S - Nederlandse Vereniging voor Klinische Neurofysiologie
S - Nederlandse Vereniging voor Klinische Neurofysiologie
S - Nederlandse Vereniging voor Klinische Neurofysiologie
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
38 GeaDrost enJanneke Horn<br />
De incidentie van ICU-AW is hoog, in verschillende groepen wordt een incidentie van 70-100%<br />
beschreven. De zwakte van de patiënt leidt over het algemeen tot een langere beademingsduur<br />
en dus een langer IC verblijf. Verder is in deze groep de kans op Diepe Veneuze Thrombose<br />
(DVT) en pneumonie hoger, wat leidt tot een hogere mortaliteit (30-50%). Ook betekent het <strong>voor</strong><br />
de patiënt een langdurig revalidatie traject, waarbij een groot deel van de patiënten blijvende<br />
restverschijnselen overhoudt.<br />
5.2.4.2 Het klinische beeld van de patiënt met ICU-AW<br />
• Patiënt iswakker en alert<br />
• Tetraparese / paralyse<br />
• Zwakte ademhalingsspieren, waardoor langdurig ontwenningsproces van beademing<br />
• Musculatuur gelaat over het algemeen intact<br />
• Sensibiliteit slechts licht gestoord<br />
• Verminderde gnostische sensibiliteit distaal<br />
• Reflexen verlaagd ofnormaal<br />
5.2.4.3 Elektrofysiologisch onderzoek van patiënten met ICU-AW<br />
Er is discussie of elektrofysiologisch onderzoek van IC patiënten met zwakte noodzakelijk is. In<br />
de praktijk wordt bij een dergelijke patiënt afgewacht en wordt pas aanvullend onderzoek ingezet<br />
als het beloop afwijkend is en er dus twijfel is over de diagnose. Afwijkingen op het EMG<br />
ontstaan vroeg in het beloop van de IC opname bij patiënten met sepsis. In 2009 publiceerde een<br />
Amerikaanse groep resultaten van vroege uitgebreide fysiotherapie in de zin van bewegingstherapie,<br />
mobiliseren uit bed, in een vroeg stadium tracheostoma geven en starten met ontwennen<br />
vandebeademing.Ditlijkthetherstelvandezwaktetebespoedigen,maardegroeppatiëntenin<br />
deze studie was klein. Deze resultaten zouden er toe kunnen leiden dat meer EMGs vroeg in het<br />
beloop van de ICU opname noodzakelijk worden om patiënten te identificeren die baat hebben<br />
van vroege uitgebreide fysiotherapie. Het EMG om de diagnose ICU-AW te stellen omvat het<br />
normale polyneuropathie protocol met daarbij extra naaldmyografisch onderzoek van de proximale<br />
musculatuur. Als sprake is van een <strong>voor</strong>namelijk motore axonale neuropathie past dit bij<br />
een critical illness neuropathie. Door naaldmyografisch onderzoek van de proximale musculatuur<br />
van armen en benen te verrichten kan beoordeeld worden in hoeverre er ook sprake is van<br />
een critical illness myopathie. Doordat patiënten soms niet in staat zijn om op verzoek hun spieren<br />
aan te spannen, kan het beoordelen van motor unit potentialen soms moeilijk of onmogelijk<br />
zijn. Om het onderscheid te maken tussen een myopathie en een neuropathie kan ook gebruik<br />
gemaakt worden van directe spierstimulatie. Deze techniek zal nader toegelicht worden tijdens<br />
de workshop.<br />
5.2.5 (L)Spiermassaverlies<br />
Spiermassa verlies kan optreden bij, inactiviteit, cachexie en bij rhabdomyolyse.