EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMOCRATISCHE MENSBEELDbetrokkenheid op medemens en samenleving en mensen geven die verbanden doordie verantwoordelijkheid ook mede vorm.Religieuze en levensbeschouwelijke inzichten zijn daarbij ook in het politiekedomein van wezenlijk belang. We wezen in het inleidende hoofdstuk op een maniervan denken die niet alleen het economische terrein, maar langzaamaan ook het politieketerrein en andere terreinen van ons leven domineert, namelijk het instrumenteledenken (het denken van de bananenman uit Coetzees boek). Wat is, met het oogop een bepaald doel, de meest efficiënte manier om de middelen te gebruiken dieik tot mijn beschikking heb? De ‘substantiële rationaliteit’, de vraag naar duurzame<strong>waar</strong>den en zingeving, wordt zo niet alleen uit het economische domein verbannen,maar steeds meer ook uit andere domeinen van ons samenleven. Het lijkt voorindividuen steeds moeilijker om het dagelijks leven met zingeving te verbinden.Dat merkte Rico: niet alleen in onze werksfeer domineert de onzekerheid, de kortetermijn, de vluchtigheid, de flexibiliteit, maar ook daarbuiten, in onze vri<strong>je</strong> tijd, in derelationele sfeer, in het gezinsleven.Bij Rico zagen we hoe de <strong>waar</strong>den die hij wil cultiveren langzaamaan verstarren tottijdloze abstracties <strong>waar</strong>aan geen concessies gedaan mogen worden en die daaromsteeds moeilijker in de praktijk te brengen zijn. Wat we niet mogen missen zijn ‘subtieleretalen’ om de dynamische verbinding te leggen tussen de sociaaleconomischeen politieke werkelijkheid <strong>waar</strong>in we leven en levensbeschouwelijke inzichten die,als we in alle grenzeloosheid tegen onze grenzen op lopen, ons levent<strong>je</strong> ‘ontgrenzen’,dat wil zeggen in een groter geheel plaatsen, tegen een horizon van zin. Datis niet primair een leven <strong>waar</strong> we het meeste uit halen, maar een leven dat er toedoet.Dit zoeken naar subtielere talen, naar een ‘her-<strong>waar</strong>de-ring’ van ons levenen samenleven, raakt ook de politiek. De wisselwerking tussen maatschappelijkestructuren en moreel besef mag niet stokken. Natuurlijk, zowel bij de inschattingvan de problemen <strong>waar</strong> we voor staan als bij het zoeken naar een oplossing spelenlevensbeschouwelijke en morele inzichten altijd onherroepelijk een rol (dat blijvenwe herhalen tegenover elke liberaal die maar blijft hameren op het aambeeld van‘neutraliteit’ en ‘redelijkheid’). Maar ons pleidooi gaat verder. Een politiek die alleenprocedureel en bestuurlijk is, zoals het ‘paarse’ neoliberalisme van de jaren 90, blijftals een kapotte grammofoonplaat van vroeger hangen in een vertoog van rationaliteit,individuele autonomie en beheersing en blokkeert zo de mogelijkheden totvernieuwing van onze democratische rechtsstaat.We heb<strong>ben</strong> ons speciaal gericht op het mensbeeld. Niet alleen omdat veel politiekebesluitvorming voor een belangrijk deel tot achterliggende mensbeelden te herleidenis (denk bijvoorbeeld aan de voorbeelden over onderwijs en gezondheidszorgdie we in de loop van de hoofdstukken heb<strong>ben</strong> genoemd), maar ook omdat, zoalswe in hoofdstuk 1 meteen al zeiden, de christendemocratie principieel bij de mens99
MENS, WAAR BEN JE?en zijn levensvervulling begint. In onderscheid met een liberaal individualisme legtde christendemocratie er de nodige nadruk op dat mensen geen losstaande individuenzijn, maar wezens die wezenlijk zijn ingeweven in verbanden. Dat betekentook dat mensen altijd gecommitteerd zijn. Karl Marx had in dat opzicht gelijk: wiede mens wil kennen, moet (ook) naar z’n omstandigheden kijken. Maar hoewel deomstandigheden mede de mens maken, zijn we er niet door vervolgens te stellendat we de omstandigheden dan maar menselijk moeten maken. De weg naar eenmens<strong>waar</strong>dige samenleving begint voor een niet onbelangrijk deel bij de mens zelf.De genoemde omstandigheden zijn behalve een gegeven ook een opdracht: het gaaterom die verantwoord op ons te nemen. In die accentuering van de verantwoordelijkheiden het antideterminisme dat daarmee gemoeid is, verschilt de christendemocratievan oudsher van socialisme en sociaaldemocratie.Voor alle duidelijkheid: het was niet onze ambitie om het Bijbelse en christelijkemensbeeld volledig te omschrijven (de zeer terechte, maar toch wat obligateopmerking die hier dan altijd bij gemaakt moet worden is dat ‘het’ Bijbelse enchristelijke mensbeeld natuurlijk helemaal niet bestaat). Het was ook niet onzebedoeling om een partituur te schrijven <strong>waar</strong>in alle christendemocratische stemmen(ook de dissonanten) naar voren komen (laat staan een solopartij vertolken). Onsuitgangspunt was een peiling naar het christendemocratische mensbeeld in relatietot moderne