CRBC-114551_Pages 1 et 2 DEEL2.indd - weblex.irisnet.be ...

A-239/4 – 2011/2012 — 111 —A-239/4 – 2011/2012gehuisvest in ambassades ? Indien ja, moet er dan huur betaaldworden aan de federale Staat ?Als antwoord op de vragen die hem gesteld zijn begint deminister met een rechtzetting bij het cijfer van 100.000 arbeidsplaatsenin de buitenlandse handel zoals gezegd doormevrouw Bouarfa. Dat cijfer is het cijfer van de Brusselsearbeidsplaatsen in de handel en niet in de buitenlandse handel.De minister kan niet exact zeggen om hoeveel arbeidsplaatsende buitenlandse handel oplevert. Hij heeft daargeen statistieken over.De terugkeer van de attachés naar Brussel wordt een belangrijkmoment. Het is belangrijk voor hun permanenteopleiding en voor het netwerken. De leden van de commissievoor de Economische Zaken zullen natuurlijk op dehoogte gehouden worden van deze vergadering, net zoalsze daar in 2010 op uitgenodigd waren. Er is niet alleen dezegrote vergadering, de attachés komen terug naar hun Brusselsebasis om de bedrijven te ontmoeten.Een steeds groter aantal Brusselse bedrijven dragen financieelbij tot de zendingen die het Gewest in het buitenlandorganiseert. De minister is daar fier op en vindt dateen duidelijke indicator. Het blijft evenwel delicaat omdergelijke zendingen te evalueren omdat de resultaten nietonmiddellijk zichtbaar zijn. Toch zijn er enkele tastbareresultaten. Zo is er de opdracht naar China : vier Chinesebedrijven zullen zich vestigen in de Brusselse incubatorenen het Gewest heeft in China zijn kandidaatstelling verdedigdvoor de organisatie van de beurs « High tech fair ».De ter plaatse ondertekende contracten zijn overigens eenander voorbeeld, ook al worden die vaak maanden vóór deeconomische zending besproken.De minister zal als bijlage bij het verslag het actieplanvoor de buitenlandse handel en de 85 acties met sectoraleverdeling voegen (Bijlagen 13.2 en 13.3). De keuze van deacties en de landen wordt niet door de minister gedaan. Departners helpen mee om de initiatieven te kiezen naargelangde behoeften van de bedrijven om te exporteren naardeze of gene regio in de wereld. Meer dan 1.000 bedrijvennemen deel aan de acties, wat het grote succes bewijst. Eenjaarlijkse enquête over de tevredenheid wordt voortaan uitgevoerdbij de deelnemers aan die zendingen.Verschillende parlementsleden hebben eraan herinnerddat de statistieken van de Nationale Bank van België nietkloppen voor het Brussels Gewest. Nadat het Gewest jarenaan een stuk gepleit heeft voor de integratie van de dienstenin de statistieken heeft de Nationale Bank een haalbaarheidsstudiedaarover besteld die in 2012 beëindigdzou moeten worden. De minister meent dat, als de exportvan diensten opgenomen wordt in de statistieken van deBelgische export, het Brussels Gewest ongeveer 25 % vande totale omzet zou vertegenwoordigen. Het is natuurlijkgemakkelijker om het exporteren van een goed te comptabiliserendan het exporteren van een dienst.parfois hébergés dans des ambassades ? Si tel est le cas, ya-t-il un loyer à payer à l’État fédéral ?En réponse aux questions qui lui ont été adressées, leMinistre commence par apporter un rectificatif au chiffrede 100.000 emplois dans le commerce extérieur, cité parMme Bouarfa. Ce chiffre est celui des emploi bruxelloisdans le commerce, et pas dans le commerce extérieur. LeMinistre ne peut cerner avec précision le nombre d’emploisinduits par la politique du commerce extérieur; il ne disposepas de statistiques à ce sujet.Le retour des attachés à Bruxelles sera un moment important.Il est fondamental pour leur formation permanenteet pour le travail en réseau. Les membres de la commissiondes Affaires économiques seront bien entendu tenusau courant de cette réunion, comme ils y ont été invités en2010. Au-delà de ce retour groupé tous les 18 à 24 mois,les attachés reviennent individuellement à leur base bruxelloisepour y rencontrer les entreprises.Un nombre toujours plus important d’entreprises bruxelloisesparticipent, à leurs frais, aux missions organisées parla Région à l’étranger. Le Ministre en est fier et considèreque c’est un indicateur qui ne trompe pas. Il reste néanmoinsdifficile d’évaluer de telles missions, car les résultatsn’en sont pas immédiats. On peut cependant citer quelquesrésultats tangibles. Par exemple, à la suite de la missionmenée en Chine, quatre entreprises chinoises s’installerontdans des incubateurs bruxellois et la Région a défendu enChine sa candidature à l’organisation de la foire « Hightech fair ». Par ailleurs, les contrats signés sur place sont unautre exemple, même s’ils sont souvent négociés des moisavant la mission économique.Le Ministre joindra en annexe au rapport le plan d’actionsdu commerce extérieur et ses 85 actions, avec leurrépartition sectorielle (Annexes 13.2 et 13.3). Le choix desactions et des pays ne dépend pas du Ministre; ce sont lespartenaires qui contribuent au choix des actions en fonctiondes besoins des entreprises d’exporter dans telle ou tellerégion du monde. Plus de 1.000 entreprises participent auxactions, ce qui est une preuve de grand succès. Une enquêteannuelle de satisfaction est désormais effectuée auprès desparticipants aux missions.Plusieurs parlementaires l’ont rappelé : les statistiquesde la Banque nationale de Belgique sont tronquées pour laRégion bruxelloise. Après que la Région a plaidé durant desannées pour la prise en considération des services dans cesstatistiques, la Banque nationale a commandé une étude defaisabilité à ce sujet, qui devrait être terminée en 2012. LeMinistre estime que si les exportations de services étaientincluses dans les statistiques d’exportation belges, la Régionbruxelloise représenterait environ 25 % du total. Il estvrai qu’il est plus facile de comptabiliser l’exportation d’unbien que celle d’un service.