10.07.2015 Views

Untitled

Untitled

Untitled

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

IIIBOEKVIHoofdft.m C. G.Jaar 363.tot 476.Ml K E R K E L I J K Efchriften van VIGILANTIUS, tegen wien hij nog eeneoude vete had, gelijk wij gezien hebben, ten eindedezelve opzettelijk te wederleggen. Dezelve in hetjaar 406 ontvangen hebbende, ftelde hij, in éénennacht, een gefchrift ter wederlegging op, waaromhij ook van deze beide Ouderlingen verzocht was (*),en hetwelk niet min hevig en vol fchelden en fchimpenis, dan de bovengemelde Brief. In de eerfteplaats wederlegt hij daar in 'smans gevoelen overhet huwlijk der geestlijkheid, maar breedvoerigerzijne ftelling over de verëering der Martelaren enderzelver Overblijfzelen , alwaar hij wederom ontkent, dat de Christenen dezelve aanbidden. Ookzegt hij , dat VIGILANTIUS lastert, wanneer hijzegt, dat zij waschkaarsfen aanjleken op klaaren dagvoor de Martelaren. Zonder eenige betrekking totde Overblijfzelen derzelven, zegt hij , worden inille Oosterfche Gemeenten, wanneer het Euangelieïal voorgelezen worden, bij zonnefchijn, lichtenopgeftoken;niet om de duifternis te verdrijven, maartot kenmerken van vreugde, ó Monfter! roept HÏE-RONYMUS uit, dat naa het uiterfte einde der aardebehoorde gebannen te worden ! gij fpot met deOverblijfzelen der Martelaren, en lastert de Gemeendevan CHRISTUS ! Daar na verdedigt HiëRONYMusien Godsdienst bij nacht, en wordt vuurig, als hijkomt tot het verdedigen der wonderwerken, die inIe Kerken der Martelaren zullen gebeuren. Dat VI­GILANTIUS een vijand van het vasten was, verklaart(*) Libr. adv. Vigilant. I. c. pag. 280.Hië-

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!