Jaarboek Thomas Instituut 2006 - Thomas Instituut te Utrecht
Jaarboek Thomas Instituut 2006 - Thomas Instituut te Utrecht
Jaarboek Thomas Instituut 2006 - Thomas Instituut te Utrecht
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
OVER GOD ALS PERSOON 87<br />
voortkomt uit een humanitaire impuls van onze kant. God als een<br />
'wie', hoe aarzelend ook, heeft iets <strong>te</strong> maken met de ervaring van<br />
transeendentie in het persoon-zijn van de ander. En dan juist niet<br />
persoon in de be<strong>te</strong>kenis van het autonoom mees<strong>te</strong>r zijn van jezelf,<br />
maar waar de persoon zich toont in de contras<strong>te</strong>rvaring, in de<br />
kwetsbaarheid of daar, waar het bestaan dreigt <strong>te</strong> breken. Dat is ook<br />
de oerchris<strong>te</strong>lijke ervaring van het kruis.<br />
We hebben hierboven de gedach<strong>te</strong> besproken dat de<br />
persoonachtige God een product is van beeldvorming, van de<br />
imaginatio, en dat de imaginatio de openheid voor het andere dreigt<br />
af <strong>te</strong> slui<strong>te</strong>n. Nu zien we hoe de ervaring van transeendentie op een<br />
bepaalde manier ook gerela<strong>te</strong>erd kan zijn aan de ander als persoon,<br />
waarvan een appèl tot erkenning en respect uitgaat. In de ander, de<br />
behoeftige, 'iemand' zien is in plaats van hem onder <strong>te</strong> brengen in<br />
een algemene zakelijke ca<strong>te</strong>gorie ('een geval van... ') is niet een<br />
product van de imaginatio maar eerder wat we met De Dijn kunnen<br />
noemen een 'symbolische karak<strong>te</strong>risering'. In de volgende paragraaf<br />
gaan we nader in op de symbolische opvatting van persoon. De ti<strong>te</strong>l<br />
van persoon bekleedt ieder menselijk individu met een waardigheid<br />
die erkenning eist binnen een ethische houding van zorg en respect,<br />
zonder dat we evenwel deze aanspraak kunnen begrijpen als<br />
gewor<strong>te</strong>ld in de zijnswijze van het individu. Daarmee dreigt het<br />
symbolisch be<strong>te</strong>keniskader van de ethische praktijk iets<br />
onherleidbaars <strong>te</strong> worden, iets dat het karak<strong>te</strong>r heeft van een<br />
ui<strong>te</strong>indelijk contingen<strong>te</strong> praktijk.<br />
3. De Dijn over persoon als symbolische karak<strong>te</strong>risering<br />
In zijn beschouwing 'De kern van de ethiek,7 s<strong>te</strong>lt Herman De Dijn<br />
de vraag aan de orde hoe het respect voor de menselijke waardigheid<br />
of voor de mens als persoon precies begrepen moet worden.<br />
'Persoon' wordt hier gebruikt in de be<strong>te</strong>kenis van de morele ti<strong>te</strong>l van<br />
de mens waarin een aanspraak op respect beslo<strong>te</strong>n ligt. De Dijn gaat<br />
niet rechtstreeks in op de vraag naar wat een mens tot persoon<br />
maakt. Hij richt zich op de vraag naar de waardigheid van elke mens;<br />
de specifieke gevoeligheid voor deze waardigheid beschouwt hij als<br />
de 'kern' van de ethiek, waar het eigenlijk in de ethiek om draait. De<br />
7 Opgenomen als hoofdstuk 2 in: Taboes, mons<strong>te</strong>rs en lo<strong>te</strong>rijen. Ethiek in de<br />
laat-moderne tijd, KapellenIKampen 2003.