EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMOCRATISCHE MENSBEELDde instrumentele rede. 9 We moeten, om met Charles Taylor te spreken, op zoek naar‘subtielere talen’ om zulke zinperspectieven ter sprake te brengen. 10Tweede constateringWe kunnen daar meteen een tweede constatering aan vastknopen: dit is niet alleeneen individueel probleem, dat mensen zelf kunnen en moeten oplossen, maar ookeen maatschappelijk en een politiek probleem.Om met het eerste te beginnen: de kwaliteit van een samenleving is afhankelijkvan de wijze <strong>waar</strong>op mensen privé en maatschappelijk aanknopingspunten vindenvoor stabiliteit, voor een eigen lijn in hun leven, voor persoonlijke groei en uiteindelijkzingeving. De christendemocratie heeft in haar maatschappijvisie altijd sterk denadruk gelegd op het belang van het zogenaamde middenveld van maatschappelijkeinstituties en verbanden (de civil society). 11 Die instituties (als zorginstellingen,vakbonden, kerken en onderwijsinstellingen) vormden een bedding <strong>waar</strong>in mensentoegerust konden worden tot zorg en verantwoordelijkheid voor anderen en zichzelfen de ruimte kregen om zich tot ‘goede mensen’ te ontwikkelen.Die christendemocratische visie op de maatschappelijke ordening vloeide voortuit het mensbeeld. 12 <strong>Mens</strong>en zijn personen met een eigen naam, eigen talenten eneen eigen levensverhaal, die tegelijk niet los gezien kunnen worden van de socialeen maatschappelijke verbanden <strong>waar</strong>in ze leven. Als ik moet uitleggen wie ik <strong>ben</strong>,kan dat alleen door iets te vertellen over de omgeving en de relaties <strong>waar</strong>in ik<strong>ben</strong> opgegroeid en die <strong>waar</strong>in ik nu leef. Die relaties en verbanden zijn niet alleennoodzakelijke randvoor<strong>waar</strong>den voor mijn leven als individu. Veel <strong>waar</strong>den die goedmens-zijn bepalen, zoals liefde, vriendschap, compassie, verantwoordelijkheid ensolidariteit, zijn alleen in relatie met andere mensen te verwezenlijken.De mens is dus een sociaal wezen. Meer dan dat, hij is een ‘maatschappelijk’wezen. Niet uit bittere noodzaak (bijvoorbeeld omdat we nu eenmaal niet alles zelfkunnen doen en dus een zekere mate van arbeidsverdeling nodig heb<strong>ben</strong>), maaromdat het verwezenlijken van maat schappelijke <strong>waar</strong>den als rechtvaardigheid, solidariteiten verantwoordelijkheid wezenlijk bij ons mens-zijn hoort. 13 <strong>Mens</strong>en komentot hun bestemming in een gemeenschap, in het beroep dat er op hen gedaanwordt, in de uitdaging en uitnodiging om hun talenten maatschappelijk in te zetten.Maat schappelijke betrokkenheid draagt bij aan een zinvol bestaan.9 | Vgl. Harry Kunneman, Voorbij het dikke-ik: bouwstenen voor een kritisch humanisme,Amsterdam 2005, p.25.10 | Charles Taylor, Sources of the self: the making of the modern identity, Cambridge, Mass.1989, pp.391-493; Charles Taylor, The ethics of authenticity, Cambridge, 1991, p.81v.Charles Taylor, A secular Age, Cambridge 2007.11 | Zie ook. Wetenschappelijk Instituut voor het <strong>CDA</strong>, Op zoek naar de kracht van de samenleving,Den Haag 2011, pp.26-30.12 | Zie bijv. H.E.S. Woldring, Politieke filosofie van de christen-democratie, Budel 2003, m.n.V en VI.13 | Zie bijv. Oswald von Nell-Breuning, Gerechtigkeit und Freiheit: Grundzüge katholischerSoziallehre, Wenen 1980, pp.13-40.13
MENS, WAAR BEN JE?Daar ligt het belang van maatschappelijke verbanden en instituties. Die biedenmensen bovenindividuele aanknopingspunten, om verantwoordelijkheid te dragenen langs die weg moreel, geestelijk en emotioneel te groeien, volwassen te wordenen tot hun bestemming te komen. Zij dagen uit tot morele keuzes, tot een bestaandat er toe doet. Door sociale verbanden krijgen mensen daarom ook grip op de werkelijkheid.Ze geven vertrouwen in de samenleving en in een duurzaam bestaan.De instituties van de twintigsteeeuwse‘verzuilde’ samenleving – school,Onze persoonlijke en ook onze ‘socialekerk, politieke partij, vakbond, verenigingsleven– boden ruimte om aan de identiteit wordt minder bepaald doormaatschappelijke betrokkenheid invulling vanzelfsprekende sociale verbandente geven. Idealen voor een betere samenlevingwerden gevoed en kregen concreetvorm. Het sociale leven speelde zich welis<strong>waar</strong> voor een groot deel af binnen degrenzen van de eigen zuil (een gereformeerde voelde zich vooral verantwoordelijkvoor de gereformeerde kerk, de gereformeerde school, de gereformeerde bakker enslager, enzovoort), maar het perspectief was uiteindelijk wel verantwoordelijkheidvoor de hele samenleving (zo niet de hele wereld). Binnen de zuilen waren mensen,for better and for worse, op elkaar betrokken, kregen erkenning en werden op hunverantwoordelijkheid aangesproken.De tijden zijn veranderd. Onze persoonlijke en ook onze ‘sociale identiteit’wordt minder bepaald door vanzelfsprekende sociale verbanden (de buurt, de kerkof de baan voor het leven). 