strong>te</strong>stap leiden tot het <strong>te</strong>gendeel van<br />

zijnde, namelijk niet-zijnde. Begrip van zijnde en niet-zijnde leidt<br />

dan via een derde stap tot het begrip van verdeling en onderscheid<br />

tussen het ene en het andere zijnde, die <strong>te</strong>genges<strong>te</strong>lden zijn. De<br />

vierde gedach<strong>te</strong>stap voert tot het begrip van innerlijke<br />

onverdeeldheid, omdat elk zijnde in zichzelf onverdeeld is. Volgens<br />

Aristo<strong>te</strong>les in zijn Metaphysica X (cap.2 l1054a13-!9) namelijk<br />

worden zijnde en één gelijkstaande <strong>te</strong>rmen genoemd, want wat niet<br />

één is, is niet zijnde. De <strong>te</strong>rm 'één' drukt de onverdeeldheid van<br />

zijnde uit, zoals eerder ui<strong>te</strong>engezet. Dus is elk zijnde in zichzelf<br />

onverdeeld.89<br />

Javelli spreekt nota bene alleen met betrekking tot de eers<strong>te</strong><br />

en vierde gedach<strong>te</strong>stap over zijnde: de eers<strong>te</strong> notie is die van zijnde<br />

zelf, de vierde is die van het onverdeelde zijnde. Maar drukken de<br />

tweede en derde notie (niet-zijnde en verdeling) dan geen<br />

transcendentale wijzen van zijnde uit? Zoals direct zal blijken is<br />

Javelli's antwoord ontkennend. Maar eerst concludeert hij dat één<br />

het transcendens is dat na zijnde in de afleidingsorde de eers<strong>te</strong> plaats<br />

87 Vgl. de voorgaande beschouwingswijze van zijnde als ens in se negative.<br />

88 Metaphysiea I 6 (ed. Venetiis 1508 fol.72rbA).<br />

89 De transe., 463b: "Prima conclusio. Unum secundum rationem formalem<br />

praecedit omnia alia transcendentia. Quoniam primum quod concipitur ab<br />

in<strong>te</strong>llectu nostro, est ens [...], secundum est non ens, quia ex opposito<br />

cognoscitur oppositum. Tertium est divisio. Cognito enim quid ens, et quid<br />

non ens, statim apprehendimus distinctionem unius ab al<strong>te</strong>ro, cum sint<br />

opposita. Quartum est indivisio, quoniam omne ens in seipso indivisum est.<br />

Cum enim secundum Arist. in 10. Meta. <strong>te</strong>x.7. dicantur aequali<strong>te</strong>r ens et<br />

unum, quod non est unum, non est ens [...] unum au<strong>te</strong>m dicit indivisionem<br />

[...] ergo omne ens est in seipso indivisum."

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!