Nieuwsbrief
StAB Jurisprudentietijdschrift 2003, 2
StAB Jurisprudentietijdschrift 2003, 2
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
84<br />
Ruimtelijke ordening<br />
Ingevolge artikel 21, eerste lid, van de WRO, voorzover<br />
hier van belang, kan de gemeenteraad verklaren dat<br />
een bestemmingsplan wordt voorbereid (voorbereidingsbesluit).<br />
Ingevolge het derde lid van dit artikel kunnen bij<br />
een voorbereidingsbesluit voorschriften als bedoeld in<br />
artikel 14 worden gegeven voorzover zulks noodzakelijk<br />
is om te voorkomen, dat een terrein minder geschikt<br />
wordt voor de verwerkelijking van een daaraan<br />
bij het plan te geven bestemming.<br />
Blijkens de gedingstukken en het verhandelde ter zitting<br />
richten de bezwaren van eiseres zich niet tegen<br />
het voorbereidingsbesluit als zodanig, maar uitsluitend<br />
tegen de voorschriften die door verweerder 2 ingevolge<br />
artikel 21, derde lid, van de WRO bij het besluit van<br />
27 juni 2000 zijn vastgesteld.<br />
Gelet op de inhoud van deze voorschriften is de rechtbank<br />
van oordeel dat deze een zelfstandige normstelling<br />
inhouden en zich lenen voor herhaalde toepassing.<br />
Derhalve dienen deze voorschriften te worden aangemerkt<br />
als algemeen verbindende voorschriften.<br />
Dit zou anders kunnen zijn indien het besluit van 27<br />
juni 2000 zich richt tot slechts één of enkele belanghebbenden.<br />
De rechtbank is van oordeel dat zulks niet<br />
het geval is en overweegt daartoe het volgende.<br />
Gesteld noch gebleken is dat eiseres de gronden waarop<br />
die wegen gelegen zijn in eigendom heeft verworven<br />
of zal verwerven en zulks is ook niet aannemelijk.<br />
Gelet op een en ander kan niet gezegd worden dat<br />
het besluit van 27 juni 2000 zich richt tot slechts één<br />
of enkele belanghebbenden, zodat er geen reden is om<br />
de voorschriften ex artikel 21, derde lid, van de WRO<br />
niet aan te merken als algemeen verbindende voorschriften.<br />
Ingevolge artikel 8:2, aanhef en onder a, in samenhang<br />
met artikel 7:2, eerste lid, van de Awb kan geen<br />
bezwaar worden gemaakt tegen een besluit, inhoudende<br />
een algemeen verbindend voorschrift. Verweerder<br />
had het bezwaar tegen het besluit van 27 juni 2000,<br />
welk bezwaar slechts was gericht tegen de voorschriften<br />
ex artikel 21, derde lid, van de WRO, derhalve<br />
niet-ontvankelijk moeten verklaren.<br />
Het beroep tegen besluit 2 is gegrond en besluit 2<br />
komt voor vernietiging in aanmerking. De rechtbank<br />
ziet aanleiding om zelf in de zaak te voorzien door het<br />
bezwaar tegen het besluit van 27 juni 2000 alsnog<br />
niet-ontvankelijk te verklaren.<br />
Uit de bij het besluit van 27 juni 2000 behorende<br />
kaart blijkt dat dit besluit betrekking heeft op een gebied<br />
met een lengte van ongeveer 6 kilometer en een<br />
breedte variërend van 0,4 kilometer tot 1,3 kilometer,<br />
bestaande uit tientallen kadastrale percelen. Binnen<br />
dit gebied zijn delen van de snelwegen A15 en A52 en<br />
andere wegen gelegen. De vertegenwoordiger van verweerder<br />
2 heeft ter zitting gesteld dat ten tijde van het<br />
besluit van 27 juni 2000 lang niet alle gronden voor<br />
de aanleg van de Betuweroute in bezit van eiseres<br />
waren. De vertegenwoordiger (...) heeft namens eiseres<br />
gesteld dat op dat moment al een behoorlijk deel<br />
van de gronden in het bezit van eiseres was. Wat er<br />
ook zij van dit verschil van inzicht tussen partijen, het<br />
is voldoende duidelijk geworden dat ten tijde van het<br />
besluit van 27 juni 2000 in ieder geval een substantieel<br />
deel van de gronden nog niet in het bezit van eiseres<br />
was. Bovendien zijn binnen het gebied waarop het<br />
besluit van 27 juni 2000 betrekking heeft delen van<br />
de snelwegen A15 en A52 en andere wegen gelegen.<br />
NIEUWSBRIEF StAB 2 / 2003