14 Participatie aan het maatschappelijk leven is sterkerafhankelijk geworden van onze persoonlijke kennis, kwaliteiten en omstandigheden.Het is belangrijk dat instituties daar oog voor heb<strong>ben</strong> en mensen op een eigentijdsemanier ondersteunen. Grote maatschappelijke instituties als de sociale zekerheid, degezondheidszorg, het onderwijs, het belastingstelsel, het landbouwbeleid, de organisatiestructuurvan grote ondernemingen en de arbeidsverhoudingen zijn vaak noggestoeld op de oude industrieel georganiseerde maatschappij. We heb<strong>ben</strong> inmiddelseen eeuw van emancipatie en welvaartsgroei achter de rug die een samenlevingheeft gecreëerd van grotendeels goed opgeleide, bewuste, zelfstandige bur gers,die meestal over voldoende middelen beschikken om hun leven naar eigen inzichtvorm te geven. ‘De werkelijkheid van de 21e eeuw’, stelt Herman Wijffels, ‘is die vaneen voltooide emancipatie, wat tot uitdrukking komt in een verhoogd niveau vanbewustzijn van de individualiteit. <strong>Mens</strong>en laten zich allereerst leiden door individuelevoorkeuren en nemen vanuit die oriëntatie deel aan groepsprocessen. De articulatievan die individuele voorkeur leidt tot diversiteit en pluriformiteit in behoeften.Dit staat haaks op de hang naar uniformiteit <strong>waar</strong> het klassieke, industriële modelzich door onderscheidt. Dit model <strong>waar</strong>in organisaties ‘top-down’ en van binnennaar buiten zijn georganiseerd, is in het verleden van groot nut gebleken maar is14 | Sociaal Cultureel Planbureau, Informele groepen. Verkenning van eigentijdse bronnenvan sociale cohesie, Den Haag 2011.14
- Page 1 and 2: MENS, WAAR BEN JE?EEN VERKENNING VA
- Page 3 and 4: Publicatie van het Wetenschappelijk
- Page 6 and 7: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 8: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 11 and 12: MENS, WAAR BEN JE?De Amerikaanse so
- Page 13: MENS, WAAR BEN JE?zit een sterk ver
- Page 17 and 18: MENS, WAAR BEN JE?Verdelingsvraagst
- Page 19 and 20: MENS, WAAR BEN JE?op de elementaire
- Page 22 and 23: 2Ideaal en praktijk
- Page 24 and 25: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 26 and 27: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 28 and 29: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 30 and 31: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 32 and 33: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 34 and 35: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 36 and 37: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 40 and 41: 3Beeld van God
- Page 42 and 43: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 44 and 45: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 46 and 47: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 48 and 49: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 50 and 51: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 52 and 53: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 54 and 55: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 56 and 57: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 58: EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 61 and 62: MENS, WAAR BEN JE?Gelijke monniken,
- Page 63 and 64: MENS, WAAR BEN JE?Minimale en maxim
- Page 65 and 66:
MENS, WAAR BEN JE?Gelijk aan wie?Om
- Page 67 and 68:
MENS, WAAR BEN JE?Waardigheid ligt
- Page 69 and 70:
MENS, WAAR BEN JE?hierboven beschre
- Page 71 and 72:
MENS, WAAR BEN JE?beide en het heef
- Page 73 and 74:
MENS, WAAR BEN JE?tweede betekent r
- Page 75 and 76:
MENS, WAAR BEN JE?de werkers die te
- Page 78 and 79:
5Vrijheid
- Page 80 and 81:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 82 and 83:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 84 and 85:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 86 and 87:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 88 and 89:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 90 and 91:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 92 and 93:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 94 and 95:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 98 and 99:
6Samenvatting envooruitblik
- Page 100 and 101:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 102 and 103:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 104 and 105:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 106 and 107:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 108 and 109:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 110 and 111:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 112 and 113:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 114 and 115:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 116 and 117:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 118 and 119:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 120 and 121:
EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMO
- Page 122:
Een belangrijk inzicht in de christ