vraagstukken en vanuit de dilemma’s die deze oproepen. Ter afsluitingvan dit rapport is het goed om de mensbeeldtrekken die hierin naar voren kwamennog eens expliciet op een rij te zetten.De mens als geroepen wezenTen eerste zijn mensen geroepen wezens. We hadden ook kunnen schrijven: ‘open’,‘transcenderende’, ‘metafysische’ of ‘religieuze’ wezens. Dan wordt duidelijk dat dieroeping niet slechts een morele plicht is. Het gaat al met al dieper: het gaat om eenfundamenteel beroep op ons; een beroep dat ons hele bestaan raakt. Wij mensenzijn antwoordende wezens. Dat wil zeggen: gekenmerkt door een verlangen om teantwoorden op een appèl dat ons eigen ego overstijgt. De term religieus (‘ongeneeslijkreligieus’ zeggen sommigen zelfs 140 )is in dit verband echter discutabel. Watwordt er precies mee bedoeld? Wie het De mens wordt gekenmerkt door eente smal invult (het aanhangen van een verlangen om te antwoorden op eengeïnstitutionaliseerde religie) suggereert appèl dat ons eigen ego overstijgtvervolgens, misschien onbedoeld, dat hetseculiere deel van de mensheid transcendenteervaringen ontbeert (of, erger nog, dat a- of antireligieuzen niet voluit mensenzijn). Wie het te breed opvat, zorgt voor erosie van de inhoudelijke betekenis van hetbegrip ‘religieus’. Dat wordt dan een containerbegrip voor al het ‘hogere’ <strong>waar</strong> men-140 | In de Nederlandse discussie is dit met name door Harry Kuitert naar voren gebracht (ziebijv. H.M. Kuitert, Het algemeen betwijfeld christelijk geloof, Baarn 1992, p.86).100
- Page 1 and 2:
MENS, WAAR BEN JE?EEN VERKENNING VA
- Page 3 and 4:
Publicatie van het Wetenschappelijk
- Page 6 and 7:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 8:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 11 and 12:
MENS, WAAR BEN JE?De Amerikaanse so
- Page 13 and 14:
MENS, WAAR BEN JE?zit een sterk ver
- Page 15 and 16:
MENS, WAAR BEN JE?Daar ligt het bel
- Page 17 and 18:
MENS, WAAR BEN JE?Verdelingsvraagst
- Page 19 and 20:
MENS, WAAR BEN JE?op de elementaire
- Page 22 and 23:
2Ideaal en praktijk
- Page 24 and 25:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 26 and 27:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 28 and 29:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 30 and 31:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 32 and 33:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 34 and 35:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 36 and 37:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 40 and 41:
3Beeld van God
- Page 42 and 43:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 44 and 45:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 46 and 47:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 48 and 49:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 50 and 51: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 52 and 53: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 54 and 55: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 56 and 57: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 58: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 61 and 62: MENS, WAAR BEN JE?Gelijke monniken,
- Page 63 and 64: MENS, WAAR BEN JE?Minimale en maxim
- Page 65 and 66: MENS, WAAR BEN JE?Gelijk aan wie?Om
- Page 67 and 68: MENS, WAAR BEN JE?Waardigheid ligt
- Page 69 and 70: MENS, WAAR BEN JE?hierboven beschre
- Page 71 and 72: MENS, WAAR BEN JE?beide en het heef
- Page 73 and 74: MENS, WAAR BEN JE?tweede betekent r
- Page 75 and 76: MENS, WAAR BEN JE?de werkers die te
- Page 78 and 79: 5Vrijheid
- Page 80 and 81: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 82 and 83: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 84 and 85: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 86 and 87: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 88 and 89: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 90 and 91: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 92 and 93: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 94 and 95: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 98 and 99: 6Samenvatting envooruitblik
- Page 102 and 103: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 104 and 105: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 106 and 107: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 108 and 109: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 110 and 111: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 112 and 113: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 114 and 115: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 116 and 117: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 118 and 119: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 120 and 121: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 122: Een belangrijk inzicht in de christ