26.09.2013 Views

S - Nederlandse Vereniging voor Klinische Neurofysiologie

S - Nederlandse Vereniging voor Klinische Neurofysiologie

S - Nederlandse Vereniging voor Klinische Neurofysiologie

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

78 MachielZwarts<br />

kes”. Men kan ook de patiënt er van tevoren op wijzen dat als het erg pijnlijk wordt de naald<br />

verplaatst kan worden. Kleine verplaatsingen van de naald zijn minder pijnlijk dan grote (19).<br />

Voordepatiëntiseengevoelvancontroleoverhetonderzoekbelangrijkenverbetertmogelijkde<br />

pijnbeleving.<br />

9.4.3 Welke spieren?<br />

Het “prikschema” is uiteraard afhankelijk van de vraagstelling en dient ook een afweging te zijn<br />

tussenhetdiagnostischbelangendebelasting<strong>voor</strong>depatiënt.Gaandeweghetonderzoekkanhet<br />

opgrondvannieuwedifferentiaaldiagnostischeoverwegingennodigzijnhetplanaantepassen.<br />

Bij de vraagstelling ALS, zal met name het vinden van neurogene veranderingen in klinisch niet<br />

aangedane spieren van belang zijn. Bij myopathieën is het van belang zich te realiseren dat de<br />

distributie van de aandoening zeer variabel kan zijn. Ook is het belangrijk zeer proximale spieren<br />

zoals de m. gluteus en paravertebraal te onderzoeken. Bij een “dying back” polyneuropathie<br />

(bij<strong>voor</strong>beeldmeteenmetaboleoorzaak)isdetibialisanteriornieteenechtdistalespier,menkan<br />

beter de m. extensor hallucis longus en/of eventueel een intrinsieke voetspier zoals de m. interosseusdorsalispedisonderzoeken.Bijdevraagstellingradiculopathieishetvanbelangdegrote<br />

overlap tussen de myotomen te kennen, dit geldt met name <strong>voor</strong> de proximaal liggende spieren.<br />

Lokalisatie op basis van het spierbeeld bij een radiculopathie betekent een normaal spierbeeld in<br />

de spieren geïnnerveerd door boven- en onderliggende wortels en het meedoen van proximale<br />

spieren (zoals de paravertebrale musculatuur) op de hoogte van het betreffende segment.<br />

9.4.4 Kinderen<br />

Het naald EMG onderzoek bij kinderen is verreweg het moeilijkst onderdeel van het klinisch<br />

naald EMG. De interactie met de ouders en het kind en het winnen van hun vertrouwen is zeer<br />

belangrijk. Bij babys is het vrijwillig aanspannen uiteraard onmogelijk. Men kan het beste het<br />

aanspanningsbeeld beoordelen in de m. tibialis anterior en/of de m. iliopsoas waarbij men met<br />

lichte prikkels onder de voet de terugtrekreflex (of “triple response”) gebruikt om gedoseerde<br />

MUAPactiviteitindeonderzochtespierenoptewekken.Rustactiviteitkanmeninhetalgemeen<br />

beterbeoordelenindeextensorspierenvandebenen(bv.tricepssuraeofquadriceps).Belangrijk<br />

is dat de normaalwaarden van MUAPs leeftijdsafhankelijk zijn. Verder is het aantal eindplaten<br />

in deze kleine spieren gelijk aan die van volwassenen (het aantal spiervezels is namelijk al op<br />

volwassen niveau) zodat men zeer vaak eindplaatactiviteit tegenkomt. Op de kleuterleeftijd is<br />

het naald EMG vaak maar zeer beperkt mogelijk. Op de lagereschool leeftijd en ouder lukt het<br />

EMG meestal redelijk. Het bewust laten meekijken van het kind met de spieractiviteit op de “tv”<br />

(dat wil zeggen het beeldscherm) werkt soms goed. Men kan het kind dan aansporen door veel<br />

“herrie” telaten maken met de spier.<br />

9.4.5 Valkuilen<br />

Indien men een onverwachte bevinding doet, of een signaal meet dat er merkwaardig uitziet,<br />

dient men zich er eerst van te overtuigen dat er geen technisch probleem bestaat. Er kan iets mis

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!