CRBC-114551_Pages 1 et 2 DEEL2.indd - weblex.irisnet.be ...

A-239/4 – 2011/2012 — 85 —A-239/4 – 2011/2012den; hij zegt echter niets over de concrete maatregelen diehij zal nemen om de horeca en de sector van mode en designbijvoorbeeld te helpen. Hij moet in het bijzonder zijninspanningen richten op de heropleving van de handel inhet stadscentrum en in het hoger gelegen gedeelte van destad. Een groot terrein langs de Guldenvlieslaan ligt al jarenbraak. Hoe staat het met het project voor de overdekkingvan de kokers aan de Louizalaan en de Naamsepoort ?Heeft de minister enquêtes laten uitvoeren bij de lokalehandelaars over het project.sures concrètes qu’il prendra pour aider le secteur de l’horecaet celui de la mode et du design par exemple. Il doitporter en particulier ses efforts sur la redynamisation ducommerce du centre ville et celui du haut de la ville. Unvaste terrain sur l’avenue de la Toison d’Or est en frichedepuis plusieurs années. Où en est le projet de couverturedes trémies de l’avenue Louise et de la porte de Namur ? LeMinistre a-t-il procédé à des enquêtes auprès des commerçantslocaux sur ce projet ?In verband met de bedrijvencentra en de lokale-economieloketten,vraagt mevrouw Rousseaux hoeveel jobsgecreëerd zijn in de acht bedrijvencentra ? 348 bedrijvenhebben er een plaats gevonden; hoeveel ervan zijn nieuw ?Met andere woorden, wat is het rotatiepercentage van diebedrijven (Bijlage 12.1) ? Wat is de efficiëntiegraad van devijf loketten ?Mevrouw Marion Lemesre wil nog iets zeggen over devrijzones. In Frankrijk heeft een soortgelijke regeling zeerdiverse resultaten opgeleverd naargelang de plaatsen. Deminister zal daarvoor 180.000 euro uittrekken. Dat is goedvoor een budget voor een studie om een plaatsbeschrijvingte maken. Men kan begrijpen dat de minister vaag blijftover zijn plannen. Mevrouw Lemesre wil echter weten omwelke zones het gaat; men moet zich in ieder geval niet beperkentot de zones die reeds veel overheidssteun krijgen.Net zoals mevrouw Rousseaux, vraagt mevrouw Lemesreaan de minister om niet voortdurend met nieuwe benamingenuit te pakken. Zij onderstreept ook de noodzaakom iets te doen aan de lanen van het stadscentrum die zeerslecht onderhouden zijn. Men kan misschien het conceptvan vrijzones koppelen aan dat van handelskernen.Mevrouw Caroline Désir wenst eerst te benadrukkendat de minister een dynamisch economisch beleid voert.Dat is belangrijk want men merkt dat de economische crisisnog volop woedt en dat het uiterst noodzakelijk is omde bedrijven te blijven steunen. De gewestelijke middelenmoeten absoluut aangewend worden om werkgelegenheidin Brussel te scheppen, ten gunste van de Brusselaars. Datmoet de rode draad van het economisch beleid zijn. In dieoptiek kan men enkel goedkeuren dat de activiteiten vanhet Waarborgfonds worden uitgebreid en dat directe steunwordt verleend aan de bedrijven, via de steun voor economischeexpansie.In tegenstelling tot wat mevrouw Rousseaux gelooft,wordt de steun aan de economische expansie niet verlaagdmaar blijft die constant en bevindt die zich op een redelijkerniveau dan in de begroting 2011. Het blijft moeilijkom de begroting van die steun, die vervat is in weinig leesbarebegrotingslijnen met grote uitstaande bedragen, op tesplitsen. Kan de minister een beschrijvende tabel van diesteunmaatregelen bezorgen (bijlage 12.2) ?En conclusion, au sujet des centres d’entreprises etdes guichets d’économie locale, Mme Rousseaux souhaitesavoir le nombre d’emplois que représente les huitcentres d’entreprises. Trois cent quarante-huit entreprisesy sont abritées; combien d’entre elles sont nouvelles ?Autrement dit, quel est le taux de rotation des entreprises(Annexe 12.1) ? Quel est le taux d’efficacité des cinq guichets?Mme Marion Lemesre glisse un mot sur les zones franches.En France, un dispositif similaire a livré des résultatsfort divers selon les endroits. Le Ministre y consacrera180.000 euros. Cela représente un budget d’étude, pourfaire l’état des lieux. On peut comprendre que le Ministrereste vague sur ses intentions. Mme Lemesre souhaiteraittoutefois savoir quelles seraient les zones visées; il importeen tous cas de ne pas se limiter à des zones qui regorgentdéjà d’aides publiques.Tout comme Mme Rousseaux, Mme Lemesre engage leministre à ne pas multiplier les nouvelles appellations. Ellesouligne également la nécessité d’intervenir sur les boulevardsdu centre ville, qui sont très dégradés. Pourrait-ondès lors lier le concept de zones franches à celui de noyauxcommerciaux ?Mme Caroline Désir tient d’abord à souligner le dynamismedont le ministre fait preuve en matière d’économie.C’est important, car on perçoit que la crise économique n’apas fini de faire sentir ses effets et qu’il est grandement nécessairede poursuivre le soutien aux entreprises. La mobilisationdes moyens financiers accordés par la Région doitabsolument servir à créer de l’emploi à Bruxelles et au profitdes Bruxellois. Cela doit être le fil rouge de la politiqueéconomique. Dans cette optique, on ne peut que se réjouirdu renforcement des activités annoncé du Fonds de garantieainsi que du soutien direct aux entreprises via les aides àl’expansion économique.Contrairement à ce que croit Mme Rousseaux, les aidesà l’expansion économique ne sont pas en diminution maiselles sont maintenues à un niveau plus raisonnable que dansle budget 2011. Il reste difficile d’établir la ventilation dubudget de ces aides, qui sont contenues dans des lignesbudgétaires peu lisibles et avec de gros encours. Le ministrepourrait-il fournir un tableau descriptif de ces aides(annexe 12.2) ?