1986 JAARBOEK - Historisch Centrum Overijssel
1986 JAARBOEK - Historisch Centrum Overijssel
1986 JAARBOEK - Historisch Centrum Overijssel
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Het was niet moeilijk voor Van Senden om "ja" te zeggen. Hij was in<br />
1793 in Ophusen in Oost-Friesland geboren. Dit sterk op Nederland<br />
betrokken gebied was reeds in 1806 bij het "Koninkrijk Holland" ingelijfd<br />
en behoorde na 18,11 tot hetzelfde Franse keizerrijk. Hij volgde<br />
opleidingen in Embden en Aurich, maar ging verder studeren aan de<br />
universiteit in Groningen. In 1813, toen Pruisen weer zelfstandig was<br />
geworden, vervulde hij daar de militaire dienst en na het afleggen van<br />
de nodige examens werd hij in 1815 beroepen te Nendorp aan de Ems.<br />
In 1818 werd hij in Middelbert beroepen, een klein dorpje 6 km. van<br />
Groningen. Vermoedelijk wilde hij dicht bij de Groningse universiteit<br />
wonen. Al tijdens zijn studie was Van Senden een zeer begaafd man<br />
met een dichterlijke geest en een ruime wetenschappelijke belangstelling.<br />
Zo was hij honorair lid van het natuurkundig en scheikundig gezelschap.<br />
Hij kon nu voortdurend contact houden met de universiteit<br />
en de pastorale verzorging van de bijna 200 zielen vroeg niet veel van<br />
z'n tijd. De herfst en de winter bracht hij grotendeels op z'n studeerkamer<br />
door 30 . Ongetwijfeld zal hij kennis hebben genomen van de opkomende<br />
Groninger richting, die door de hoogleraren Van Oordt, Pareau<br />
en vooral door Hofstede de Groot in de jaren 1829/1830 werd ingezet.<br />
Op dit theologen- en domineesappèl, dat zo bepalend is geweest<br />
in de eerste helft van de 19e eeuw en zo lang heeft nagewerkt in de latere<br />
jaren, wordt later nog iets meer ingegaan.<br />
Geen wonder dus, dat Van Senden het in Middelbert veertien jaar uithield.<br />
Het geringe traktement van een paar honderd gulden per jaar en<br />
vrij wonen deerde hem niet zo, want Van Senden kwam uit een gezeten<br />
en gegoede familie. Echter op lange termijn is het aanlokkelijk om op<br />
een plaats te zijn waar je je wat meer kunt ontplooien. Bovendien was<br />
de Zwolse jaarwedde van ƒ 1.400,-- niet te versmaden. Hiervan werd<br />
ƒ 1.050,-- door de overheid betaald, terwijl de kerkvoogdij er nog eens<br />
ƒ 350,-- bijlegde. Ter vergelijking moeten we weten dat een arbeider<br />
toen ƒ 4,— per week verdiende en een onderwijzer en een klerk ƒ 300,-per<br />
jaar. De burgemeester ontving toen ƒ 1.600,--.<br />
Ds. Van Senden hoefde er dan ook niet lang over na te denken. Reeds<br />
op 23 april liet hij weten, dat de uitslag van zijn beraad uitgevallen<br />
was:<br />
"overeenkomstig de wil van U Mijne Heeren. De Heer gebiede Zijnen<br />
hoogen Zege over Uwe en mijne keus."<br />
Het begin zou voor ds. Van Senden niet gemakkelijk zijn. Zowel in de<br />
burgerlijke als in de kerkelijke gemeente was er in 1832 nogal wat aan<br />
de hand. In de zomer brak n.1. een ernstige cholera-epidemie uit. In de<br />
kerk werd de diakonie ongeveer door de overheid genaast. Maar eerst<br />
een schets van Zwolle zoals het in de dagen van Van Senden reilde en<br />
zeilde.