11.07.2015 Views

Mens, waar ben je? - CDA

Mens, waar ben je? - CDA

Mens, waar ben je? - CDA

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

MENS, WAAR BEN JE?de werkers die ter elfde ure nog zijn opgeroepen op dezelfde manier gehonoreerdworden als de werkers van het eerste uur. Doekle Terpstra leest die parabel zo:Er wordt zo op het eerste oog onrecht gedaan. De werkers van het eerste uurheb<strong>ben</strong> in het zweet huns aanschijns moeten buffelen. De werkers van het elfdeuur ontvangen hun loon voor een veel kleinere inspanning. Je kunt de vraag stellen,en dat doet het Bijbelverhaal: wordt jou onrecht gedaan als ik mijn beloftenakom? Mijn belofte aan jou van het eerste uur én mijn belofte aan de andervan het elfde uur. Daar is sprake van een gelijkheidsbeginsel <strong>waar</strong> wij ons geenvoorstelling van kunnen maken, dat ook helemaal niet past binnen onze digitalemanier van denken. Maar kijk eens anders. Je kunt ook zeggen dat de werkersvan het eerste uur bevoorrecht zijn. Vanaf het begin is een beroep gedaan ophun talenten. Ze zijn niet alleen vanaf het begin af aan geroepen geweest, ze zijnvan het begin af aan betrokken, zij nemen deel. De mensen van het eerste en hetlaatste uur worden materieel gelijkberechtigd, maar de werkers van het eersteuur zijn bijzonder bevoorrecht, misschien zonder dat ze het zelf zien. 107Wordt jou onrecht gedaan als ik mijn belofte nakom? De eigenaar van de wijngaardgaat voortdurend naar de markt terug om meer werkers op te roepen. Andersgezegd, om een beroep te doen op de mensen die langs de zijlijn staan en in eersteinstantie genegeerd werden. Eerst werden de sterkste schouders opgeroepen (die,zo luidt de politieke oneliner, de z<strong>waar</strong>ste lasten moeten dragen). De kwetsbarenbleven over, maar de eigenaar gaat net zo lang terug tot ook de laatsten een plekheb<strong>ben</strong>. ‘Toen hij tegen het elfde uur van de dag nog eens op weg ging, trof hij eengroep<strong>je</strong> dat er nog steeds stond. Hij vroeg hun: ‘Waarom staan jullie hier de hele dagzonder werk?’ ‘Niemand wilde ons in dienst nemen’, antwoordden ze. Hij zei hun:‘Gaan jullie ook maar naar de wijngaard.’ (Mat. 20: 6-7).Het rechtvaardigheidsbeginsel rust uiteindelijk niet op de claim van individuenop het collectief, maar op de <strong>waar</strong>dering en erkenning van bijdragen van alle mensen.Gelijkheid en gerechtigheid is meer dan <strong>je</strong> goed recht halen, meer dan ‘gelijkemonniken, gelijke kappen’ (mijn buurman een gratis scootmobiel, dan ik ook).Gelijk<strong>waar</strong>digheid is vooral het recht van ieder van ons om gehoor te geven aan watons aanspreekt. Dat is voor iedereen anders, maar in die aanspraak zijn we volstrektgelijk. Daarin ligt ‘ons goed recht’.Die koninklijke verantwoordelijkheid impliceert ook de ander tot zijn rechtlaten komen. Dat omvat een stelsel van sociale voorzieningen <strong>waar</strong>op mensen rechtheb<strong>ben</strong> en ‘met opgeheven hoofd een beroep kunnen doen’. Maar het gaat verder.De arbeidsongeschikte heeft recht op een uitkering, maar komt hij niet méér ‘tot zijnrecht’ als er mogelijkheden gecreëerd worden <strong>waar</strong>binnen hij maatschappelijke verantwoordelijkheidkan dragen? Dat de thuishulp langskomt bij de bejaarde mevrouwvan de overkant is haar goed recht. Maar komt ze niet méér ‘tot haar recht’ wanneer107 | Doekle Terpstra, Meer dan geld verdienen, Kampen 2004, p.71v.74

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!