11.07.2015 Views

Mens, waar ben je? - CDA

Mens, waar ben je? - CDA

Mens, waar ben je? - CDA

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

EEN VERKENNING VAN HET CHRISTENDEMOCRATISCHE MENSBEELDHet gaat niet alleen om wat iemand strikt genomen nodig heeft om te kunnenoverleven (dat ondervond ook koning Lear), maar ook om wat mensen toekomt.Anders dan bij Lear heeft dat hier niet met status te maken, maar met ons aller‘beeld van God’ zijn. We zijn representanten van God op aarde, zeiden we in hoofdstuk3. Daarmee is de aarde niet ons eigendom. Centraal in de Bijbel is de gedachtedat de aarde Gods schepping en daarmee Gods eigendom is. Wij mensen beheren deaarde voor God. We zijn rentmeesters, om een door christen-democraten geliefdeterm te gebruiken. 101 Als er sprake zou zijn van absoluut eigendom, dan zou er eenverschil zijn tussen rechtmatigheid (wat de anderen móeten geven) en liefdadigheid(wat de anderen geven uit sympathie, medelijden of wat dan ook). Het eerste isdan wettelijk afdwingbaar, het tweede hooguit een morele verplichting. Omdat weechter geen eigenaars zijn van ons bezit, maar ‘slechts’ beheerders, zijn we gebondenaan de voor<strong>waar</strong>den die daaraan door God zijn gesteld. Eén daarvan – misschienwel de belangrijkste – is dat we delen met mensen in nood. Wat in andere rechtssystemenals liefdadigheid zou gelden, is in het joodse recht een strikte wettelijkeeis. Liefdadigheid kan vernederend zijn voor de ontvanger. Het maakt mensenafhankelijk en kan de negatieve spiraal versterken in plaats van die te doorbreken.In tsedaka is liefdadigheid geen aantasting van onze <strong>waar</strong>digheid als persoon,geen ondermijning van ons zelfrespect. Jonathan Sacks stelt: ‘De grootste daad vantsedaka is daarom de daad die individuen in staatstelt om zelfvoorzienend te worden. De hoogstevorm van hulp is die <strong>waar</strong>door het individuIn de Bijbel betekent rechtvaardigheiddat niemand klem mag komen tezonder hulp verder kan.’ 102 Hij voegt daar eenopmerkelijke observatie aan toe. In de joodse wet zitten in een situatie <strong>waar</strong>in hij alleenwordt bepaald dat ook degene die afhankelijk is maar kan ontvangen van anderenvan tsedaka-gaven zelf tsedaka-gaven moet kunnendoen. Anders gezegd, mensen heb<strong>ben</strong> rechtop voldoende middelen om ook weer aan anderen te geven. Sacks schrijft: ‘[...] derabbijnen begrepen dat geven een wezenlijk onderdeel van de menselijke <strong>waar</strong>digheidis’. De apostel Paulus refereert er ook aan in Handelingen 20:35: ‘Geven maaktgelukkiger dan ontvangen.’Gelijk<strong>waar</strong>digheidIn de Bijbel wordt de visie op rechtvaardigheid direct naar de politiek vertaald. Datis in onze politieke werkelijkheid problematischer. Er laten zich in elk geval tweenormen afleiden uit het tsedaka-begrip. Ten eerste betekent rechtvaardigheid datiedereen de mogelijkheden moet krijgen om zich te ontplooien (dat heeft vooraleen sterke sociale dimensie, zoals we in het volgende hoofdstuk zullen zien). Ten101 | Zie voor een analyse: Jan J. Boersema, Thora en stoa over mens en natuur: een bijdrageaan het milieudebat over duurzaamheid en kwaliteit, Baarn 1997, p.225.102 | Jonathan Sacks, Leven met verschil: mens<strong>waar</strong>dige verscheidenheid in een tijd van botsendeculturen, Zoetermeer 2005, p.158.71

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!